De notulen van de openbare vergadering van de gemeenteraad van 20 december 2022 werden vanaf dinsdag 24 januari 2023 ter inzage gelegd van de leden van de raad.
Er werden geen verdere opmerkingen geformuleerd.
Artikel 32, 277 §1 en 278 §1 van het decreet lokaal bestuur en artikel 5 van het reglement van orde van de gemeenteraad
De notulen van de openbare vergadering van de gemeenteraad van 20 december 2022 goed te keuren.
Overwegende dat een inspecteur van politie van de directie Basispolitiezorg, dienst Backoffice, een interne verschuiving maakt binnen de directie Basispolitiezorg;
Overwegende dat door deze interne verschuiving een betrekking van inspecteur niet meer zal zijn ingevuld;
Overwegende dat het met het oog op het op peil houden van de getalsterkte binnen de dienst Onthaal-Backoffice is aangewezen een betrekking van inspecteur van politie, dienst Onthaal-Backoffice, vacant te verklaren;
Overwegende dat via het systeem van de mobiliteit kandidaten kunnen aangetrokken worden vanuit andere politiezones en dat bij ontstentenis aan kandidaten in de mobiliteit deze kunnen aangeworven worden via externe weg;
Overwegende het advies van de korpschef om overeenkomstig artikel VI.II.61 van het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de personeelsleden van de politiediensten als tweede lid van de selectiecommissie een personeelslid van operationeel kader van het eigen korps aan te wijzen;
De vigerende regelgeving stelt dat het vacant verklaren van betrekkingen binnen het personeelskader van de politiezone tot de bevoegdheid van de gemeenteraad behoren.
Gelet op de bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet en het decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op de bepalingen van de Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
Gelet op de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de personeelsleden van de politiediensten;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 5 september 2001 houdende het minimaal effectief van het operationeel en van het administratief en logistiek personeel van de Lokale Politie;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;
Gelet op Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones;
Gelet op zijn besluit van 27 juni 2017, houdende de wijzigingen van het organogram en het organiek kader van de Lokale Politie Aalst;
in de formatie van het operationeel personeel van de Lokale Politie Aalst een betrekking van inspecteur van politie, directie Basispolitiezorg, dienst Onthaal-Backoffice, vacant te verklaren via het systeem van de mobiliteit en/of via externe weg;
de kandidaten voor de in artikel 1 vermelde vacature te selecteren op basis van het advies van een selectiecommissie ad hoc, samengesteld conform de artikelen VI.II.61 en VI.II.62 van het KB RPPol.
Politie Aalst wenst in 2023 GAS5 uit te rollen, dit brengt een aanzienlijk aantal taken met zich mee waardoor de werklast drastisch verhoogt en het bijgevolg aangewezen is om bijkomend personeel aan te werven om dit op te vangen. Een kaderuitbreiding werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 20 december 2022.
Momenteel staat het Gewestelijk Verwerkings Centrum (GVC) in voor de verwerking van alle snelheidsovertredingen op het grondgebied Aalst. Het GVC heeft echter niet de technische mogelijkheden, noch de capaciteit (menselijk en infrastructureel) om GAS-inbreuken te verwerken. Bijgevolg zal de Lokale Politie Aalst het deel van de vaststellingen die voldoet aan GAS-5 lokaal moeten verwerken en enkel het deel dat niet voldoet overmaken aan het GVC.
GAS-5 is in die zin ook anders dan de andere types van GAS vaststellingen. De regels die door de wegverkeerswet worden opgelegd voor snelheidsovertredingen zijn ook van toepassing voor GAS-5. Dit houdt in dat de gemeentelijke GAS-vaststellers, nu tewerkgesteld in het AVC, niet bevoegd zijn om deze inbreuken vast te stellen.
Bovendien is er ook vraag van de omliggende zones om ook voor hen de verwerking van de snelheidsovertredingen in het kader van GAS-5, tegen betaling, over te nemen. Deze samenwerking moet geregeld worden via protocollen. Om deze protocollen administratief in orde te brengen zit er een administratieve flow achter die verder strekt dan enkel de aanpassingen van het document maar dit moet ook voorgelegd worden aan de desbetreffende politiecolleges en politieraden, moet ondertekend worden door de stakeholders en eventueel voorgelegd worden aan een vakbondsoverleg. Ook de facturatie en betaling van geleverde diensten moet opgevolgd worden. In de toekomst zal dit ongetwijfeld aangepast of uitgebreid moeten worden gelet op de regionalisering of fusies/defusies op lokaal niveau van zowel omliggende politiezones als steden of gemeenten. Voor de coördinatie van dit takenpakket samen met alle andere lokale als bovenlokale taken zoals verwerking van andere protocollen zoals de DPO werking, verwerking verzekerings-en klachtendossiers voor wat betreft de ter beschikking stellen van ons cellencomplex en schietstand aan de naburige zones, ondersteuning bieden voor het opleiden en rekruteren van hondengeleiders, aankoopcentrale van vernieuwde politie-armbanden en fluo-hesjes, ondersteuning bieden aan RKO regionaal overlegplatform Dender-Schelde, is een kaderuitbreiding noodzakelijk. Ook zal de reguliere werking van het secretariaat Mens & Organisatie moeten opgevangen worden. Gelet op voorgaande en de verantwoordelijkheid die hiermee gepaard, is een personeelslid van een niveau CALog A, adviseur noodzakelijk.
Het vacant verklaren van betrekkingen voorzien binnen het organiek kader van de Lokale Politie Aalst behoort tot de discretionaire bevoegdheid van de gemeenteraad van de stad Aalst.
Gelet op de bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet en het decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op de bepalingen van de Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
Gelet op de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de personeelsleden van de politiediensten;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 5 september 2001 houdende het minimaal effectief van het operationeel en van het administratief en logistiek personeel van de Lokale Politie;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;
Gelet op Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 27 juni 2017, houdende de wijzigingen van het organogram en het organiek kader van de Lokale Politie Aalst;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 20 december 2022, houdende de kaderuitbreiding in het kader van de uitrol GAS 5.
een betrekking van adviseur CALog A, Lokale Politie Aalst, vacant te verklaren, via het systeem van dringende externe werving;
de kandidaten voor de in artikel 1 vermelde vacature te selecteren op basis van het advies van een selectiecommissie ad hoc, samengesteld conform de artikelen VI.II.61 en VI.II.62 van het KB RPPol.
Politie Aalst wenst in 2023 GAS5 uit te rollen, dit brengt een aanzienlijk aantal taken met zich mee waardoor de werklast drastisch verhoogt en het bijgevolg aangewezen is om bijkomend personeel aan te werven om dit op te vangen. Een kaderuitbreiding werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 20 december 2022.
Momenteel staat het Gewestelijk Verwerkings Centrum (GVC) in voor de verwerking van alle snelheidsovertredingen op het grondgebied Aalst. Het GVC heeft echter niet de technische mogelijkheden, noch de capaciteit (menselijk en infrastructureel) om GAS-inbreuken te verwerken. Bijgevolg zal de Lokale Politie Aalst het deel van de vaststellingen die voldoet aan GAS-5 lokaal moeten verwerken en enkel het deel dat niet voldoet overmaken aan het GVC.
GAS-5 is in die zin ook anders dan de andere types van GAS vaststellingen. De regels die door de wegverkeerswet worden opgelegd voor snelheidsovertredingen zijn ook van toepassing voor GAS-5. Dit houdt in dat de gemeentelijke GAS-vaststellers, nu tewerkgesteld in het AVC, niet bevoegd zijn om deze inbreuken vast te stellen.
Het Gewestelijk Verwerkingscentrum (GVC) Gent is niet in staat om deze vaststellingen voor Aalst te verwerken en de opbrengsten rechtstreeks door te storten naar steden en gemeenten zoals de GAS regelgeving voorziet. Lokale verwerking van deze overtredingen is nodig alsook de administratieve afhandeling van bezwaarschriften, betwistingen en vragen met betrekking tot de overtredingen.
Vaststellingen die komen van automatisch werkende toestellen (flitscamera’s en trajectcontroles) kunnen worden verwerkt door iemand van het operationeel kader van de politie of CALog personeel binnen de politie. De gemeentelijke GAS-vaststellers binnen het AVC zijn hierin niet bevoegd.
De Lokale Politie Aalst zal binnenkort ook instaan voor het verwerken van GAS-5 dossiers zijnde onder andere de verwerking van de snelheidsovertredingen op het grondgebied Aalst. Momenteel wordt het huidige cameranetwerk door één persoon beheerd, vernieuwd en uitgebreid. Door zijn expertise met verwerkingscentra van grote hoeveelheden vaststellingen, zowel procesmatig als software matig, hebben we gevraagd om het GAS-5 project voor Aalst uit te tekenen. Zijn hoofdtaak als beheerder en vernieuwer van ons politioneel cameranetwerk laat echter niet toe om ook het GAS-5 project dagdagelijks te runnen.
Binnen de Lokale Politie Aalst zal er dagelijks iemand voorzien moeten worden die gaat flitsen en iemand die administratieve afhandeling, zoals verwerking PV's en betwistingen doet. Eén verwerker kan tussen 50.000 en 80.000 verwerkingen doen per jaar. Alsook is er bovendien iemand nodig die de dagelijkse routine bijhoudt. Voor deze taken zijn er 3 inspecteurs van Politie, 3 agenten van Politie of 3 personeelsleden CAlog niveau C, assistent nodig.
Via het systeem van de mobiliteit kunnen kandidaten aangetrokken worden vanuit andere politiezones, bij ontstentenis aan kandidaten in de mobiliteit kunnen deze aangeworven worden via de externe weg.
Het vacant verklaren van betrekkingen voorzien binnen het organiek kader van de Lokale Politie Aalst behoort tot de discretionaire bevoegdheid van de gemeenteraad van de stad Aalst.
Gelet op de bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet en het decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op de bepalingen van de Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
Gelet op de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de personeelsleden van de politiediensten;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 5 september 2001 houdende het minimaal effectief van het operationeel en van het administratief en logistiek personeel van de Lokale Politie;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;
Gelet op Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 27 juni 2017, houdende de wijzigingen van het organogram en het organiek kader van de Lokale Politie Aalst;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 20 december 2022, houdende de kaderuitbreiding in het kader van de uitrol GAS 5.
drie betrekkingen van Inspecteur van Politie of Agent van Politie of Assistent CALog C, Lokale Politie Aalst, vacant te verklaren, via het systeem van mobiliteit;
de kandidaten voor de in artikel 1 vermelde vacatures te selecteren op basis van het advies van een selectiecommissie ad hoc, samengesteld conform de artikelen VI.II.61 en VI.II.62 van het KB RPPol.
Politie Aalst wenst in 2023 GAS5 uit te rollen, dit brengt een aanzienlijk aantal taken met zich mee waardoor de werklast drastisch verhoogt en het bijgevolg aangewezen is om bijkomend personeel aan te werven om dit op te vangen. Een kaderuitbreiding werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 20 december 2022.
Momenteel staat het Gewestelijk Verwerkings Centrum (GVC) in voor de verwerking van alle snelheidsovertredingen op het grondgebied Aalst. Het GVC heeft echter niet de technische mogelijkheden, noch de capaciteit (menselijk en infrastructureel) om GAS-inbreuken te verwerken. Bijgevolg zal de Lokale Politie Aalst het deel van de vaststellingen die voldoet aan GAS-5 lokaal moeten verwerken en enkel het deel dat niet voldoet overmaken aan het GVC.
GAS-5 is in die zin ook anders dan de andere types van GAS vaststellingen. De regels die door de wegverkeerswet worden opgelegd voor snelheidsovertredingen zijn ook van toepassing voor GAS-5. Dit houdt in dat de gemeentelijke GAS-vaststellers, nu tewerkgesteld in het AVC, niet bevoegd zijn om deze inbreuken vast te stellen.
Het Gewestelijk Verwerkingscentrum (GVC) Gent is niet in staat om deze vaststellingen voor Aalst te verwerken en de opbrengsten rechtstreeks door te storten naar steden en gemeenten zoals de GAS regelgeving voorziet. Lokale verwerking van deze overtredingen is nodig alsook de administratieve afhandeling van bezwaarschriften, betwistingen en vragen met betrekking tot de overtredingen.
Vaststellingen die komen van automatisch werkende toestellen (flitscamera’s en trajectcontroles) kunnen worden verwerkt door iemand van het operationeel kader van de politie of CALog personeel binnen de politie. De gemeentelijke GAS-vaststellers binnen het AVC zijn hierin niet bevoegd.
De Lokale Politie Aalst zal binnenkort ook instaan voor het verwerken van GAS-5 dossiers zijnde onder andere de verwerking van de snelheidsovertredingen op het grondgebied Aalst. Momenteel wordt het huidige cameranetwerk door één persoon beheerd, vernieuwd en uitgebreid. Door zijn expertise met verwerkingscentra van grote hoeveelheden vaststellingen, zowel procesmatig als software matig, hebben we gevraagd om het GAS-5 project voor Aalst uit te tekenen. Zijn hoofdtaak als beheerder en vernieuwer van ons politioneel cameranetwerk laat echter niet toe om ook het GAS-5 project dagdagelijks te runnen.
Voor het opstarten van nieuwe dossiers/projecten zoals opstart van GAS-5 (voorbereiden bestelbon, opvolging levering, …), GAS-4 fout parkeren, GAS-1, integratie van de administratie GAS-2 en GAS-3 en de administratieve afhandeling is er een bijkomend personeelslid CALog B, consulent nodig. Verder zal dit personeelslid ook instaan voor de prospectie markt, opvolging bestellingen en leveringen, afspraken met leverancier, contactname met leverancier indien technische problemen, service meetings, ….
Voorafgaand aan de gemeenteraadszitting van 31 januari 2023 werd huidig agendapunt voorgelegd aan en vastgelegd door het college van burgemeester en schepenen en de gemeenteraadscommissie Veiligheid.
Het vacant verklaren van betrekkingen voorzien binnen het organiek kader van de Lokale Politie Aalst behoort tot de discretionaire bevoegdheid van de gemeenteraad van de stad Aalst.
Gelet op de bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet en het decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op de bepalingen van de Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
Gelet op de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de personeelsleden van de politiediensten;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 5 september 2001 houdende het minimaal effectief van het operationeel en van het administratief en logistiek personeel van de Lokale Politie;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;
Gelet op Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 27 juni 2017, houdende de wijzigingen van het organogram en het organiek kader van de Lokale Politie Aalst;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 20 december 2022, houdende de kaderuitbreiding in het kader van de uitrol GAS 5.
een betrekking van consulent CALog B, Lokale Politie Aalst, vacant te verklaren, via het systeem van dringende externe aanwerving;
de kandidaten voor de in artikel 1 vermelde vacatures te selecteren op basis van het advies van een selectiecommissie ad hoc, samengesteld conform de artikelen VI.II.61 en VI.II.62 van het KB RPPol.
Overwegende dat een CALog-kader, niveau B, bijzondere graad ICT-consulent, directie Netwerken, dienst Technisch Ondersteuningsteam (TOT), via mobiliteit onze zone zal verlaten;
Overwegende dat daardoor een betrekking van CALog-kader, niveau B, bijzondere graad ICT-consulent, directie Netwerken, dienst Technisch Ondersteuningsteam (TOT), niet meer zal ingevuld zijn;
Overwegende dat met het oog op het op peil houden van de getalsterkte binnen de directie Netwerken, dienst Technisch Ondersteuningsteam (TOT) het is aangewezen een betrekking van CALog-kader, niveau B, bijzondere graad ICT-consulent, directie Netwerken, dienst Technisch Ondersteuningsteam (TOT), vacant te verklaren;
Overwegende dat via het systeem van de mobiliteit kandidaten kunnen aangetrokken worden vanuit andere politiezones, bij ontstentenis aan kandidaten in de mobiliteit kunnen deze aangeworven worden via de externe weg;
Vigerende regelgeving stelt dat het vacantverklaren van betrekkingen binnen het personeelskader van de politiezone tot de bevoegdheid van de gemeenteraad behoort.
