Door de sterke stijging van de inflatie is het noodzakelijk om de tarieven van deze belasting aan te passen.
De stad Aalst wenst in te zetten op haar funerair erfgoed. Hiervoor wil ze waardevolle graftekens op de Aalsterse begraafplaatsen, die eigendom van de stad zijn geworden na het verstrijken en niet-hernieuwing van een concessie, in hergebruik geven volgens de bepalingen van dit reglement.
De stad Aalst wenst in te zetten op haar funerair erfgoed. Hiervoor wil ze waardevolle graftekens op de Aalsterse begraafplaatsen, die eigendom van de stad zijn geworden na het verstrijken en niet-hernieuwing van een concessie, in hergebruik geven volgens de bepalingen van dit reglement.
De stad Aalst beslist welke grafkelders in aanmerking komen voor hergebruik en blijft eigenaar van de grafkelder met grafteken.
Dergelijke graven worden in hergebruik gegeven met een betalende concessie voor 25 jaar. Een vrijstelling van belasting voor de grafconcessie wordt toegekend indien de staat van het graf zich in een toestand bevindt dat onderhoudswerken onvoldoende zijn en fundamentele restauratiewerken nodig zijn.
De concessie met hergebruik, al dan niet met vrijstelling van belasting, geldt voor een periode van 25 jaar. De concessie begint te lopen op de datum van indiening van het aanvraagformulier zoals voorzien in het 'reglement hergebruik grafkelder met grafteken'.
De tarieven van deze belasting werden voor het laatst aangepast aan het inflatiepeil in 2020 op basis van de gemiddelde index van de eerste 3 kwartalen van 2019.
In de periode 2019-2022 is het inflatiepeil met 11,60 % gestegen.
Een aanpassing van de tarieven aan de levensduurte dringt zich op. De stad kan onmogelijk oneindig in de tijd de stijgende loonkost van het stadspersoneel en de jaarlijkse aanpassing van de prijzen aan de inflatie, door dienstverleners en leveranciers, blijven opvangen zonder de belastingtarieven op te trekken.
Volgende formule wordt toegepast om de tarieven aan te passen aan de levensduurte:
Tarief 2023 = | Tarief | X | GNI 2022 |
GBI 2019 |
GBI 2019 = gemiddelde basisindex 2019 (=index die gebruikt werd bij de laatste aanpassing in 2020).
GNI 2022 = gemiddelde nieuwe index van 2022 (gezien de index van december 2022 pas gekend is in januari 2023 wordt een gemiddelde berekend van de eerste 3 kwartalen van 2022).
De GBI 2019 (basis 2004) bedraagt: 133,15
De GNI 2022 (basis 2004) van de eerste 3 kwartalen bedraagt: 148,59
Het is aangewezen om bij de berekening van de indexering afrondingsregels toe te passen om tot werkbare tarieven te komen:
Tarief ingevoerd/gewijzigd | Op basis index | GNI2022 | Basisindex | Huidig tarief | Tarief geïndexeerd | Afgerond tarief 2023 |
2020 | 2019 | 148,59 | 133,15 | 60,00 EUR | 66,96 EUR | 67,00 EUR |
2020 | 2019 | 148,59 | 133,15 | 200,00 EUR | 223,20 EUR | 223,00 EUR |
2020 | 2019 | 148,59 | 133,15 | 320,00 EUR | 357,12 EUR | 357,00 EUR |
2020 | 2019 | 148,59 | 133,15 | 500,00 EUR | 557,99 EUR | 558,00 EUR |
2020 | 2019 | 148,59 | 133,15 | 800,00 EUR | 892,79 EUR | 893,00 EUR |
Artikelen 41, 162 en 170 van de Grondwet.
Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen.
