Bij mail van 17 januari 2022 werd een verzoekschrift ingediend m.b.t. 'Betalend parkeren op de parking aan ontmoetingshuis De Brug'.
Het verzoekschrift wordt ingediend op basis van artikel 304 e.v. van het Decreet Lokaal Bestuur. Op basis van deze artikelen en op basis van de bepalingen in ons huishoudelijk reglement (artikel 59 t/m artikel 61) wordt door de voorzitter van de gemeenteraad eerst de ontvankelijkheid van het verzoekschrift onderzocht. Indien het gaat om een bevoegdheid van de gemeenteraad op basis van art. 41 van het Decreet Lokaal Bestuur wordt het verzoekschrift door de gemeenteraad doorverwezen naar het college van burgemeester en schepenen die de zaak verder moet onderzoeken en moet zorgen voor een voorstel van antwoord dat dan moet voorgelegd worden aan de gemeenteraad voor vaststelling.
Het verzoekschrift heeft betrekking op de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen, zoals bepaald in art 41 van het decreet lokaal bestuur. Derhalve verwijst de voorzitter van de gemeenteraad het verzoekschrift door naar het college van burgemeester en schepenen met het verzoek om de zaak verder te onderzoeken en over de inhoud ervan uitleg te verstrekken.
Het college van burgemeester en schepenen keurden het ontwerp van antwoord goed op 14 maart 2022. De voorzitter van de gemeenteraad vraagt aan de raad om het antwoordvoorstel goed te keuren en bezorgt dit nadien aan de indiener van het verzoekschrift.
het antwoordvoorstel op het verzoekschrift ingediend door de heer de heer Paul Nijs, mevrouw Lut Van Den Berghe, de heer Geert Lagae, de heer Dirk Putteman, en de heer Koen Van Baeveghem, betreffende 'Betalend parkeren op de parking aan ontmoetingshuis De Brug' goed te keuren;
De voorzitter van de gemeenteraad de opdracht te geven het antwoord te bezorgen aan de indiener van het verzoekschrift.