Gelet op de bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet en het decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op de bepalingen van de Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
Gelet op de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de personeelsleden van de politiediensten;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 5 september 2001 houdende het minimaal effectief van het operationeel en van het administratief en logistiek personeel van de Lokale Politie;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;
Gelet op Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones;
Gelet op zijn besluit van 27 juni 2017, houdende de wijzigingen van het organogram en het organiek kader van de Politie Aalst.
in de formatie van het administratief en logistiek kader van de Lokale Politie Aalst een betrekking van het niveau B, bijzondere graad ICT-Consulent, directie Netwerken, dienst Technisch Ondersteuningsteam (TOT), vacant te verklaren via het systeem van de mobiliteit.
de kandidaten voor de in artikel 1 vermelde vacature te selecteren op basis van het advies van een selectiecommissie ad hoc, samengesteld conform de artikelen VI.II.61 en VI.II.62 van het KB RPPol.
Overwegende dat een inspecteur van politie, directie Basispolitiezorg, SPoT, sociale promotie zal maken en start aan de opleiding in 2023;
Overwegende dat daardoor een betrekking van inspecteur van politie binnen de directie Basispolitiezorg, dienst SPoT niet meer zal ingevuld zijn;
Met het oog op het op peil houden van de getalsterkte binnen de dienst SPoT is het aangewezen een betrekking van inspecteur van politie, directie Basispolitiezorg, dienst SPoT, vacant te verklaren;
Overwegende dat het belangrijk is de continuïteit van onze diensten te kunnen verzekeren;
Gelet op de lange doorlooptijd van de mobiliteitsprocedure:
Overwegende dat via het systeem van de mobiliteit kandidaten kunnen aangetrokken worden vanuit andere politiezones;
Overwegende dat bij ontstentenis aan kandidaten de vacature zal gepubliceerd worden via externe werving;
Overwegende het advies van de korpschef om overeenkomstig artikel VI.II.61 van het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de personeelsleden van de politiediensten als tweede lid van de selectiecommissie een personeelslid van operationeel kader van het eigen korps aan te wijzen;
Vigerende regelgeving stelt dat het vacantverklaren van betrekkingen binnen het personeelskader van de politiezone tot de bevoegdheid van de gemeenteraad behoort.
Gelet op de bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet en het decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op de bepalingen van de Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
Gelet op de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de personeelsleden van de politiediensten;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 5 september 2001 houdende het minimaal effectief van het operationeel en van het administratief en logistiek personeel van de Lokale Politie;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;
Gelet op Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones;
Gelet op zijn besluit van 27 juni 2017, houdende de wijzigingen van het organogram en het organiek kader van de Lokale Politie Aalst;
in de formatie van het operationeel personeel van de Lokale Politie Aalst een betrekking van inspecteur van politie, directie Basispolitiezorg, dienst Sociaal Politioneel Team, vacant te verklaren via het systeem van de mobiliteit;
bij niet invulling van deze vacature kunnen kandidaten via externe weg worden aangetrokken;
de kandidaten voor de in artikel 1 vermelde vacature te selecteren op basis van het advies van een selectiecommissie ad hoc, samengesteld conform de artikelen VI.II.61 en VI.II.62 van het KB RPPoL.
Overwegende dat een inspecteur van politie, directie Basispolitiezorg, Recherche, sociale promotie zal maken en start aan de opleiding op 1 maart 2023;
Overwegende dat daardoor een betrekking van inspecteur van politie binnen de directie Basispolitiezorg, dienst Recherche niet meer zal ingevuld zijn;
Overwegende dat het met het oog op het op peil houden van de getalsterkte binnen de directie Basispolitiezorg, dienst Recherche is aangewezen een betrekking van inspecteur van politie, directie Basispolitiezorg, dienst Recherche, vacant te verklaren;
Overwegende dat het belangrijk is de continuïteit van onze diensten te kunnen verzekeren;
Gelet op de lange doorlooptijd van de mobiliteitsprocedure:
Overwegende dat via het systeem van de mobiliteit kandidaten kunnen aangetrokken worden vanuit andere politiezones;
Overwegende dat bij ontstentenis aan kandidaten de vacature zal gepubliceerd worden via externe werving;
Overwegende het advies van de korpschef om overeenkomstig artikel VI.II.61 van het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de personeelsleden van de politiediensten als tweede lid van de selectiecommissie een personeelslid van operationeel kader van het eigen korps aan te wijzen;
Vigerende regelgeving stelt dat het vacantverklaren van betrekkingen binnen het personeelskader van de politiezone tot de bevoegdheid van de gemeenteraad behoort.
Gelet op de bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet en het decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op de bepalingen van de Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
Gelet op de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de personeelsleden van de politiediensten;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 5 september 2001 houdende het minimaal effectief van het operationeel en van het administratief en logistiek personeel van de Lokale Politie;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;
Gelet op Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones;
Gelet op zijn besluit van 27 juni 2017, houdende de wijzigingen van het organogram en het organiek kader van de Lokale Politie Aalst;
in de formatie van het operationeel personeel van de Lokale Politie Aalst een betrekking van inspecteur van politie, directie Basispolitiezorg, dienst Recherche, vacant te verklaren via het systeem van de mobiliteit;
bij niet invulling van deze vacature kunnen kandidaten via externe weg worden aangetrokken;
met betrekking tot de vacature in het bijzonder te vermelden dat kandidaten die niet over het vereiste brevet beschikken ook mee kunnen postuleren voor de betrekking, maar de wettelijk voorziene voorrang dienen te verlenen aan eventuele geschikt bevonden brevethouders;
de kandidaten voor de in artikel 1 vermelde vacature te selecteren op basis van het advies van een selectiecommissie ad hoc, samengesteld conform de artikelen VI.II.61 en VI.II.62 van het KB RPPoL.
Overwegende dat een inspecteur van politie, specialisatie motorrijder, directie Basispolitiezorg, dienst Verkeer, via mobiliteit onze zone zal verlaten;
Overwegende dat daardoor een betrekking van inspecteur van politie, specialisatie motorrijder, binnen de directie Basispolitiezorg, dienst Verkeer niet meer zal ingevuld zijn;
Overwegende dat met het oog op het op peil houden van de getalsterkte binnen de dienst Verkeer het is aangewezen een betrekking van inspecteur van politie, specialisatie motorrijder, vacant te verklaren binnen de directie Basispolitiezorg, dienst Verkeer;
Overwegende dat via het systeem van de mobiliteit kandidaten kunnen aangetrokken worden vanuit andere politiezones.
Vigerende regelgeving stelt dat het vacantverklaren van betrekkingen binnen het personeelskader van de politiezone tot de bevoegdheid van de gemeenteraad behoort.
Gelet op de bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet en het decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op de bepalingen van de Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
Gelet op de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de personeelsleden van de politiediensten;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 5 september 2001 houdende het minimaal effectief van het operationeel en van het administratief en logistiek personeel van de Lokale Politie;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;
Gelet op Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones;
Gelet op zijn besluit van 27 juni 2017, houdende de wijzigingen van het organogram en het organiek kader van de Politie Aalst.
in de formatie van het operationeel personeel van de Lokale Politie Aalst een betrekking van inspecteur van politie, specialisatie motorrijder, directie Basispolitiezorg, dienst Verkeer, vacant te verklaren via het systeem van de mobiliteit.
de kandidaten voor de in artikel 1 vermelde vacature te selecteren op basis van het advies van een selectiecommissie ad hoc, samengesteld conform de artikelen VI.II.61 en VI.II.62 van het KB RPPol.
Overwegende dat een hoofdinspecteur van politie, directie Basispolitiezorg, dienst Interventie, een interne verschuiving maakt naar de dienst Wijk;
Overwegende dat daardoor een betrekking van hoofdinspecteur van politie binnen de directie Basispolitiezorg, dienst Interventie niet meer zal zijn ingevuld;
Overwegende dat het met het oog op het op peil houden van de getalsterkte binnen de directie Basispolitiezorg, dienst Interventie is aangewezen een betrekking van hoofdinspecteur van politie, directie Basispolitiezorg, dienst Interventie, vacant te verklaren;
Overwegende dat via het systeem van de mobiliteit kandidaten kunnen aangetrokken worden vanuit andere politiezones en dat bij ontstentenis aan kandidaten in de mobiliteit deze kunnen aangeworven worden via externe weg;
Vigerende regelgeving stelt dat het vacantverklaren van betrekkingen binnen het personeelskader van de politiezone tot de bevoegdheid van de gemeenteraad behoort.
Gelet op de bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet en het decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op de bepalingen van de Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
Gelet op de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de personeelsleden van de politiediensten;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 5 september 2001 houdende het minimaal effectief van het operationeel en van het administratief en logistiek personeel van de Lokale Politie;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;
Gelet op Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones;
Gelet op zijn besluit van 27 juni 2017, houdende de wijzigingen van het organogram en het organiek kader van de Lokale Politie Aalst;
in de formatie van het operationeel personeel van de Lokale Politie Aalst een betrekking van hoofdinspecteur van politie, directie Basispolitiezorg, dienst Interventie, vacant te verklaren via het systeem van de mobiliteit;
de kandidaten voor de in artikel 1 vermelde vacature te selecteren op basis van het advies van een selectiecommissie ad hoc, samengesteld conform de artikelen VI.II.61 en VI.II.62 van het KB RPPol.
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Guy Claus.
De Sint-Jozefskerk in onze stad is reeds geruime tijd voorwerp van discussie. Vandaag wil ik het niet hebben over de afbraak, dan wel renovatie, van onze kerk, maar over de impact die de werken hebben op ons volksfeest: carnaval. Midden deze maand communiceerde onze burgervader aan de pers dat de carnavalsstoet, ondanks gewijzigd traject, alsnog langs het Esplanadeplein, meer bepaald langs de Sint-Jozefskerk, zou passeren. De stabilisatiewerken zouden tegen 19 februari, de dag waarop de zondagsstoet plaatsvindt, afgerond zijn. Tevens zou de carnavalsfoor, dewelke opent op vrijdag 10 februari, zoals gewoonlijk ook op het Esplanadeplein staan. In het kader hiervan rijzen volgende vragen:
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
over de interpellatie van raadslid Guy Claus aangaande 'Carnaval in omgeving Sint-Jozefskerk'.
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Ingmar Baeyens.
Sedert de invoering van het circulatieplan is er iets raars aan de hand op het kruispunt van de Petrus van Nuffelstraat, Arendsveld en Sint Ursmaarstraat. Wagens rijden er op bijna onverklaarbare wijze tegen elkaar, intussen al meer dan twintig keer. Statistici zouden zeggen dat er een verband bestaat. Reeds meermaals en via diverse kanalen werd opgeroepen om de veiligheid van dit kruispunt te verhogen maar tot op heden is hier geen gevolg aan gegeven. Ik kan de redenering volgen dat dit goed geanalyseerd moet worden en best ingebed wordt in een algemene aanpak op wijkniveau. Maar wordt het ook voor die aanpak nu toch eens geen tijd? Aldus valt mijn vraag uiteen in twee praktische subvragen:
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
over de interpellatie van raadslid Ingmar Baeyens aangaande 'Wanneer mobiliseert den Arend?'.
Het lokaal bestuur heeft een aantal belangrijke opdrachten in het kader van kinderopvang. Deze opdrachten moeten ertoe bijdragen dat er binnen de gemeente voldoende betaalbare, kwaliteitsvolle en toegankelijke kinderopvang is. Het lokaal bestuur krijgt bijvoorbeeld een adviesrol toegeschreven vanuit de Vlaamse overheid.
Het Agentschap Opgroeien heeft de procedure aangepast waardoor een organisator die een vergunning aanvraagt of wijzigt sinds 1 januari 2022 een opportuniteitsadvies moet aanvragen bij het lokaal bestuur. Bovendien moet de organisator in de vergunningsaanvraag ook aangeven hoe hij met opmerkingen in het advies zal omgaan.
Aalst werkte een reglement en procedure uit om het opportuniteitsadvies te verlenen (cfr. bijlage 'Opportuniteitsadvies'). Het opportuniteitsadvies heeft tot doel in gesprek te gaan met de organisator. Het opportuniteitsadvies wensen we als volgt vorm te geven:
Elk opportuniteitsadvies wordt ter kennisgeving voorgelegd aan het college.
Het Lokaal Loket Kinderopvang heeft dit opportuniteitsadvies aangegrepen om een uitgebreid dossier kinderopvang te schrijven. Hierin vindt een potentiële kandidaat alle praktische informatie over het opstarten van een kinderopvang: vergunning, regelgeving, subsidiëring, kwaliteit,... en wat we specifiek voor Aalst belangrijk vinden.
Besluit van de Vlaamse Regering van 9 mei 2014 (BS 25 juli 2014) houdende de procedures voor de aanvraag en de toekenning van de vergunning en de subsidies voor gezinsopvang en groepsopvang van baby’s en peuters.
Besluit van de Vlaamse Regering van 24 mei 2013 houdende het lokaal beleid kinderopvang.
Besluit van de Vlaamse Regering houdende de vergunningsvoorwaarden en het kwaliteitsbeleid voor gezinsopvang en groepsopvang van baby's en peuters van 22
november 2013
Besluit van de Vlaamse Regering van 17 maart 2017 houdende de subsidiëring van de organisatoren kinderopvang en buitenschoolse opvang ter uitvoering van het Vlaams Intersectoraal Akkoord.
Besluit van de Vlaamse Regering van 29 januari 2021 tot wijziging van de regelgeving over de voorwaarden en procedure in het kader van de toekenning van een vergunning of subsidie aan een organisator van kinderopvang en buitenschoolse opvangen over voorwaarden voor het lokaal bestuur in het kader van het lokaal beleid kinderopvang.
Akkoord te gaan met de voorgestelde werkwijze tot opportuniteitsadvies in de kinderopvang.
Tijdens de zitting van 12 september 2022 werd akkoord gegaan:
De overeenkomst voor site Oogappel en voor site Molenwiekje (al dan niet samengevoegd met Duimelot) wensen we hierbij voor te leggen ter goedkeuring.
Voor de site Molenwiekje dient een nieuw zakelijk recht overeengekomen te worden nav het verlopen binnen enkele jaren van het huidige recht van opstal.
Adviezen opgevraagd, geen ontvangen. Deze diensten waren wel betrokken in het proces.
Juridische dienst
Agsa
Ruimtelijke ordening
ASZ
Decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van kinderopvang van baby’s en peuters.
Besluit van de Vlaamse Regering van 22 november 2013 houdende de subsidies en de eraan gekoppelde voorwaarden voor de realisatie van specifieke dienstverlening door gezinsopvang en groepsopvang van baby’s en peuters.
MJP 000311 AC 000 239 0945 08 2210007 - Het voorzien in een (ver)nieuw(d)e infrastructuur voor Oogappel, Molenwiekje en Duimelot (kinderdagverblijven in eigen beheer), momenteel gehuisvest in verouderde gebouwen en/of containers. Middelen voor studiewerk/opmaak plannen/aankoop grond/bouw, zonder buitenaanleg.
2021_cbs01019 - Principebeslissing mbt in uitvoering brengen MJP, nl. de actie het voorzien in infrastructuur voor de stedelijke kinderdagverblijven - Beslissing
Goedkeuring van het DC van AGSA van 21 april 2021 van het CBS besluit ‘principebeslissing m.b.t. de kinderdagverblijven.
Kennisgeving aan de RVB van AGSA van 05 mei 2021 van het CBS besluit ‘principebeslissing m.b.t. de kinderdagverblijven.
Kennisgeving haalbaarheidsstudie aan het DC van AGSA van 24/11/2021.
2022_CBS_04925 - Resultaten van het onderzoek door AGSA mbt de infrastructuur van de stedelijke kinderopvanginitiatieven en de noodzaak aan bijkomend investeringsbudget - Beslissing
de projectovereenkomst met AGSA voor site Oogappel goed te keuren.
de projectovereenkomst met AGSA voor site Molenwiekje/Duimelot goed te keuren.