Artikel 2 (definities) van het gemeenteraadsbesluit van 17 december 2019, aangepast in zitting van 18 februari 2020, houdende een belasting op het begraven 2020-2025, wordt vanaf 1 februari 2023 volledig vervangen door volgende tekst:
"2.1. Inwoner: natuurlijke persoon die ingeschreven is in het bevolkingsregister, het vreemdelingen- of wachtregister van de stad of die minstens 25 jaar of 1/3 van zijn/haar leven in een van die registers is ingeschreven geweest;
2.2. Kind: elke inwoner die de leeftijd van 18 jaar nog niet bereikt heeft;
2.3. Oorlogsslachtoffer: een persoon die tijdens een van de wereldoorlogen gestorven is ten gevolge van de oorlog;
2.4. Begraven zonder concessie: daarbij wordt een graf na minimum 10 jaar verwijderd;
2.5. Concessie: het verlenen van een genot en gebruiksrecht met een tijdelijke en nominatieve bestemming van grond, grafkelder, urnenkelder of columbariumnis op één van de begraafplaatsen van de stad. Een concessie wordt steeds verleend voor een periode van 25 jaar. Op elk moment kan de concessie hernieuwd worden voor een periode van 10, 20 of 30 jaar; maar kan nooit het decretale maximum van 50 jaar overschrijden (Decreet op de begraafplaatsen en de lijkbezorging art. 7§1);
2.6. Stoffelijk overschot: een dood lichaam of de asresten van een mens waarvan het overlijden is vastgesteld door de ambtenaar van de burgerlijke stand;
2.7. Gedenkdruppel: een anoniem herdenkingsornament dat kan worden opgehangen in een druppelboom of een gedenkboom;
2.8. Gedenkblad: een gepersonaliseerd herdenkingsornament dat kan worden opgehangen in een gedenkboom.".
Artikel 4 (tarieven) van het gemeenteraadsbesluit van 17 december 2019, aangepast in zitting van 18 februari 2020, houdende een belasting op het begraven 2020 - 2025, wordt vanaf 1 februari 2023 volledig vervangen door volgende tekst:
Artikel 4.1. | Concessie per persoon | |
| GRATIS | |
| 893,00 EUR | |
| 357,00 EUR | |
| 558,00 EUR | |
| 223,00 EUR | |
| 558,00 EUR | |
| 223,00 EUR | |
| 357,00 EUR | |
| 40,00 EUR | |
Artikel 4.2. | Gedenkdruppel | 67,00 EUR |
Artikel 4.3. | Opening grafkelder | 223,00 EUR |
Artikel 4.4. | Ontgraving (grond/kelder) | 558,00 EUR |
Artikel 4.5. | Ruiming (urnenkelder, columbarium) | 223,00 EUR |
Artikel 4.6. | Gedenkblad (10 jaar) | 100,00 EUR |
Artikel 4.7. | Niet-inwoner -belasting op begraven | 558,00 EUR |
artikel 5 (vrijstellingen) van het gemeenteraadsbesluit van 17 december 2019, aangepast in zitting van 18 februari 2020, houdende een belasting op het begraven 2020 - 2025, wordt vanaf 1 februari 2023 volledig vervangen door volgende tekst:
"Vrijstellingen
5.1. De tarieven, vermeld in artikel 4, die betrekking hebben op het openen van een graf, het opgraven van een stoffelijk overschot/asurne of het ruimen van een columbariumnis of van een urnenkelder, zijn niet van toepassing indien dit:
5.2. Het tarief vermeld in artikel 4, dat betrekking heeft op de kelderconcessie 25 jaar, is niet van toepassing in het kader van het politiereglement, meer bepaald het addendum "Hergebruik kelders met grafteken", artikel 7. De vrijstelling geldt wanneer de kosten voor instandhoudings- en/of renovatie/restauratiewerken door het funerair team hoger worden ingeschat dan de kosten voor een 25-jarige kelderconcessie.
Deze aanpassing zal, overeenkomstig de bepalingen van het invorderingsdecreet, op de stedelijke website gepubliceerd worden, samen met een gecoördineerde versie van het gemeenteraadsbesluit.