Situatieschets 21 december 2022
2. Winternoodperiode (1/12/2022-28/2/2023):
Tijdens de winternoodperiode gelden volgende regels.
Men heeft recht op minimaal 5 nachten opvang per 14 dagen. Indien er nog bedden vrij zijn, kan men meerdere nachten per 14 dagen gebruik maken van de nachtopvang. Indien volzet, dan kan vanaf de 6e nacht geweigerd worden.
Bij vriesweer wordt er naar gestreefd om niemand op straat te laten slapen. Hiervoor kunnen naast de uitbreiding van de noodbedden, nog 4 veldbedden bijgezet worden verspreid over de andere kamers.
Dit brengt de maximum capaciteit tijdens vriesweer op 28 bedden. Deze situatie voortdurend (ook buiten vriesweer) aanhouden is niet haalbaar, gezien het kort opeen slapen en veel personen opvangen vaak zorgt voor spanningen en meer begeleiding vraagt.
3. Gebruikers nachtopvang
Er zijn twee belangrijke signalen mbt de gebruikers van de nachtopvang.
De toeleidingen via politie (gebruik noodbedden) blijken beperkt te zijn. In 2022 ging het voor de periode januari - november om 8 toeleidingen in totaal, waarvan gemiddeld 1 per maand.
4. Weigeringen omwille van volzet
Zie ook slide n°2 van PPT in bijlage, evolutie overnachting en geweigerd wegens geen plaats.
5. Weigeringen omwille van sanctie
CAW kan een sanctie opleggen aan gebruikers indien zij de regels overtreden tijdens hun verblijf in de nachtopvang (bvb. agressie, overlast, druggebruik, ...). Dit leidt tot een weigering in de nachtopvang op basis van sanctie (i.t.t. 'geen plaats'). In 2022 werd in de periode januari - november in totaal 202 keren geweigerd omwille van een sanctie. Een sanctie kan meerdere dagen zijn, één persoon die een sanctie ontvangt telt dus meerdere keren mee.
Uitbreiding capaciteit nachtopvang
Gezien de stijging van de bezettingsgraad in de nachtopvang, meer vragen voor opvang van vrouwen en kinderen, en de verwachting dat de moeilijke financieel-economische situatie de komende maanden het aantal gebruikers nog zal doen stijgen, stellen we voor een onmiddellijke uitbreiding van de capaciteit van de nachtopvang door te voeren en dit tot en met 28 februari 2023. Zo kan aan de eerste noden tegemoet gekomen worden, en daalt het aantal weigeringen aanzienlijk.
Capaciteit:
Zo komen we tot een standaardcapaciteit van 26 bedden, waarbij er pas vanaf 27 personen geweigerd wordt. Bij vriesweer wordt de capaciteit opgetrokken tot 30 bedden.
Deze uitbreiding van 6 bedden (noodbedden en extra stapelbed) wordt maximaal voorbehouden voor inwoners van Aalst. Dit is het maximum dat de huidige locatie aankan op infrastructureel gebied.
2. Personeel
Een hogere standaard bezetting, in combinatie met meer diverse groepssamenstelling, zet een grote druk op de dynamiek in de nachtopvang. Dit vraagt om voldoende professionele begeleiding.
In functie van de nieuwe samenwerkingsovereenkomst 2023-2026 waarin stad Aalst vraagt om het inloopcentrum 7/7 open te houden (ipv ma-vr), had CAW Oost-Vlaanderen gepland om meer personeelsinzet te voorzien in het inloopcentrum (opening weekend) en in de nachtopvang over te schakelen naar twee slapers vanaf januari 2023 (in plaats van de werking met één waker en één slaper in 2020-2022).
Waker= persoon die gedurende de nacht aanwezig is, wakker blijft, en rondloopt in het gebouw om toezicht te houden.
Slaper= persoon die gedurende nacht aanwezig is, maar enkel gewekt wordt indien er problemen zijn.
Gezien de nu gevraagde capaciteitsuitbreiding tijdens de winternoodperiode is het belangrijk om één slaper te kunnen behouden. CAW Oost-Vlaanderen vraagt daarom een tijdelijke uitbreiding van het budget voor de periode 1/1/2023 - 28/2/2023 voor de financiering van één waker (7/7 - nachtshifts).
Het gaat om een budget van 32 588 EUR voor de personeelsinzet voor de personeelsuitbreiding, voor de periode 1/1/2023 - 28/2/2023.
De uitbreiding van de capaciteit van de nachtopvang voor de periode 1/1/2023-28/2/2023 werd goedgekeurd door het college van burgermeester en schepenen op 22/12/2022. Het addendum bij de samenwerkingsovereenkomst zoals gevoegd in bijlage werd goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 9/1/2023.
Positief advies dienst Samenleving. Met deze tijdelijke uitbreiding spelen we in op het signaal dat de capaciteit van de nachtopvang meer en meer onder druk komt te staan. Alsook de signalen vanuit de outreachende werkingen dat er meer en meer mensen buiten slapen of verblijven in kraakpanden. Hiermee werken we aan het bereiken van doelstelling 9.1. van het lokaal sociaal beleidsplan 2020-2025, nl. "De stad pakt dak -en thuisloosheid aan".
De gemeenteraad d.d. 20/09/2022 waarbij de bijsturing en verlenging van de samenwerkingsovereenkomst met CAW Oost-Vlaanderen vzw ikv daklozenopvang en inloopaanbod werd goedgekeurd.
Het college van burgemeester en schepenen d.d. 23/12/2022 waarbij de tijdelijke uitbreiding van de opvangcapaciteit in nachtopvang werd goedgekeurd.
Het college van burgemeester en schepenen d.d. 16/01/2023 waarbij het addendum m.b.t. de tijdelijke uitbreiding capaciteit nachtopvang bij de samenwerkingsovereenkomst met CAW Oost-Vlaanderen vzw werd goedgekeurd.
akkoord te gaan met het addendum bij de samenwerkingsovereenkomst met CAW Oost-Vlaanderen vzw betreffende daklozenopvang zoals gevoegd in bijlage.
Actie | Te behalen KPI | Subsidie |
Oefenkansen Nederlands | 2.885 deelnames aan een oefenkans | € 135.000 |
Begeleiding hogere studies | 150 jongeren met minstens 4 contactmomenten | € 97.500 |
Begeleiding naar arbeidsmarkt | 274 begeleidingen met minstens 4 contactmomenten | € 170.625 |
Begeleiding naar werk door mentors | 200 jongeren begeleiden | € 64.000 |
In contact met sport | 180 jongeren toeleiden of informeren | € 37.800 |
Brugfiguren onderwijs | 300 gezinnen begeleiden | € 96.000 |
In contact met cultuur | 180 jongeren toeleiden of informeren | € 37.800 |
Totaal: | € 638.725 |
Deze middelen zijn toegekend m.i.v. 01/10/2022 tot 30/09/2023 en zijn twee keer verlengbaar met een jaar, dus tot 30/09/2025. Er wordt ook 50% co - financiering gevraagd. Bestaande middelen en werkingen werden als co - financiering ingebracht.
Subsidies ABB | Co – financiering Stad Aalst |
€ 638.725 Dit zijn nieuwe acties. | € 638.725 Volledig uit bestaand aanbod/reguliere werking te halen. |
Totaal Plan Samenleven: € 1.277.450 |
2. Plan van aanpak
Het plan samenleven werd bij Stad Aalst vorm gegeven in samenwerking met verschillende interne diensten (Sport, Cultuur, Ontwikkeling, Economie en zorginnovatie, Onderwijs, Samenleving, Jeugd en Inburgering). Per actie werd een werkgroep samen gesteld met alle betrokken diensten.
Zoals reeds goedgekeurd op het CBS van 24 oktober 2022 zullen een aantal bestaande acties worden versterkt met de subsidies via een uitbreiding van bestaande overeenkomsten met lokale actoren. Daarnaast werd goedgekeurd om voor de nieuwe acties oproepen te lanceren naar analogie met de oproepen binnen het lokaal sociaal beleid. Gezien de middelen reeds ingingen vanaf 1/10/2022 werd een verkorte procedure gehanteerd. Alle nieuwe en uitgebreide overeenkomsten worden geagendeerd op het schepencollege midden januari en de Gemeenteraad van 31/01/2023. We voorzien een opstart in februari 2023.
3. Invulling acties lokale oproepen Plan Samenleven
De lokale oproep Plan Samenleven werd gelanceerd op 28 oktober voor onderstaande acties. De jurymomenten gingen door op 12, 13 en 14 december. Een kwantitatief en kwalitatief verslag is terug te vinden in de bijlage. Hieronder worden per actie de laureaat en de inhoud van het project toegelicht.
3.1. Oefenkansen Nederlands voor volwassenen
Overeenkomst "vrijwilligerswerk als oefenkans Nederlands" (zie bijlage)
Laureaat: Refu Interim
Budget: €60.000
Inhoud project: Via vrijwilligerswerk worden enerzijds oefenkansen Nederlands voor anderstalige burgers gecreëerd. Anderzijds wordt er ook ingezet op het vergroten van hun netwerk en relevante ervaring als voorbereiding op de arbeidsmarkt. Zowel de anderstalige burgers als de verenigingen worden actief ondersteund en opgevolgd om de kwaliteit van het vrijwilligerstraject te waarborgen.
3.2. Toeleiden jongeren naar hogere studies
Overeenkomst "toeleiding naar hogere studies" (zie bijlage)
Laureaat: Odisee (i.s.m. HOGENT en LEJO vzw)
Budget: € 97.500
Inhoud project: Jongeren met migratiegeschiedenis, een lage socio-economische status of met een fysieke of mentale beperking (of een combinatie van factoren) vinden hun weg moeilijker naar hoger onderwijs. Odisee werkte een programma uit i.s.m. LEJO vzw en HOGENT om deze jongeren beter te bereiken en te begeleiden. Een aanbod vormings- en ontmoetingsmomenten wordt georganiseerd door de hogescholen en draagt bij aan talentontwikkeling en verbetering van de kennis van opleidingen na secundair onderwijs bij kwetsbare jongeren. Daarnaast wordt er ook trajectbegeleiding voorzien die een intensieve en aanklampende ondersteuning voorziet. Er wordt een meter - peterschap uitgewerkt waarbij studenten gekoppeld worden aan kwetsbare jongerne die bijdragen aan een warm onthaal- en begeleidingstraject bij de instroom en doorstroom in hoger onderwijs.
3.3. Begeleiding naar werk door mentoren
Overeenkomst is nog niet in orde omdat er nog een aantal onduidelijkheden zijn. Deze worden zo snel mogelijk uitgeklaard en op een volgend CBS en Gemeenteraad geagendeerd.
Laureaat: Duo for a Job
Budget: € 64.000
Inhoud project: Jongeren met migratieachtergrond worden met deze opdracht begeleid door een mentor met beroepservaring. Dit zorgt voor een win – win situatie. Enerzijds worden jongeren gesteund in hun zoektocht naar werk; anderzijds kunnen de mentoren hun ervaringen en vaardigheden op een waardevolle manier inzetten.
4. Invulling acties als uitbreiding bestaande overeenkomsten
Zoals op het CBS van 24/10/2022 werd goedgekeurd werd er zoveel mogelijk bestaand aanbod uitgebreid met de middelen van Plan Samenleven. Hieronder wordt per actie toegelicht welke overeenkomsten worden uitgebreid en wat de accenten in die uitbreiding zullen zijn. De voorstellen tot overeenkomst zijn terug te vinden in de bijlage en zullen ter goedkeuring op de gemeenteraad van 31 januari 2023 worden voorgelegd.
4.1. Toeleiding naar de arbeidsmarkt
4.1.1. Uitbreiding overeenkomst "Taalcoaching op de werkvloer" (zie bijlage)
Partner: vzw Ligo Zuid-Oost-Vlaanderen
Budget: € 20.000
Accenten uitbreiding:
Ligo Zuid-Oost-Vlaanderen vzw biedt taalcoaching aan op art. 60 werkvloeren bij vzw's. Met deze uitbreiding van Plan Samenleven, komen we tegemoet aan een nood aan extra ondersteuningsmogelijkheden voor art. 60 tewerkstellingen op de private werkvloeren. Zowel de private werkvloeren als de werknemers met art. 60 statuut worden door vzw Ligo Zuid-Oost-Vlaanderen actief begeleid op maat.
4.1.2. Uitbreiding overeenkomst "W-att - attitudetraining jongeren" (zie bijlage)
Partner: Groep Intro
Budget: € 20.000
Accenten uitbreiding:
Jongeren die doorverwezen worden door OCMW kunnen reeds een attitudetraining volgen bij Groep Intro. We willen dit project uitbreiden naar àlle jongeren die hier baat bij hebben.
In functie van de ontwikkeling van attitudetraining en sociale vaardigheden bij jongeren organiseert Groep Intro vzw een aanbod op maat met zowel oog voor individuele ondersteuning als groepswerking meg oog op een betere integratie in de werkcontext.
4.1.3. Toeleiding van jongeren naar sport (samen met actie 4.1.4.)
Uitbreiding overeenkomst (zie bijlage)
Partner: Lejo vzw
Budget: € 30.000
Accenten uitbreiding: Lejo vzw verkent het bestaande aanbod van culturele en sportactiviteiten voor jongeren van buitenlandse herkomst en jongeren met een beperking in regio Aalst. In overleg met de jongeren, het netwerk van de jongeren en gespecialiseerde organisaties worden de noden in kaart gebracht van deze jongeren ten aanzien van sport- en culturele activiteiten. Er wordt ingezet op samenwerkingen met lokale actoren die zich richten tot de doelgroep jongeren met een beperking te verkennen en indien mogelijk duurzaam uit te bouwen. De samenwerking resulteert in enerzijds een betere kennis van de doelgroep bij Lejo vzw, en anderzijds in beter bereik van de doelgroep door Lejo vzw en andere lokale actoren. Lejo vzw zorgt voor een toeleiding van de doelgroep naar het reguliere aanbod.
4.1.4. Toeleiding van jongeren naar cultuur (zie 4.1.3.)
Uitbreiding overeenkomst (zie bijlage)
Partner: Lejo vzw
Budget: € 37.800
Accenten uitbreiding: zie 4.1.3.
4.1.5. Brugfiguren naar onderwijs
Uitbreiding overeenkomst "Brugfiguren Onderwijs" (zie bijlage)
Partner: vierdewereldgroep Aalst en VCLB
Budget: € 40.000
Accenten uitbreiding: De brugfiguren worden in deze scholen ingeschakeld als neutrale vertrouwenspersonen. Ze zetten in op ontmoeting, informeren en het opbouwen van een vertrouwensband met (kwetsbare) gezinnen. Dit doen ze door middel van laagdrempelige contacten (bv. aan de schoolpoort) en de organisatie van activiteiten waaraan de gezinnen kunnen deelnemen (bv. oudergesprekken, infomomenten, schoolfeest, …). Met de middelen van Plan Samenleven wordt ingezet op het bereiken van kwetsbare gezinnen, kan een intensief nazorgtraject voorzien worden voor de drie scholen waar de ondersteuning afloopt op 31/12/2022, en kunnen korte trajecten op maat aangeboden worden aan scholen die niet in een uitgebreid traject zijn opgenomen.
5. Versterking van de reguliere werking
Een aantal acties worden intern uitgewerkt om de reguliere werking van de eigen werking te versterken.
Actie | Project | KPI | Dienst |
Brugfiguren onderwijs | Leescoach | 150 kwetsbare gezinnen | Utopia |
Begeleiding naar de arbeidsmarkt | Maatschappelijk werker team Groei voor het begeleiden van 55+ | 30 werkzoekenden 55+ | OCMW – team Groei |
Oefenkansen Nederlands | Activiteiten Taalpunt | 500 deelnames aan een oefenkans Nederlands | Team Inburgering |
Oefen hier je Nederlands | 200 deelnames aan een oefenkans Nederlands | Team Inburgering | |
"Ken je vrije tijd" voor volwassenen | 100 deelnames aan een oefenkans Nederlands | Team Inburgering | |
Toeleiding van jongeren naar cultuur | "Ken je vrije tijd" voor jongeren | 20 kwetsbare jongeren | Team Inburgering |
Toeleiding van jongeren naar sport | "Ken je vrije tijd" voor jongeren (samen met toeleiding naar cultuur) | 20 kwetsbare jongeren | Team Inburgering |
2022_CBS_06544 - Plan Samenleven: Laureaten en uitbreidingen bestaande overeenkomsten - Beslissing
2022_CBS_05584 - Plan Samenleven - Beslissing
2022_CBS_03062 - Plan Samenleven: prioriteitenlijst Stad Aalst - Beslissing
Akkoord te gaan met de uitbreiding van de overeenkomst "Taalcoaching op de werkvloer" i.s.m. vzw Ligo Zuid-Oost-Vlaanderen binnen de actie 'toeleiden naar de arbeidsmarkt'.
Akkoord te gaan met de uitbreiding van de overeenkomst "W-att - attitudentraining jongeren" i.s.m. Groep Intro binnen de actie 'toeleiden naar de arbeidsmarkt'.
Akkoord te gaan met de uitbreiding overeenkomst van Lejo vzw binnen de acties 'toeleiden van jongeren naar sport' en 'toeleiden van jongeren naar cultuur'.
Akkoord te gaan met de uitbreiding overeenkomst "Brugfiguren Onderwijs" i.s.m. Vierdewereldgroep Aalst en VCLB binnen de actie "Brugfiguur onderwijs".
Akkoord te gaan met de overeenkomst met de laureaat 'Refu Interim' binnen de actie 'vrijwilligerswerk als oefenkans Nederlands'.
Akkoord te gaan met de overeenkomst met laureaat 'Odisee' i.s.m. HOGENT en LEJO vzw binnen de actie 'Toeleiding van jongeren naar hoger onderwijs'.
Akkoord te gaan met de overeenkomst met Agentschap Integratie en Inburgering in kader van extra personeelsinzet ter ondersteuning van 4 acties binnen het Plan Samenleven.
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Ingmar Baeyens.
Zoals de zon elke ochtend opgaat, zo is ook het jaarlijkse debat rond het inschrijven van onze kinderen voor school een zekerheid. Op het ogenblik dat ik dit schrijf weet ik nog niet of het via een collega de raad haalt maar ik wil het risico niet nemen. Het is ook een ongelooflijk belangrijk thema dat ons allen aanbelangt en ik wil er oprecht wars van partijpolitiek of dogma naar kijken. Het is in de schoot van het lokaal overlegplatform voor gelijke kansen alleszins beslist dat er dit jaar digitaal aangemeld moet worden voor het secundair én de schepen liet al weten niet geamuseerd te zijn maar ik zoek hier vandaag géén debat voor of tegen. Wél wil ik graag een vraag stellen of liever een oproep doen:
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
over de interpellatie van raadslid Ingmar Baeyens aangaande 'Centraal aanmelden, een jaarlijks debat'.
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Pieter Cassiman.
In het Nieuwsblad van 20 januari 2023 stond te lezen dat er een toenemend tekort aan OKAN-klassen is in Antwerpen. De wachtlijsten groeien er, “jongeren verliezen tijd om Nederlands te leren en zich te integreren…”, wordt gezegd. In het bewuste artikel werd ook verwezen naar andere steden die hun limieten hebben overschreden. Hierbij werd ook Aalst genoemd.
Vandaar volgende vragen i.v.m. OKAN-klassen in Aalst:
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
over de interpellatie van raadslid Pieter Cassiman aangaande 'OKAN klassen in Aalst'.
De stad sloot in 2016 een nieuwe gebruiksovereenkomst de Loods vzw voor de uitbating van het buurtrestaurant in ontmoetingshuis De Brug. Deze overeenkomst verliep op 31/12/2018 maar voorzag in de mogelijkheid om te verlengen met 2 jaar mits gunstige evaluatie.
Gelet op de plannen om de uitbating van het toekomstige sociaal buurtrestaurant in de te renoveren Gendarmerie uit te besteden, werd een nieuwe gebruiksovereenkomst afgesloten m.i.v. 1/01/ 2019 tem 31/12/2019 en de mogelijkheid voorzien om te verlengen met 2 jaar en de optie van 1 jaar extra teneinde de periode te overbruggen tot het nieuwe buurtrestaurant een uitbater had gevonden (in uitvoering van de beslissing CBS 3/12/12/2018).
Op 30 november 2021 besliste de gemeenteraad om de gebruiksovereenkomst met ingang van1 januari 2022 t.e.m. 31/12/2023 met mogelijkheid tot verlenging, tussen de stad Aalst en de Loods voor het buurtrestaurant in het ontmoetingshuis De Brug, gelegen te Hertshage, Aalst, goed te keuren.
Op 19 december 2022 besliste het college van burgemeester en schepenen om een addendum toe te voegen bij de gebruiksovereenkomst voor verhoging van de toelage binnen de gebruiksovereenkomst naar 40 567,38 EUR per jaar vanaf 2023.
Dit addendum wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Dit voorstel kwam tot stand in dialoog tussen de diensten Samenleving, Economie en Zorginnovatie en
Financiën. Het voorstel komt tegemoet aan de vraag van De Loods en tegelijkertijd houden we
gelijkwaardige behartiging van de lokale actoren aan
Het college van burgemeester en schepenen d.d. 27/06/2022 betreffende de evaluatie en verlenging van de
samenwerkingsovereenkomsten lokale actoren i.k.v. Lokaal sociaal beleid.
De gemeenteraad d.d. 20/09/2022 betreffende de evaluatie en verlenging van de
samenwerkingsovereenkomsten lokale actoren i.k.v. Lokaal sociaal beleid.
De gemeenteraad d.d. 30/11/021 waarbij de gebruiksovereenkomst betreffende het restaurant in De Brug
werd goedgekeurd.
Op 5/12/2022 werd er via mail een officiële vraag gesteld aan het college van burgemeester en schepenen
door directeur Tom Wauters van De Loods vzw mbt de samenwerkingsovereenkomsten met Stad Aalst 2023-
2026.
Het college van burgemeester en schepenen d.d. 12/12/2022 waarbij kennis werd genomen van de vraag van
De Loods vzw m.b.t. het sociaal restaurant De Brug.
Het college van burgemeester en schepenen d.d. 19/12/2022 besliste om een addendum toe te voegen bij de gebruiksovereenkomst voor verhoging van de toelage binnen de gebruiksovereenkomst naar 40 567,38 EUR per jaar vanaf 2023.
Akkoord te gaan met de voorwaarden in het addendum bij de gebruiksovereenkomst tussen de stad Aalst en de Loods voor het buurtrestaurant in het ontmoetingshuis De Brug, gelegen te Hertshage, Aalst.
De heer David Coppens, voorzitter gemeenteraad, samen met de heer Wim Leerman, algemeen directeur of hun vervangers, aan te stellen als verschijners namens de stad voor het ondertekenen van voormeld addendum.
Bij gemeenteraadsbeslissing van 29 november 2016 werd de principebeslissing van de cluster Mobiliteit en openbaar domein, goedgekeurd voor de heraanleg van de Grote Baan te Herdersem-Aalst.
De riolerings- en wegeniswerken situeren zich langs de Alfons De Cockstraat en de Grote Baan (enerzijds tussen Wijngaardveld en Kapelleommegang en anderzijds tussen Middenweg en grens met Wieze). De werken tussen Baatmeers en de grens met Wieze beperken zich tot het opbreken van de bestaande voetpadverhardingen en het heraanleggen van fiets- en voetpaden.
In het kader van module 4 (grondverwervingen rioleringsdossiers) van de dienstverleningsovereenkomst betreffende de uitbouw en het beheer van gemeentelijke afvalwaterzuiveringsinfrastructuur tussen de stad Aalst en de Aquafin nv maakt Aquafin nv ons de raming over voor de te verwerven terreinen in het kader van project AST3008 “Grondverwerving Grote Baan te Herdersem”.
Voor dit project dienen 200 innemingen te worden gerealiseerd.
In zitting van 1 september 2017 ging het college van burgemeester en schepenen principieel akkoord om in het kader van het Aquafin project AST3008 “Grondverwerving Grote Baan te Herdersem”, over te gaan tot de verwerving van 200 innames en hiervoor een budget vrij te maken van 350.000,00 EUR op basis van de ramingen opgemaakt door Aquafin nv. In zelfde zitting werd beslist notarissen Pascale Van den Bossche, Frederic Caudron, Danièle Breckpot en notariskantoor Van Maele en Couck aan te stellen als instrumenterende notarissen voor de stad om de ontwerpakten voor te bereiden die aan de gemeenteraad zullen worden voorgelegd, om na goedkeuring van de verwervingen door de gemeenteraad, de authentieke akten te verlijden.
In zitting van 27 maart 2018 , keurde de gemeenteraad de onderhandse overeenkomsten goed voor de inname 25.
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 16 januari 2023 kennis te nemen van de grondverwerving in het kader van de uitvoering van het Aquafinproject AST3008, “Grondverwerving Grote Baan te Herdersem”, te Herdersem, Grote Baan, 7°afdeling, sectie B, nummer 15 N2 P0000, zijnde inname 25 van het plan, mits een vergoeding van 4.681,20 EUR, op basis van de voorwaarden vermeld in de ontwerpakte opgemaakt door notariskantoor Pascale Van den Bossche, met standplaats te Aalst en voormelde ontwerpakte ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad.
In het dossier wordt de ontwerpakte toegevoegd.
De bepalingen van het Decreet over het lokaal bestuur
om reden van openbaar nut over te aan tot de grondverwerving in het kader van de uitvoering van het Aquafinproject AST3008, “Grondverwerving Grote Baan te Herdersem”, te Herdersem, Grote Baan, 7°afdeling, sectie B, nummer 15 N2 P0000, zijnde inname 25 van het plan, mits een vergoeding van 4.681,20 EUR, op basis van de voorwaarden vermeld in de ontwerpakte opgemaakt door notariskantoor Pascale Van den Bossche, met standplaats te Aalst
de heer David Coppens, voorzitter gemeenteraad, samen met de heer Wim Leerman, algemeen directeur of hun vervangers, aan te stellen als verschijners namens de stad bij het verlijden van voormelde akte.
Bij gemeenteraadsbeslissing van 20 september 2016 werden de gunningsvoorwaarden van de cluster Mobiliteit en openbaar domein goedgekeurd voor de aanleg van een optimaal gescheiden rioleringsstelsel in de Lievevrouwstraat, Spruithoekstraat, Varentweg, Heidebosstraat, Mevrouwenbosweq en Royenbosweg te Moorsel-Aalst, aansluiting Tinnenhoek -Terhagen - project B.
Aquafin nv maakte ons de raming over voor de te verwerven terreinen in het kader van project AST3007 “Grondverwerving Lievevrouw-/ Spruithoekstraat (Moorsel)”
Voor dit project te Moorsel en Baardegem dienden oorspronkelijke 48 innemingen te worden verwezenlijkt. De totale vergoeding voor het verwerven van deze gronden bedraagt 43 566,89 EUR, de voorziene schadevergoeding voor de tijdelijke werkzone bedraagt 2 467,84 EUR, te vermeerderen met de tuinexpertises voor 22 917,22 EUR, voor een totaalbedrag van 68 951,95 EUR.
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 27 maart 2017 om principieel akkoord te gaan met de verwerving en het vestigen van tijdelijke werkzones op 48 innames, in het kader van de geplande rioleringswerken te Moorsel, Lievevrouwstraat - Spruithoekstraat, en hiervoor een budget vrij te maken van 68 951,95 EUR, op basis van de raming opgemaakt door Aquafin nv.
In zelfde zitting werd beslist notariskantoor Meert - Deconinck, te Erpe-Mere, Gentsesteenweg 6, aan te stellen als instrumenterende notaris voor de Stad om de ontwerpakten voor te bereiden die aan de gemeenteraad zullen worden voorgelegd, om na goedkeuring van de verwervingen door de gemeenteraad, de authentieke akten te verlijden
De gemeenteraad besliste in zitting van 23 oktober 2018 om reden van openbaar nut, in het kader van het Aquafin project AST3007 “Grondverwerving Lievevrouwstraat/Spruithoekstraat te Moorsel, over te gaan tot de verwerving van de innames 1 – 2 – 3 – 4 – 5 – 6 – 7 – 8 – 9 – 10 – 11 - 12 – 13 - 14 – 15 – 23 - 24 – 25 – 26 – 27 – 28 – 29 – 30 – 31 - 32 – 33 – 34 – 35 – 36 – 37 – 38 - 39 – 40 – 41 - 42 – 43 – 44 van het plan, en hiervoor de koopovereenkomsten, afstanden van pacht, terreinbeschrijvingen en overeenkomsten voor uitwinningsschade goed te keuren.
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 19 december 2022 kennis te nemen van de grondverwervingen in het kader van de uitvoering van het Aquafinproject AST3007, “Grondverwerving Lievevrouwstraat/Spruithoekstraat”, te Aalst-Moorsel, 8°afdeling, sectie A en B, nummers 243 E P0000, 165 E P0000, 24 A P0000, 420 E P0000, 220 F P0000, 450 E P0000, 450 F P0000, 247 A P0000, zijnde inname 2 - 3 - 4 - 12 - 13 - 24 - 27 - 44 van het plan, mits een vergoeding van 10.919,69 EUR, op basis van de voorwaarden vermeld in de ontwerpakten opgemaakt door notariskantoor Meert - Deconinck, met standplaats te Erpe-Mere en voormelde ontwerpakten ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad.
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 9 januari 2023 kennis te nemen van de grondverwervingen in het kader van de uitvoering van het Aquafinproject AST3007, “Grondverwerving Lievevrouwstraat/Spruithoekstraat”, te Aalst-Moorsel, Aalst-Moorsel, 8°afdeling, sectie B, nummer 449 B P0000 - 204 C P0000 - 220 E P0000 - 221 A P0000 - 57 C P0000 - 60 T P0000 - 61 A P0000 - 62 B P0000 - 63 D P0000 - 64 D P0000 - 447 B P0000 , zijnde inname 9 - 11 - 23 - 25 - 26 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 39 van het plan, mits een vergoeding van 8.100,99 EUR, op basis van de voorwaarden vermeld in de ontwerpakten opgemaakt door notariskantoor Meert - Deconinck, met standplaats te Erpe-Mere en voormelde ontwerpakten ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad.
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 16 januari 2023 kennis te nemen van de grondverwervingen in het kader van de uitvoering van het Aquafinproject AST3007, “Grondverwerving Lievevrouwstraat/Spruithoekstraat”, te Aalst-Moorsel, Aalst-Moorsel, 8°afdeling, sectie B, nummer 182 A P0000 - 197 A P0000 - 64 C P0000, zijnde inname 38 - 40 - 41 - 42 - 43 van het plan, mits een vergoeding van 2.215,62 EUR, op basis van de voorwaarden vermeld in de ontwerpakte opgemaakt door notariskantoor Meert - Deconinck, met standplaats te Erpe-Mere en voormelde ontwerpakten ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad.
In het dossier worden de ontwerpakten toegevoegd.
De bepalingen van het Decreet over het lokaal bestuur.
om reden van openbaar nut akkoord te gaan met de grondverwervingen in het kader van de uitvoering van het Aquafinproject AST3007, “Grondverwerving Lievevrouwstraat/Spruithoekstraat”, te Aalst-Moorsel, 8°afdeling, A en B, nummer nummer 243 E P0000 - 165 E P0000 - 24 A P0000 - 420 E P0000 - 220 F P0000 - 450 E P0000 - 450 F P0000 - 247 A P0000 - 449 B P0000 - 204 C P0000 - 220 E P0000 - 221 A P0000 - 57 C P0000 - 60 T P0000 - 61 A P0000 - 62 B P0000 - 63 D P0000 - 64 D P0000 - 447 B P0000 - 182 A P0000 - 197 A P0000 - 64 C P0000, zijnde inname 2-3-4-9-11-12-13-23-24-25-26-27-33-34-35-36-37-38-39-40-41-42-43-44 van het plan, mits een vergoeding van 21.236,30 EUR, op basis van de voorwaarden vermeld in de ontwerpakten opgemaakt door notariskantoor Meert - Deconinck, met standplaats te Erpe-Mere.
de heer David Coppens, voorzitter gemeenteraad, samen met de heer Wim Leerman, algemeen directeur of hun vervangers, aan te stellen als verschijners namens de stad bij het verlijden van voormelde akten.
Tussen de stad Aalst, het Vlaamse Gewest en de VMM De Lijn werd op 16 oktober 1997 een mobiliteitsconvenant afgesloten voor de herinrichting van de gewestweg N411 voor het vak Aalst - Moorsel.
De in het kader van die convenant opgestelde koepelmodule 41002/3, met modules 4a, 13b en 13c beoogt de aanleg van nieuwe verbindende tweerichtingsfietspaden langs de gewestweg N411 te Aalst, tussen het kruispunt van de R41 (Onze Lieve Vrouwplein Aalst) en de bebouwde kom van Moorsel.
Tijdens deze werken wordt de Kaalbergstraat te Moorsel heraangelegd en wordt de rooilijn vastgelegd.
Aangezien er geen bijkomende grondverwervingen nodig zijn, maar de wegenis van de Kaalbergstraat niet officieel behoort tot het openbaar domein, wordt dit nu geregulariseerd via kosteloze grondafstanden.
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 15 juni 2020 principieel akkoord te gaan om in het kader van de geplande riolerings- en wegenwerken en de realisatie van het rooilijnplan, Moorselbaan N411, deel Moorsel Kaalbergstraat, over te gaan tot de kosteloze verwerving van de benodigde percelen.
In zelfde zitting werd beslist de afdeling Vastgoedtransacties aan te stellen om over te gaan tot het voeren van de onderhandelingen, de opmaak van de ontwerpakten en het vertegenwoordigen van de stad bij het verlijden van de notariële akten en voormelde ontwerpakten ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad.
De gemeenteraad besliste in zitting van 26 oktober 2021 akkoord te gaan om in het kader van de geplande riolerings- en wegenwerken en de realisatie van het rooilijnplan, Moorselbaan N411, deel Moorsel Kaalbergstraat, over te gaan tot de kosteloze verwerving van de benodigde percelen en hiervoor de afdeling Vastgoedtransacties aan te stellen om over te gaan tot het voeren van de onderhandelingen, de opmaak van de ontwerpakten en het vertegenwoordigen van de stad bij het verlijden van de notariële akten.
Afdeling Vastgoedtransacties stuurde ons de akte door voor administratieve afhandeling van de gratis grondafstand van 89,00 m² in het perceel te Aalst-Moorsel, Kaalbergstraat, kadastraal gekend 8°afdeling, sectie D, nummer 668 M P0000, gekend als inname 443
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 19 december 2022 kennis te nemen van de gratis grondafstand in voordeel van de stad van 89,00 m² in het perceel te Aalst-Moorsel, Kaalbergstraat, kadastraal gekend 8°afdeling, sectie D, nummer 668 M P0000, gekend als inname 443 , in het kader van de geplande riolerings- en wegenwerken en de realisatie van het rooilijnplan, Moorselbaan N411, deel Kaalbergstraat, op basis van de voorwaarden vermeld in de akte opgemaakt door de afdeling Vastgoedtransacties en voormelde akte ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad.
In het dossier worden de ontwerpakte en het grondinnameplan toegevoegd.
De bepalingen van het decreet over het lokaal bestuur.
om reden van openbaar nut, akkoord te gaan met de gratis grondafstand in voordeel van de stad van 89,00 m² in het perceel te Aalst-Moorsel, Kaalbergstraat, kadastraal gekend 8°afdeling, sectie D, nummer 668 M P0000, gekend als inname 443 , in het kader van de geplande riolerings- en wegenwerken en de realisatie van het rooilijnplan, Moorselbaan N411, deel Kaalbergstraat, op basis van de voorwaarden vermeld in de akte opgemaakt door de afdeling Vastgoedtransacties.
In het kader van de geplande riolerings- en wegenwerken langs de Hoezekouterdreef te Aalst, wordt een voet- en fietsweg gerealiseerd volgens het RUP Aalst West, met daaronder een verbindingsriolering tussen de Hoezekouterdreef en de aquafincollector aan de Frans Roucelstraat.
Aan de Hoezekouterdreef wordt een bufferbekken aangelegd.
Dit ontwerp zorgt voor afkoppeling van vuil water van de Hoezebeek door aanleg van een DWA-verbindingsriolering. RWA wordt aangesloten via het bufferbekken op de Hoezebeek.
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 14 december 2020 In het kader van de geplande riolerings- en wegenwerken van de dienst Mobiliteit en openbare werken akkoord te gaan om de schattingen en onderhandelingen uit te besteden aan de diensten van Aquafin voor de dossiers Herdersem Gudstraat - Kattenbroekstraat (85 innames), Aalst Hoezekouterdreef (35 innames), Erembodegem Welleweg - Asterstraat (18 innames), Moorsel Gevergemveldbaan (15 innames), Nieuwerkerken Bremtstraat (80 innames), Gijzegem Pachthofstraat (45 innames).
In zelfde zitting werd beslist de nodige budgetten te voorzien onder het exploitatiebudget Mobiliteit en openbare werken, onder MJP000437 – AC000194 – artikelnummer 0310‑70/6131100 (Aquafin (Riototaal): afkoppelingsstudies, onderhoud pompstations, advisering, modelberekeningen, onderhandelingen voor grondinnames voor rioleringsprojecten - Erelonen en vergoedingen consultancy).
De gemeenteraad besliste in zitting van 27 april 2021 het bijzonder bestek met nr. 21/I-39 en de raming voor de opdracht “Cluster Mobiliteit en openbaar domein. Saneren van een lozingspunt aan de Hoezekouterdreef”, opgesteld door de dienst Mobiliteit en openbare werken vast te stellen. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 778 597,26 EUR exclusief btw waarvan 418 622 EUR subsidieerbaar door VMM.
De kosten voor aanleg van de geplande riolerings- en wegenwerken werden hierin opgenomen.
Om de aanleg mogelijk te maken dienen 32 grondverwervingen te worden uitgevoerd.
Aquafin waardeerde de benodigde percelen voor een totale aankoopwaarde, inclusief werkzones, pachtafstanden, uitwinnnings- en schadevergoedingen voor 363.740,90 EUR.
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 18 oktober 2021 om reden van openbaar nut, in het kader van de geplande riolerings- en wegenwerken te Aalst, Hoezekouterdreef, principieel akkoord te gaan met de grondverwervingen voor de geschatte waarde van 363.740,90 EUR.
In zelfde zitting werd beslist voormeld dossier ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad.
De gemeenteraad besliste in zitting van 30 november 2021 om reden van openbaar nut, in het kader van de geplande riolerings- en wegenwerken te Aalst, Hoezekouterdreef, akkoord te gaan met de grondverwervingen voor de geschatte waarde van 363.740,90 EUR
In zelfde zitting werd beslist notariskantoor Pascale Van den Bossche, met standplaats te Aalst, aan te stellen als instrumenterend notaris voor de stad om de ontwerpakten voor te bereiden die aan de gemeenteraad zullen worden voorgelegd en na goedkeuring de authentieke akten te verlijden
Aquafin bezorgde ons de door de eigenaars ondertekende overeenkomsten voor inname 8.
De eigenaar ondertekende een overeenkomst, waarin hij toestemming geeft aan de stad Aalst tot vestiging van een erfdienstbaarheid op zijn perceel voor de aanleg en de uitbating van een rioolwaterzuiveringsinfrastructuur, te Aalst, kadastraal gekend 1°afdeling, sectie B, deel nummer 98, zijnde inname 8 van het plan, tegen de vergoeding van 144,00 EUR en een uitwinningsvergoeding van 633,00 EUR.
Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 9 januari 2023 kennis te nemen van de afgesloten overeenkomsten voor inname 8, in het kader van de geplande riolerings- en wegenwerken AST02 Aalst Hoezekouterdreef en voormelde overeenkomsten ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad.
In het dossier worden de onderhandse overeenkomsten, het schattingsverslag en de metingsplannen toegevoegd.
De bepalingen van het Decreet over het lokaal bestuur.
om reden van openbaar nut, in het kader van de geplande riolerings- en wegenwerken AST02 Aalst Hoezekouterdreef, over te gaan tot de verwerving van inname 8 van het plan en hiervoor de onderhandse overeenkomsten goed te keuren
de uitgave te dekken door middel van krediet voorzien in het budget 2023, MJP 005713 - AC 000285 - 0200_04_2200000 MJP 005712 - AC000293 - 6100000 en MJP005677 - AC000293 - 6430000
de heer David Coppens, voorzitter gemeenteraad en de heer Wim Leerman, algemeen directeur, aan te stellen als verschijners namens de stad om voormelde overeenkomsten te ondertekenen na goedkeuring door de gemeenteraad.
Er werd een verzoekschrift ingediend door LDR advocaten in opdracht van hun cliënt op grond van artikel 13 van het decreet gemeentewegen. Het verzoekschrift vraagt de gemeenteraad om vast te stellen dat de grondstrook van de zijtak van de Oude Aardebaan ter hoogte van nr 36-38A gedurende dertig jaar door het publiek gebruikt werd.
Artikel 13 van het gemeentewegendecreet stelt dat grondstroken waarvan met enig middel van recht bewezen wordt dat ze gedurende de voorbije dertig jaar door het publiek werden gebruikt, kunnen in aanmerking komen als gemeenteweg. De toegankelijkheid van private wegen, vermeld in artikel 12septies, § 1, van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, geldt niet als bewijs van een dertigjarig gebruik door het publiek. De gemeenteraad die op eigen initiatief of op grond van een verzoekschrift vaststelt dat een grondstrook gedurende de voorbije dertig jaar door het publiek gebruikt werd, belast het college van burgemeester en schepenen met de opmaak van een rooilijnplan, en met de vrijwaring en het beheer van de weg overeenkomstig de in dit decreet opgenomen instrumenten en handhavingsbevoegdheden.
De vaststelling door de gemeenteraad van een dertigjarig gebruik door het publiek heeft van rechtswege de vestiging van een publiek recht van doorgang tot gevolg.
Op 18 februari 2009 sloot de verzoekende partij een onderhandse overeenkomst betreffende het onroerend goed gelegen aan de Ouden Aardeweg, kadastraal gekend als Aalst Afdeling 4, sectie G perceel 128B. in 2010 is naar aanleiding van een stedenbouwkundige vergunningsaanvraag voor het oprichten van een meergezinswoning betwisting ontstaan omtrent het juridisch statuut van de zijtak van de Ouden Aardeweg ter hoogte van 36-38A. Verzoeker stelt dat de gemeente reeds meer dan 30 jaar bezitshandelingen heeft gesteld, waaruit de wil van de gemeente is gebleken om eigenaar te worden van de bedding.
In de bewijsstukken kan men terugvinden dat de weg sinds 1971 reeds werd aangelegd. De zijtak van de Ouden Aardeweg geeft ook ontsluiting aan nummers 36-38A. De weg is ook voorzien van de noodzakelijke nutsvoorzieningen zijnde gas, water, elektriciteit, OV en een aanzet van de riolering.
Het verzoekschrift tot herkenning van de grondstrook die een zijtak vormt van de Ouden Aardeweg ter hoogte van 36-38A werd reeds voorgelegd ter goedkeuring van de gemeenteraad.
Gelet op het art. 13 van het Decreet houdende de Gemeentewegen van 3 mei 2019, waarin de gemeenteraad beraadslaagt over de erkenning van de weg als gemeenteweg op grond van langdurig publiek gebruik;
Gelet op het verzoekschrift van LDR Advocaten waarin de gemeenteraad werd verzocht de erkenning te overwegen van De zijtak van de Ouden Aardeweg ter hoogte van Ouden Aardeweg nummer 36-68A gelegen te Aalst;
Overwegende dat
Het langdurig publiek gebruik als volgt kan worden vastgesteld:
1. Aanwezigheid van de weg op luchtfoto’s tot op heden – in bijlage toegevoegd.
2. Fotomateriaal waaruit de voor het publiek toegankelijke staat van de weg blijkt. – in bijlage toegevoegd.
3. Opname van de weg in administratieve documenten zoals plannen, vergunningen, aktes, opmeting in het GRB, … – in bijlage toegevoegd.
Overwegende dat het publiek gebruik voortduurt tot op heden;
Overwegende dat de wegstrook is opgenomen in het RUP Heuvelpark als zijnde zone voor openbare wegenis;
Overwegende dat de gemeente ononderbroken bezit heeft genomen van de weg en heeft opgetreden vanuit de wil zich als eigenaar te gedragen, wat onder meer blijkt uit volgende materiële daden van bezit:
1.Er openbare verlichting aanwezig is
2. De KLIP database bevestigt dat de noodzakelijke nutsvoorzieningen aanwezig zijn
In deze zitting wordt het rooilijnplan voor voorlopige vaststelling geagendeerd. Na de voorlopige vaststelling door de gemeenteraad kan het openbaar onderzoek worden opgestart.
Decreet gemeentewegen van 03 mei 2019
het rooilijnplan voor de Ouden Aardeweg voorlopig vast te stellen, zoals gevoegd als bijlage, en het college van burgemeester en schepenen de opdracht te geven het openbaar onderzoek te organiseren.
Via een verzoekschrift werd een aanvraag ingediend om de voetweg nr 13 te Hofstade af te schaffen vanaf de straatzijde (Kuipersstraat) tot aan voetweg nr. 22.
Deze voetweg wordt sinds meer dan 30 jaar niet gebruikt, is niet meer zichtbaar en loopt over de percelen 625F, 629A en 631G (Tuinen). De achtergelegen percelen (bloem- en boomkwekerij) zijn via de voetweg nr. 22 bereikbaar.
De gemeenteraad die, op grond van een verzoekschrift als vermeld in het eerste lid, vaststelt dat er sprake is van een dertigjarig niet-gebruik door het publiek, oordeelt over de wenselijkheid van de opheffing van de gemeenteweg of het deel ervan, rekening houdend met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4.. Een eventuele opheffingsprocedure verloopt overeenkomstig afdeling 3.
Het verzoekschrift wordt op deze zitting geagendeerd. De gemeenteraad dient te oordelen over de wenselijkheid van de opheffing van buurtweg 13 te Hofstade. Indien de buurtweg wordt afgeschaft is de aanvrager een meerwaardevergoeding verschuldigd aan de stad.
De gemeenteraad moet minimaal rekening houden met volgende principes:
1° wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;
2° een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;
3° de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;
4° wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;
5° bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.
De buurtweg heeft al geruime tijd zijn algemeen belang verloren aangezien hij al reeds 30 jaar in onbruik is geraakt. In dit geval kan een opheffing aangezien deze buurtweg zijn nut verloren heeft en verder niet aan een ander perceel dan dat van de aanvrager grenst. Van een gemeentegrensoverschrijdend perspectief is hier geen sprake.
Advies werkgroep gemeentewegen: Gaat akkoord met het agenderen van het verzoekschrift tot gedeeltelijke opheffing van de gemeenteweg. De werkgroep gemeentewegen wil de afschaffing van de buurtweg laten afhangen van het resultaat van het openbaar onderzoek.
In deze zitting wordt het grafisch plan tot opheffing voor voorlopige vaststelling geagendeerd. Na de voorlopige vaststelling door de gemeenteraad kan het openbaar onderzoek worden opgestart.
Decreet gemeentewegen van 03 mei 2019
het grafisch plan tot opheffing voorlopig vast te stellen en het college van burgemeester en schepenen de opdracht te geven het openbaar onderzoek houdende de gedeeltelijke opheffing van buurtweg 13 te Hofstade te organiseren.
In het kader van de omgevinsvergunning OMV_2022019928, het uitbreiding en renovatie van LIKEUR EN WIJNHANDEL DE MOOR is een grafisch plan tot opheffing van buurtweg 42 te Aalst gevoegd bij het dossier. De buurtweg ligt binnen het projectgebied en dient te worden opgeheven voor de uitvoering van de te vergunnen stedenbouwkundige handelingen. Tijdens het openbaar onderzoek dat liep van 13/9/22 tot en met 12/10/22 werden geen bezwaren ingediend inzake de opheffing van buurtweg 42 te Aalst.
Een gemeenteweg kan enkel gewijzigd worden door een bestuurlijke beslissing van de gemeenteraad. De gemeenteraad moet minimaal rekening houden met volgende principes:
1° wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;
2° een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;
3° de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;
4° wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;
5° bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.
De buurtweg heeft al geruime tijd zijn algemeen belang verloren aangezien hij al reeds 30 jaar in onbruik is geraakt. Zoals te zien is op het grafisch plan tot opheffing van buurtweg 42 te Aalst is de buurtweg overbouwd door een vergunde constructie. In dit geval kan een opheffing aangezien deze buurtweg zijn nut verloren heeft. Alle aanpalende eigenaars hebben voor akkoord getekend op het grafisch plan tot afschaffing. Van een gemeentegrensoverschrijdend perspectief is hier geen sprake.
Gunstig advies vanuit Coördinatie Ruimte – Patrimonium. Het grafisch plan tot opheffing werd vooraf besproken en afgetoetst met onze dienst. De aanpalende eigenaars hebben het plan mee ondertekend voor akkoord. Er is geen min- of meerwaarde berekend op het rooilijnplan. De waardevermeerdering wordt geacht nihil te zijn als de gemeenteweg in de feiten verdwenen is, omdat infrastructuren door of in opdracht van de overheid zijn aangelegd of omdat de gemeenteweg werd bebouwd krachtens een rechtsgeldige, niet-vervallen vergunning die werd verleend vóór 1 september 2019. Buurtweg 42 heeft geen nut meer en de iets verder gelegen buurtweg 35 vervult dezelfde functie.
In deze zitting word de definitieve vaststelling van het grafisch plan tot opheffing van buurtweg 42 te Aalst geagendeerd.
Decreet gemeentewegen van 03 mei 2019
Om voorgestelde wijzigingen goed te keuren zoals aangegeven op het grafisch plan tot opheffing gevoegd bij de omgevingsvergunning OMV_2022019928
Voorgestelde wijziging pas in voege te laten gaan als de vergunning gekoppeld aan het omgevingsvergunningsdossier OMV_2022019928 wordt goedgekeurd.
Op 13-07-2022 werd door Dender Development II, Franklin Rooseveltlaan 80, 8790 Waregem een omgevingsvergunningsaanvraag ingediend voor het verkavelen van gronden in 5 loten (waarvan 3 bestemd voor een gemengd stedelijk project), het rooien van bomen en de omgevingsaanleg (fase 3 ‘Pier Kornel’), gelegen Nieuwbrugstraat 2-4-6-8, 9300 Aalst (3de afdeling, sectie D, nrs 767X, 764F5, 767W, 767Y, 764C5).
De voorliggende aanvraag voorziet in de aanleg van openbare ruimte waarvan de stad Aalst, na aanleg ervan, het beheer zal overnemen.
In toepassing van [1] artikel 31 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25-04-2014 (en latere wijzigingen, [2] artikel 47 van het besluit van de Vlaamse Regering van 27-11-2015 (en latere wijzigingen) tot uitvoering van het decreet van 25-04-2014 betreffende de omgevingsvergunning en [3] artikel 12 van het decreet van 03-05-2019 houdende de gemeenteweg dient de gemeenteraad bijgevolg een beslissing te nemen over het rooilijnplan gekoppeld aan het omgevingsvergunningsdossier.
Pas nadat de gemeenteraad een beslissing heeft genomen over de rooilijn, kan de vergunningverlenende overheid een beslissing nemen over de vergunningsaanvraag.
De voorliggende aanvraag voorziet in de aanleg van openbare ruimte waarvan de stad Aalst, na aanleg ervan, het beheer zal overnemen. De aanvraag beoogt het verkavelen van gronden in 5 loten (waarvan 3 bestemd voor een gemengd stedelijk project), het rooien van bomen en de omgevingsaanleg.
Het project betreft het ontwerp en de realisatie van de laatste fase van de ontwikkeling van de site Pier Kornel te Aalst. Het betreft een voornamelijk residentiële ontwikkeling met ondersteunende functies op maat van de site en de wijk. De laatste fases (fase waterfront en fase toren) bestaan uit 3 bouwvolumes langs “De Kaaien” gebouwd boven een gemeenschappelijke ondergrondse parkeergarage. Fase ‘Waterfront’bestaat uit een residentiële ontwikkeling van 2 middelhoge, dansende bouwvolumes met een levendige sokkel, deels ingevuld door niet-residentiële, buurtondersteunende functies. Fase ‘Toren’ bestaat uit een woontoren op een niet-residentiële sokkel waarbij er ook collectieve binnen- en buitenruimtes voorzien worden die tussen de bewoners gedeeld kunnen worden.
tijdens het openbaar onderzoek, dat gehouden werd van 30-06-2022 t.e.m. 30-07-2022 zijn 3 bezwaarschriften ingediend. Deze bezwaren hadden geen betrekking op de rooilijn.
Coördinatie Ruimte - Patrimonium geeft gunstig advies. Het rooilijnplan werd voorbesproken met onze dienst.
Decreet gemeentewegen van 03 mei 2019
Voorgestelde wijziging pas in voege te laten gaan als de vergunning gekoppeld aan het omgevingsvergunningsdossier OMV_2022092357
wordt goedgekeurd.
De voorliggende aanvraag voorziet in de aanleg van openbare ruimte waarvan de stad Aalst, na aanleg ervan, het beheer zal overnemen.
De aanvraag beoogt het verkavelen van gronden in 5 loten (waarvan 3 bestemd voor een gemengd stedelijk project), het rooien van bomen en de omgevingsaanleg.
Het project betreft het ontwerp en de realisatie van de laatste fase van de ontwikkeling van de site
Pier Kornel te Aalst. Het betreft een voornamelijk residentiële ontwikkeling met ondersteunende
functies op maat van de site en de wijk. De laatste fases (fase waterfront en fase toren) bestaan uit 3 bouwvolumes langs “De Kaaien” gebouwd boven een gemeenschappelijke ondergrondse parkeergarage.
Fase ‘Waterfront’bestaat uit een residentiële ontwikkeling van 2 middelhoge, dansende bouwvolumes met een levendige sokkel, deels ingevuld door niet-residentiële, buurtondersteunende functies. Fase ‘Toren’ bestaat uit een woontoren op een niet-residentiële sokkel waarbij er ook collectieve binnen- en buitenruimtes voorzien worden die tussen de bewoners gedeeld kunnen worden.
Voor de ontwikkeling van de site Pier Kornel werd het brownfieldconvenant 82 Aalst Boon afgesloten.
De voorliggende aanvraag werd van 15-09-2022 tot en met 14-10-2022 aan een openbaar onderzoek onderworpen. Gedurende deze periode werden 3 bezwaarschriften ingediend die deels van niet stedenbouwkundige aard en deels ongegrond zijn gebleken.
Zoals bepaald in artikel 31 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning dient de in de aanvraag voorgestelde aanleg van wegen rekening te houden met de principes van artikels 3 en 4 van het decreet houdende de gemeentewegen:
“Artikel 3. Dit decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen.
Om de doelstelling, vermeld in het eerste lid, te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op:
1° de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau;
2° de herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak.
Artikel 4. Bij beslissingen over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet wordt minimaal rekening gehouden met de volgende principes:
1° wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;
2° een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;
3° de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;
4° wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;
5° bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen”.
Op 09-01-2023 besliste het college van burgemeester en schepenen om akkoord te gaan met het ontwerp verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar waarin wordt voorgesteld om – mits voorwaarden en lasten (hoofdzakelijk gebaseerd op de voorwaarden uit de boven vermelde adviezen) – een omgevingsvergunning te verlenen in het kader van de voorliggende aanvraag. Een omgevingsvergunning kan evenwel pas worden verleend nadat de gemeenteraad zijn goedkeuring, al dan niet met voorwaarden en/of lasten, heeft verleend aan de in de aanvraag voorgestelde aanleg van wegen.
Het decreet van 25-04-2014 (en latere wijzigingen) betreffende de omgevingsvergunning. In het bijzonder artikel 31 welke stelt: “§ 1. Als de aanvraag de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, roept het college van burgemeester en schepenen, in voorkomend geval op verzoek van de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15, de gemeenteraad samen om te beslissen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg.
De gemeenteraad spreekt zich uit over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein. Hierbij wordt rekening gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. De gemeenteraad kan daarbij voorwaarden opleggen en lasten verbinden, die de bevoegde overheid in de eventuele vergunning opneemt …”.
Het besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25-04-2014 betreffende de omgevingsvergunning (hieronder ‘omgevingsvergunningsbesluit’). In het bijzonder artikel 47 welke stelt “Als de vergunningsaanvraag wegenwerken omvat waarvoor de gemeenteraad beslissingsbevoegdheid heeft, neemt de gemeenteraad daarover een besluit. De gemeenteraad neemt daarbij kennis van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek.
Uiterlijk tien dagen na de gemeenteraadszitting stelt de gemeente de gemeenteraadsbeslissing ter beschikking hetzij van de bevoegde omgevingsvergunningscommissie als die advies moet verlenen, hetzij van het bevoegde bestuur als geen advies van een omgevingsvergunningscommissie vereist is”.
Het decreet van 03-05-2019 houdende de gemeentewegen. In het bijzonder artikel 12 welke stelt “… § 2. In afwijking van artikel 11 kan de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg met overeenkomstige toepassing van artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning opgenomen worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, voor zover die wijziging past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden. Die mogelijkheid geldt voor zover het aanvraagdossier een ontwerp van rooilijnplan bevat dat voldoet aan de bij en krachtens dit decreet gestelde eisen op het vlak van de vorm en inhoud van gemeentelijke rooilijnplannen of voor zover het een grafisch plan met aanduiding van de op te heffen rooilijn bevat.
Als de beoogde wijziging, verplaatsing of opheffing betrekking heeft op een gemeentelijk rooilijnplan dat niet in een ruimtelijk uitvoeringsplan is opgenomen, neemt de gemeenteraad eerst een beslissing over het al dan niet wijzigen of opheffen van het gemeentelijk rooilijnplan, alvorens te beslissen over de goedkeuring, vermeld in artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning …”.
De goedkeuring te verlenen aan de in de aanvraag voorgestelde aanleg van wegen die zullen worden ingelijfd bij het openbaar domein zoals opgenomen in de aanvraag voor een omgevingsvergunning (2022092357) ingediend door Dender Development II, Franklin Rooseveltlaan 80, 8790 Waregem voor het verkavelen van gronden in 5 loten (waarvan 3 bestemd voor een gemengd stedelijk project), het rooien van bomen en de omgevingsaanleg (fase 3 ‘Pier Kornel’), gelegen Nieuwbrugstraat 2-4-6-8, 9300 Aalst (3de afdeling, sectie D, nrs 767X, 764F5, 767W, 767Y, 764C5).
Aan deze goedkeuring de volgende voorwaarden te koppelen:
Voorwaarden met betrekking tot de wegaanleg
Andere voorwaarden
Lasten
Financiële last
Bescheiden last
Lasten met betrekking tot de wegaanleg
Op 05-11-2021 werd door Cathérine Vincent, DEWACO -WERKERSWELZIJN-, een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend voor het oprichten van een sociaal woonproject met de nieuwbouw van 41 sociale woongelegenheden met aanleg van weg- en rioleringsinfrastructuur en de opheffing van buurtweg nr 75 gelegen te Lindeveld, Torensveld, Doriksveld , 9308 Hofstade (kadastraal 5e AFD, sectie C, nummers 341C, 887A, 339V, 291H2, 885A, 336Y (deel)).
De aanvraag voorziet in de realisatie van een volledig nieuw sociaal woonproject in het bewuste gebied. Hiertoe zal eerst de (beperkte) bestaande verharding, grenzend een de tuinen van de woningen in de Lindeveldstraat, verwijderd worden. Daarna wordt voorzien in [1] de nieuwbouw van 41 sociale eengezinswoningen voor huur en koop, [2] de aanleg van nieuwe wegenis, [3] de aanleg van de nieuwe publieke ruimte, [4] aanpassingen aan de waterloop 2e categorie, [5] de realisatie van een nieuwe brug, [6] afschaffing van buurtweg nr 75.
De hoofdontsluiting van het project wordt voorzien langs de Noordzijde via het Doriksveld. Hier wordt een nieuwe brug aangelegd over de aanwezige waterloop.
Aan de kant van de Lindeveldstraat vindt het project eveneens een aansluiting op de weg maar hier wordt enkel een secundaire uitgang voorzien in functie van de brandweer. De toegang wordt afgesloten door middel van wegneembare paaltjes. Deze secundaire uitgang is tevens bedoeld voor fiets- en voetgangersverkeer die hier kunnen aansluiten op het fietspad/Notelaarspad.
De wegenis die wordt aangelegd zal tot een minimum beperkt worden in functie van het bereiken van de woningen en de parkeerpockets. Verder wordt de wegenis afgestemd op de bereikbaarheid voor de brandweer.
Vóór de woningen worden een ‘stoep’ voorzien van 1,5 m met daarnaast een zone van 0,5 m breed voor het aanplanten van een haag. In deze strook wordt ook de openbare verlichting geplaatst. Naast deze haag wordt een rijbaan aangelegd met een breedte van 4 m. De rijweg wordt beschouwd als gebruikersruimte/terras rond de centrale groene ruimte waar de auto enkel te gast is voor in- en uitladen.
Alle wegenis ifv voertuigen wordt aangelegd in cementbetonverharding. De zones voor voetgangers worden uitgevoerd in grijze betontegels. De zones voor brandweervoertuigen naast de wegenis in beton zullen worden voorzien in gefundeerd gras.
In het toekomstig openbaar domein wordt infiltratie naast de nieuwe verharding in de groene zones gerealiseerd. De wadi’s in de erven worden gekoppeld en voorzien van een overloop die voert naar het waterlandschap. De beplantingen worden vrij eenvoudig gehouden met de aanplant van bomen en hagen. Tevens worden een aantal speel- en zitelementen voorzien voor collectief gebruik.
De voorliggende aanvraag gaat gepaard met de opmaak van een nieuw rooilijnplan en de opheffing van buurtweg nr 75.
De aanvraag werd voor advies voorgelegd zowel aan interne diensten ([1] dienst Planning, stadsvernieuwing en wonen, [2] dienst Milieu en natuur, [3] dienst Mobiliteit en openbare werken en [4] dienst Onderhoud openbaar domein) als aan externe instanties ([1] Hulpverleningszone Zuid-Oost, [2] Gecoro, [3] Telenet, [4] Fluvius, [5] Proximus, [6] Farys, [7] Aquafin, [8] provincie Oost-Vlaanderen – dienst Integraal waterbeleid). Deze diensten en instanties brachten ofwel (nog) geen advies uit ofwel een - soms mits voorwaarden - gunstig advies uit. Deze voorwaarden hebben in sommige gevallen betrekking op de in de aanvraag voorgestelde weg- en rioleringsinfrastructuur.
De voorliggende aanvraag werd van 09-12-2021 tot en met 07-01-2022 aan een openbaar onderzoek onderworpen. Gedurende deze periode werden 555 bewaren ingediend (495 analoge en 60 digitale bezwaren – waarvan meerdere identiek).
De bezwaren hebben betrekking op volgende zaken:
1.Wateroverlast
2.Mobiliteit
3.Betonstop
4.Natuur
5.Trage weg – zaak der wegen
6.sociaal woonbeleid
7.Extra inwoners
8.Project Somergempark Dewaco - belangenvermenging
9.Torensbeek
10.Opmeting percelen
11.visie perceel 340 L
12.Onderhoud
13.Informatievergadering dewaco
14.Privacy
15.Arrest
16.Omgevingsloket
17.Aanvraag is onvolledig en onontvankelijk
18.Project MER screening
19.Architectuur
20.Doelstellingen RUP – beleidslijn Stad Aalst
21.Strijdigheid met de goede ruimtelijke ordening
22.Woonuitbreidingsgebieden – gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘afbakening regionaalstedelijk gebied Aalst’
Enkel punt 5 “Trage weg - zaak der wegen” betreffen bezwaren die directe betrekking hebben op de in de aanvraag voorgestelde weginfrastructuur en/of opheffing van buurtweg nr 75:
Bezwaar Trage weg – zaak der wegen
-Afschaffing van deze trage weg op het goed is geen verbetering want die wordt dagelijks veelvuldig gebruikt. Deze weg zou onlangs opgelijst zijn door vzw Trage wegen en de stad Aalst.
-Het projectgebied wordt verder doorkruist door een buurtweg “Sentier nr. 75”. Deze buurtweg bestaat tot op vandaag, en verhindert dat het project zou kunnen worden gerealiseerd. In het project is totaal geen rekening gehouden met deze voetweg, laat staan dat deze na uitvoering nog verder gebruikt zou kunnen worden
-In de motiverende nota wordt aangegeven dat de buurtweg voor een deel zal worden verlegd (hiervoor wordt het traject conform het Gemeentewegendecreet opgestart); het resterende deel zal in de openbare weg worden opgenomen.
De verbreding van een gemeenteweg wordt eveneens als een wijziging van de gemeenteweg beschouwd (artikel 2, 12° Gemeentewegendecreet). Bijgevolg dient ook voor deze verbreding de gemeenteraadsprocedure conform het Gemeentewegendecreet te worden gevolgd (artikel 8 Gemeentewegendecreet).
-De gemeenteraad dient eerst een beslissing te nemen over de zaak der wegen alvorens de deputatie een beslissing kan nemen over de omgevingsvergunningsaanvraag zelf.
-In plaats van deze voetweg te negeren, zou er veel meer aandacht moeten besteed worden aan de herwaardering en het creëren van een zachte en veilige, trage verbinding langs het tracé van de bestaande voetweg.
Bespreking bezwaar:
Buurtweg 75 te Hofstade wordt volgens het plan tot opheffing ook op perceel 340L afgeschaft.
Buurtweg 75 loopt van de Lindeveldstraat (buurtweg 51) tot aan buurtweg 52. De dag van vandaag is het tracé totaal onbruikbaar/ verloren gegaan. De buurtweg is opgenomen in tuinen en er is geen brug over de beek op het tracé waardoor de buurtweg verbinding kan maken met buurtweg 52. Het nieuwe project zorgt wel dat een verbinding tussen buurtweg 51 en 52 wel mogelijk is. Dit betekent dat de verbinding die buurtweg 75 te Hofstade maakt terug wordt gerealiseerd en dit op een minder belastende manier dan met het huidige tracé. De verplaatsing van het tracé die deze verkaveling met zich mee brengt zorgt voor een direct effect op de buurt. Er wordt een veilige verbinding en korte verbinding gecreëerd van het Doriksveld naar de Lindeveldstraat en het principe van het tracé van buurtweg 75 wordt behouden : de verbinding van buurtweg 51 en 52.
Het decreet houdende gemeentewegen stelt in art 12:
“§ 2. In afwijking van artikel 11 kan de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg met overeenkomstige toepassing van artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning opgenomen worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, voor zover die wijziging past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden. Die mogelijkheid geldt voor zover het aanvraagdossier een ontwerp van rooilijnplan bevat dat voldoet aan de bij en krachtens dit decreet gestelde eisen op het vlak van de vorm en inhoud van gemeentelijke rooilijnplannen of voor zover het een grafisch plan met aanduiding van de op te heffen rooilijn bevat.
Als de beoogde wijziging, verplaatsing of opheffing betrekking heeft op een gemeentelijk rooilijnplan dat niet in een ruimtelijk uitvoeringsplan is opgenomen, neemt de gemeenteraad eerst een beslissing over het al dan niet wijzigen of opheffen van het gemeentelijk rooilijnplan, alvorens te beslissen over de goedkeuring, vermeld in artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.”
In voorliggende aanvraag maakt de aanleg van de nieuwe wegenis alsook de afschaffing van de buurtweg nr 75 deel uit van de aanvraag tot omgevingsvergunning. Alvorens de deputatie een beslissing zal nemen over het dossier zal dit voorgelegd worden aan de gemeenteraad op 27-04-2021.
De gemeenteraad zal zich uitspreken over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeenteweg, en over de opname in het openbaar domein.
Uit het voorgaande kan worden geconcludeerd dat de bezwaarschriften ontvankelijk maar vanuit stedenbouwkundig oogpunt niet gegrond zijn.
De in de aanvraag voorgestelde werken staan in functie van een vlotte ontsluiting van de voorgestelde nieuwe woningen alsook in functie van de bereikbaarheid voor de brandweer.
De breedte van de in de aanvraag voorgestelde wegenis wordt tot een minimum beperkt. De breedte van de nieuwe wegenis staat ook in verhouding tot het geplande gebruik.
Onder meer op basis van het voorgaande kan worden geconcludeerd dat de aanvraag verenigbaar is met de doelstellingen en principes zoals vermeld in artikels 3 en 4 van het decreet houdende de gemeentewegen.
Op 17-01-2021 werd het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen waarin wordt voorgesteld om – mits voorwaarden en lasten (onder meer gebaseerd op de voorwaarden uit de boven vermelde adviezen) – een gunstig advies te verlenen in het kader van de voorliggende aanvraag. Een omgevingsvergunning kan evenwel pas worden verleend (door de vergunningverlenende overheid, zijnde de Provincie Oost-Vlaanderen) nadat de gemeenteraad zijn goedkeuring, al dan niet met voorwaarden en/of lasten, heeft verleend aan de in de aanvraag voorgestelde weg- en rioleringsinfrastructuur binnen het (toekomstig) openbaar domein.
Raadslid Vincent Delforge vraagt bij amendement om het beslissend gedeelte van dit besluit aan te passen.
MOTIVATIE:
Conform artikel 31 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning is de gemeenteraad bevoegd voor aanvragen tot omgevingsvergunning die betrekking hebben op de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg. Deze bevoegdheid beperkt zich tot het aspect van de zaak der wegen. In het decreet betreffende de gemeentewegen dat van kracht is sinds 1 september 2019 staat in artikelen 3 en 4 welke aspecten de gemeenteraad in beschouwing kan nemen bij haar beslissing over de zaak der wegen. Het gaat daarbij onder meer over de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau.
In de voorliggende aanvraag wordt in functie van het realiseren van 41 sociale woningen wegenis aangelegd om alle woningen bereikbaar te maken. Deze wegenis bestaat uit een primaire ontsluiting via Doriksveld waarbij een brug wordt aangelegd om deze ontsluiting te realiseren. Het eigenlijke projectgebied bevindt zich verder naar het zuidoosten alwaar wegenis wordt aangelegd met meerdere parkeerhavens. Dit wordt verder ontsloten door een secundaire ontsluiting voor fiets- en voetgangersverkeer op het Notelaarspad.
De gemeenteraad acht de aanleg van een veilig wegennet een cruciaal onderdeel van haar taken. Het is erg belangrijk te zorgen dat alle inwoners en bezoekers van het grondgebied van de stad Aalst zich op elk moment op een veilige manier kunnen verplaatsen.
De voorgestelde aanleg van de wegenis beantwoordt niet aan de kwaliteit die vereist is om tot een veilige verkeerscirculatie te kunnen komen die ook de ontsluiting van de omgeving respecteert om de volgende redenen:
Deze potentieel verkeersonveilige situatie wordt versterkt doordat de nieuwe aan te leggen wegenis wordt voorzien als een nieuwe verbinding tussen de Lindeveldstraat en Doriksveld zoals die officieel voorzien is in het tracé van buurtweg 75. Hoewel het een goede zaak is dat deze verbinding opnieuw gecreëerd wordt, is het nieuwe tracé wel eveneens toegankelijk voor auto’s. Dat is een belangrijk verschil met de onverharde buurtweg 75 die uitsluitend geschikt was voor voetgangers en fietsers.
Zoals tijdens het vorige punt reeds gemeld wil de gemeenteraad de focus behouden op de functie trage weg, waardoor de weg enkel en alleen mag gebruikt worden door trage weggebruikers en niet door gemotoriseerd verkeer.
Omwille van de bovenvermelde redenen kunnen we de voorgestelde wegenis niet goedkeuren aangezien zij strijdig is met bepalingen uit artikelen 3 en 4 van het decreet betreffende de gemeentewegen. De noodzaak tot een hoog aantal verspreid gelegen parkeerhavens vloeit voort uit het voorgestelde aantal wooneenheden in het project. Dit kan een indicatie zijn dat het project niet passend is voor de omvang van het projectgebied en dat de ruimtelijke draagkracht wordt overschreden. Deze laatste opmerking wenst de gemeenteraad evenwel louter informatief mee te geven aangezien zij expliciet erkent dat de beoordeling over de stedenbouwkundige aspecten over dit dossier liggen bij de vergunningverlenende overheid, de deputatie van provincie Oost-Vlaanderen.
De gemeenteraad wordt dan ook gevraagd zich niet aan te sluiten bij de voorgelegde beslissing en de zaak der wegen omwille van de bovenvermelde redenen niet goed te keuren.
Daarom dien ik volgend amendement in tot wijziging van de voorgelegde gemeenteraadsbesluiten:
Artikel 1
Geen goedkeuring te verlenen aan de weg- en rioleringsinfrastructuur binnen het (toekomstig) openbaar domein zoals opgenomen in de aanvraag voor een omgevingsvergunning (OMV_2021075815) ingediend door Cathérine Vincent, DEWACO -WERKERSWELZIJN voor het oprichten van een sociaal woonproject met de nieuwbouw van 41 sociale woongelegenheden met aanleg van weg- en rioleringsinfrastructuur en opheffing buurtweg nr 75 gelegen te Lindeveld, Torensveld, Doriksveld , 9308 Hofstade - kadastraal AALST, 5e AFD, sectie C, nummers 341C, 887A, 339V, 291H2, 885A, 336Y (deel).
Het decreet van 25-04-2014 (en latere wijzigingen) betreffende de omgevingsvergunning. In het bijzonder artikel 31 welke stelt: “§ 1. Als de aanvraag de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, roept het college van burgemeester en schepenen, in voorkomend geval op verzoek van de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15, de gemeenteraad samen om te beslissen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg.
De gemeenteraad spreekt zich uit over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein. Hierbij wordt rekening gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. De gemeenteraad kan daarbij voorwaarden opleggen en lasten verbinden, die de bevoegde overheid in de eventuele vergunning opneemt …”.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 27-11-2015 (en latere wijzigingen) tot uitvoering van het decreet van 25-04-2014 betreffende de omgevingsvergunning (hieronder ‘omgevingsvergunningsbesluit’). In het bijzonder artikel 47 welke stelt “Als een beslissing van de gemeenteraad vereist is over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg, neemt de gemeenteraad daarover een besluit. De gemeenteraad neemt daarbij kennis van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek.
Uiterlijk tien dagen na de gemeenteraadszitting stelt de gemeente de gemeenteraadsbeslissing ter beschikking hetzij van de bevoegde omgevingsvergunningscommissie als die advies moet verlenen, hetzij van het bevoegde bestuur als geen advies van een omgevingsvergunningscommissie vereist is”.
Het decreet van 03-05-2019 houdende de gemeentewegen. In het bijzonder artikel 12 welke stelt “… § 2. In afwijking van artikel 11 kan de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg met overeenkomstige toepassing van artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning opgenomen worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, voor zover die wijziging past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden. Die mogelijkheid geldt voor zover het aanvraagdossier een ontwerp van rooilijnplan bevat dat voldoet aan de bij en krachtens dit decreet gestelde eisen op het vlak van de vorm en inhoud van gemeentelijke rooilijnplannen of voor zover het een grafisch plan met aanduiding van de op te heffen rooilijn bevat.
Als de beoogde wijziging, verplaatsing of opheffing betrekking heeft op een gemeentelijk rooilijnplan dat niet in een ruimtelijk uitvoeringsplan is opgenomen, neemt de gemeenteraad eerst een beslissing over het al dan niet wijzigen of opheffen van het gemeentelijk rooilijnplan, alvorens te beslissen over de goedkeuring, vermeld in artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning …”.
het amendement ingediend door raadslid Vincent Delforge met de vraag om het beslissend gedeelte van dit punt aan te passen zoals opgenomen in het overwegend gedeelte van dit besluit, te aanvaarden.
Geen goedkeuring te verlenen aan de weg- en rioleringsinfrastructuur binnen het (toekomstig) openbaar domein zoals opgenomen in de aanvraag voor een omgevingsvergunning (OMV_2021075815) ingediend door Cathérine Vincent, DEWACO -WERKERSWELZIJN voor het oprichten van een sociaal woonproject met de nieuwbouw van 41 sociale woongelegenheden met aanleg van weg- en rioleringsinfrastructuur en opheffing buurtweg nr 75 gelegen te Lindeveld, Torensveld, Doriksveld , 9308 Hofstade - kadastraal AALST, 5e AFD, sectie C, nummers 341C, 887A, 339V, 291H2, 885A, 336Y (deel).
In functie van een efficiënter debiteurenbeheer gerelateerd aan jaar- en avondmarkten, wordt niet langer gewerkt met voorafbetaling voor aanvang van de markten en contante betalingen tijdens de markten. Iedere marktkramer dient het te betalen plaatsgeld (en eventuele vergoeding voor elektriciteitsverbruik) te vereffenen door overschrijving na ontvangst van het aanslagbiljet op rekeningnummer BE35 0910 0558 8037 van de Stad Aalst. De standhouders op jaar- en avondmarkten ontvangen het aanslagbiljet na afloop van de betreffende markt.
Hiertoe dient artikel 7 van het reglement orde op jaar- en avondmarkten aangepast te worden.
De wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten.
De wet van 4 juli 2005 tot wijziging van de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten.
Het KB van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten.
Het besluit van 30 maart 1999 van de gemeenteraad houdende goedkeuring van het reglement van orde op de jaar- en avondmarkten, gewijzigd bij het besluit van de gemeenteraad van 29 juni 2004 en 30 mei 2006.
akkoord te gaan met de wijziging aan het reglement van orde op jaar- en avondmarkten, zoals gevoegd als bijlage.
In functie van een efficiënter debiteurenbeheer gerelateerd aan wekelijkse markten, wordt niet langer gewerkt met voorafbetaling voor aanvang van de markten en contante betalingen tijdens de markten. Iedere marktkramer dient het te betalen plaatsgeld (en eventuele vergoeding voor elektriciteitsverbruik) te vereffenen door overschrijving na ontvangst van het aanslagbiljet op rekeningnummer BE35 0910 0558 8037 van de Stad Aalst. Dit aanslagbiljet wordt bij wekelijkse markten - zowel voor abonnementshouders als standplaatsen die niet het voorwerp zijn van een abonnement - opgemaakt na afloop van ieder kwartaal (vermeld in artikel 17 van het reglement van orde op wekelijkse markten).
Bijkomend wordt in het reglement van orde wekelijkse markten de markt 'Aalst Ten Rozen' geschrapt. Deze kleinschalige markt werd in 2016 opgericht, maar kende geen blijvend succes. Wegens de stopzettingen enerzijds en het ontbreken van nieuwe aanvragen tot inname standplaats anderzijds, wordt deze markt geschrapt uit het reglement van orde op wekelijkse markten. [wijziging reglement orde op wekelijkse markten; art. 1 + art. 7 + schrappen bijlage 2]
Tot slot worden nog volgende wijzigingen doorgevoerd in het reglement van orde wekelijkse markten:
De wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten.
De wet van 4 juli 2005 tot wijziging van de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten.
Het KB van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten.
Het besluit van 4 september 2007 van de gemeenteraad houdende goedkeuring van het reglement van orde op de wekelijkse markten, gewijzigd bij het besluit van de gemeenteraad van 25 februari 2014, 21 oktober 2014 en 20 september 2016.
akkoord te gaan met de wijziging aan het reglement van orde op wekelijkse markten, zoals gevoegd als bijlage.
De Keet – schakel voor sociaal-circulair ondernemerschap in regio Aalst – is één van de 12 sociaal-circulaire hubs in Vlaanderen die gesubsidieerd werden in 2021 en 2022 door enerzijds ESF Vlaanderen en anderzijds Vlaanderen Circulair.
De Keet is een sterk partnerschap tussen Stad Aalst (als beherende gemeente van de interlokale vereniging HANDEL Samen & Sociaal), OCMW Aalst (Project De Gendarmerie), Provincie Oost-Vlaanderen, Bedrijvencentrum De Punt, The Circular Hub, HOGENT, Stroom vzw en Kringwinkel Zuid-Oost-Vlaanderen vzw.
In fase 1 en 2 van deze projectoproep bouwde het partnerschap rond De Keet een ecosysteem uit rond circulair ondernemen met sociale impact door middel van verschillende activiteiten:
Ook in 2023 wil De Keet nog meer sociaal-circulaire impact creëren door verder te bouwen op de activiteiten van fase 1 en 2 en de opgedane inzichten te verwerken in nieuwe acties. Daarom vroeg De Keet de verlenging voor 2023 aan met aangepaste doelstellingen, acties en bijhorende indicatoren, een nieuwe planning en aangepaste begroting.
De 4e doelstelling – de verduurzaming van De Keet na 2023 – zal een belangrijke uitdaging worden om na de huidige en komende subsidieperiode het sociaal-circulair ondernemen in regio Aalst blijvend te kunnen ondersteunen en stimuleren.
De nieuwe doelstellingen, acties en bijhorende indicatoren staan integraal vermeld in de nieuwe partnerschapsovereenkomst (in bijlage), de begroting en planning vormen 2 aparte bijlages bij de nieuwe overeenkomst.
Er werd voor de verlenging in 2023 een projectaanvraag ingediend voor De Keet met een totale projectkost van 99.419,50 EUR. Hiervan wordt er 80% gefinancierd door de Vlaamse overheid (ESF + Vlaanderen Circulair) met een maximum bedrag van 76.800 EUR en 20% door de 8 verschillende partners. De cofinanciering van de partners in het project (in totaal minimum 19.200 EUR) mag enkel bestaan uit personeelskost.
De Vlaamse regering keurde de verlengingsaanvraag van De Keet voor 2023 inmiddels goed (zie ministerieel besluit in bijlage). De verlenging van dit ESF-project kent een looptijd van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2023.
Om de samenwerking tussen de verschillende partners te formaliseren, wordt er aan elke partner gevraagd om de partnerschapsovereenkomst te ondertekenen.
Positief advies dienst Economie: met De Keet geven we het sociaal-circulaire ondernemen een eigen naam en ecosysteem in onze regio. De Keet wil de brug slaan tussen sociale en reguliere ondernemers met circulaire waardeketens en verdienmodellen als hefboom. Slim omgaan met grondstoffen en de kringloop aan materialen sluiten wordt immers meer en meer een cruciaal onderdeel van succesvolle bedrijfsvoering. De sociale economie kan hierin een ondersteunende rol spelen. Door deze samenwerkingen te promoten en te ondersteunen slaagt De Keet erin om sociaal-circulair ondernemen tastbaar te maken en positieve impact te creëren. Uiteindelijk moet dit leiden tot meer jobs in de sociale economie en meer circulaire samenwerkingen met sociale impact.
De samenwerking tussen de 8 partners binnen De Keet loopt zeer positief en dankzij deze verlenging kunnen we ook in 2023 verder de schouders zetten onder sociaal-circulair ondernemerschap in regio Aalst. De uiteindelijke bedoeling is om het opgebouwde ecosysteem en de verworven kennis en expertise binnen De Keet structureel en duurzaam te verankeren in onze regio.
De partnerschapsovereenkomst van De Keet voor de verlenging in 2023, zoals gevoegd als bijlage, goed te keuren.
Sinds 25 mei 2021 is een convenant vereist bij het indienen van een vraag tot erkenning of hernieuwing van een vergunning F2. Deze convenant moet voorafgaandelijk gesloten worden tussen de gemeente waar het wedkantoor gevestigd is en de uitbater van het wedkantoor. Het convenant bepaalt waar de kansspelinrichting wordt gevestigd alsook de nadere voorwaarden, de openings- en sluitingsuren en de sluitingsdagen.
In het kader van de hernieuwingsaanvraag van de vergunning voor Ladrokes Aalst, Houtmarkt 15 9300 Aalst, met als uitbater NV DERBY, dient de convenant zoals gevoegd in bijlage goedgekeurd te worden. Er werd reeds een plaatsbezoek gebracht aan de desbetreffende zaak en controle uitgevoerd op de voorwaarden die in het convenant zijn vastgelegd.
Akkoord te gaan tot het afsluiten van een convenant met betrekking tot de uitbating van een vaste kansspelinrichting Klasse IV tussen de stad Aalst en NV DERBY, uitbaters van de zaak Ladbrokes Aalst, Houtmarkt 15 te 9300 Aalst.
De landbouw in Aalst staat de laatste decennia meer en meer onder druk door verschillende mechanismen. Een steeds toenemende versnippering van de landbouwruimte door allerlei factoren zorgt er onder meer voor dat landbouwers moeilijk toegang hebben tot grond (beschikbaarheid, betaalbaarheid, bereikbaarheid). De veelheid aan kleinschalige landbouwpercelen, werkt de aankoop van landbouwpercelen voor geprivatiseerde doeleinden dan weer in de hand. Dit heeft als gevolg dat niet alleen het landbouwgebruik, maar ook de landbouwgrond verdwijnt uit het landbouwareaal. Pensioenboeren zijn omwille van diverse redenen vaak niet bereid om hun akkers te verpachten aan startende (jonge) boeren. Omwille van subsidie- of andere financiële voordelen vertonen landbouwgronden die geregistreerd zijn als professioneel landbouwgebruik vaak een ander feitelijk gebruik op terrein. Het landbouwbeleidsplan brengt deze drukmechanismen scherper in beeld.
Daarnaast staat landbouw op het Aalsterse grondgebied – net zoals de rest in Vlaanderen – voor een grote uitdaging: klimaatadaptatie en -mitigatie. Landbouw in Vlaanderen is vandaag doorgaans intensief, gespecialiseerd, kennis-gedreven en grondgebonden. Deze efficiëntieverhoging in landbouw is steeds minder afgestemd op de capaciteiten van het landschap en de lokale (voedsel-)uitdagingen door onder meer de prijsdruk op landbouw. Grondstoffen en landbouwgronden kosten steeds meer, maar de prijzen voor landbouwproducten blijven quasi onveranderd. De impact van landbouw op het milieu, het klimaat, de biodiversiteit en op de ruimte is bijgevolg groot. Daar tegenover staat dat de toenemende droogte, waterschaarste en wateroverlast een aanzienlijke impact hebben op de landbouwsector. De grondwatertafels staan onder druk door minder regen in de zomermaanden en meer regen in de winter en herfst. De komende jaren zal er bijgevolg moeten gewerkt worden aan een ‘sterkere landbouw’ oftewel landbouw klimaatbestendig maken van zijn omgeving door waterproblemen geïntegreerd aan te pakken.
Door de opmaak van een geïntegreerd landbouwbeleidsplan neemt de stad Aalst de tijd om deze uitdagingen gefundeerd én integraal te beantwoorden. De focus ligt hierbij op een duidelijk en vooral actiegericht beleid dat beantwoord aan de verwachtingen, behoeften en knelpunten van de landbouwsector.
het Landbouwbeleidsplan Aalst, zoals gevoegd in bijlage, goed te keuren.
Sinds 1 januari 2020 is het voor Vlaamse overheden en lokale besturen in hun eigen werking en door hen georganiseerde evenementen bij wet verboden drank te serveren in recipiënten voor eenmalig gebruik. Vanaf 1 januari 2022 is dit verbod ook van toepassing op het aanbieden van bereide voedingsmiddelen in cateringmateriaal voor eenmalig gebruik (Art. 5.3.12.2).
Ook voor Aalst carnaval, een evenement dat wordt georganiseerd door de stad, geldt de wetgeving herbruikbaar cateringmateriaal voor dranken en voeding. Zowel backstage als in de feestzone geldt een verbod op wegwerprecipiënten. Horecazaken en gelegenheidscafés die de naam Aalst carnaval overnemen of op gelijk welke manier aangeven aan het event deel te nemen, moeten dit verbod respecteren.
Met een subsidie willen we horecaondernemers en gelegenheidscafés stimuleren om aan het verbod op wegwerprecipiënten te voldoen. Elke horecazaak of organisator binnen de uitgebreide noodplanningszone die herbruikbare bekers gebruikt tijdens de periode van Aalst carnaval (d.w.z. minstens een van de volgende dagen: zaterdag 18 februari, zondag 19 februari, maandag 20 februari, dinsdag 21 februari 2023), kan een financiële ondersteuning aanvragen. Om te garanderen dat het gaat om bekers die niet eenmalig worden gebruikt, wordt als voorwaarde opgelegd dat er wordt gewerkt met een waarborgsysteem. De tegemoetkoming ligt vast op 250 EUR of maximaal de gemaakte kosten als dat bedrag lager ligt.
Wetgeving
(bron: het Vlaams Reglement voor duurzaam beheer van Materialenkringlopen en Afvalstoffen)
het subsidiereglement, zoals gevoegd als bijlage, goed te keuren waarmee een tegemoetkoming van 250 EUR (of maximaal de gemaakte kosten als dat bedrag lager ligt) wordt toegekend aan horecazaken en gelegenheidscafés die herbruikbare bekers inzetten tijdens de carnavalsperiode, op voorwaarde dat zij werken met een waarborgsysteem.
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Filip Van De Winkel.
Een Aalstenaar is mondig, creatief, is doorgaans niet op zijn tong gevallen en geeft dan ook graag onverbloemd zijn mening.
Honoreerde ooit een stadsgenoot niet onze stad met de titel ‘Londen-aan-de-Dender’? Welnu, in de noordoostelijke hoek van het Londense Hyde Park staat al sinds mensenheugenis een Speakers’ Corner. Oorspronkelijk werden op bewuste plek criminelen ter dood veroordeeld. Net voor ze werden opgehangen mochten ze nog eenmaal het woord voeren. Tegenwoordig is deze plaats een toeristische trekpleister waar het volk graag heen trekt om het speakers-fenomeen live te kunnen meemaken. Sprekers van diverse pluimage nemen er telkenmale gretig het woord, gaan in gesprek en betekenen alzo een bijzondere attractie én meerwaarde voor de City! Een getuige ter plekke @ Hyde Park: ‘Over alle onderwerpen kan op zondagmorgen worden gediscussieerd of gedebatteerd. Iedereen die wil kan deelnemen aan het debat, maar hoeft dat niet te doen. Iedereen kan ook een debat opstarten. Het gaat er soms heel geëmotioneerd aan toe. De moeite om eens mee te maken’.
In navolging van Londen ontstonden intussen ook in o.a. Amsterdam, Sydney en Gent soortgelijke initiatieven.
Ik zie potentieel in onze stad om ook hier een dergelijk forum te bieden aan de Aalstenaar. In tijden van social media zou een speakers’ corner onze burger opnieuw kunnen laten kennismaken met de traditioneelste en meest rechtstreekse vorm van communicatie, nl. het gesproken woord. Elke Aalstenaar kan er zijn mening uiten omtrent de meest uiteenlopende onderwerpen. Leerlingen ‘Woord’ kunnen er hun eerste declamatiestapjes zetten. Zowel de twintiger als de ouderling kan er zijn ei kwijt. Regels kunnen worden opgesteld: geen haatpraterij, geen louter commerciële reclamedoeleinden, tijdslimiet (?), …
En waar zouden we zo een speakers’ corner dan installeren? We hoeven m.i. geen structurele werken uit te voeren. Ik acht het balkonnetje ter hoogte van de gelijkvloerse ingang tot ons Schepenhuis bijzonder geschikt als ‘spreekbalkon’. De enige die u vandaar zekerlijk de rug toekeert is Dirk Martens. … Zou Jan De Lichte net voor zijn radbraak hier ook nog een woordje hebben mogen placeren?
Burgers zouden elke dag vrijuit gebruik kunnen maken van het spreekbalkon om hun mening te verkondigen. Op zaterdag- en/of zondagmiddag, bv. om 15.00 u., zouden dan - vooraf gereserveerd – via de geijkte kanalen aangekondigde sprekers hun momentum kunnen nemen om hun zeg te kunnen doen. Met het scannen van een QR-code kan men, ter hoogte van het spreekbalkon, te weten komen wie wanneer komt spreken …
Zou dit niet een nieuwe – overigens kostenloze - attractie kunnen worden in een bruisende stad? Ik ben alvast bereid om het startschot te geven!
Vragen:
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
over de interpellatie van raadslid Filip Van De Winkel aangaande 'Spreekbalkon'.
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Sam Van de Putte.
Het gebruik van crack, een bewerkte vorm van cocaïne, is onder daklozen in onze hoofdstad explosief toegenomen. Nadat de drugs al in de jaren ’90 ravages aanrichtte in arme wijken in de Verenigde Staten, is de populariteit nu komen overwaaien uit Parijs. Ook in Antwerpen is het gebruik ervan, net als in de rest van Vlaanderen, de laatste jaren met zo’n 10% toegenomen.
De effecten van de drugs zijn intenser en daardoor ook gevaarlijker dan die van onbewerkte cocaïne. Hulpverleners en politionele diensten zijn zeer bezorgd omdat de drugs bij gebruikers ook agressief opwekt.
Als centrumstad is het belangrijk om te weten wat er zich rondom, en waarschijnlijk ook binnen, de stadsgrenzen afspeelt.
Vragen
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
over de vraag van raadslid Sam Van de Putte aangaande 'Alarmsignalen over toenemend Crackgebruik moeten ons alert maken'.
Door de sterke stijging van de inflatie is het noodzakelijk om de tarieven van deze belasting aan te passen.
De stad Aalst wenst in te zetten op haar funerair erfgoed. Hiervoor wil ze waardevolle graftekens op de Aalsterse begraafplaatsen, die eigendom van de stad zijn geworden na het verstrijken en niet-hernieuwing van een concessie, in hergebruik geven volgens de bepalingen van dit reglement.
De stad Aalst wenst in te zetten op haar funerair erfgoed. Hiervoor wil ze waardevolle graftekens op de Aalsterse begraafplaatsen, die eigendom van de stad zijn geworden na het verstrijken en niet-hernieuwing van een concessie, in hergebruik geven volgens de bepalingen van dit reglement.
De stad Aalst beslist welke grafkelders in aanmerking komen voor hergebruik en blijft eigenaar van de grafkelder met grafteken.
Dergelijke graven worden in hergebruik gegeven met een betalende concessie voor 25 jaar. Een vrijstelling van belasting voor de grafconcessie wordt toegekend indien de staat van het graf zich in een toestand bevindt dat onderhoudswerken onvoldoende zijn en fundamentele restauratiewerken nodig zijn.
De concessie met hergebruik, al dan niet met vrijstelling van belasting, geldt voor een periode van 25 jaar. De concessie begint te lopen op de datum van indiening van het aanvraagformulier zoals voorzien in het 'reglement hergebruik grafkelder met grafteken'.
De tarieven van deze belasting werden voor het laatst aangepast aan het inflatiepeil in 2020 op basis van de gemiddelde index van de eerste 3 kwartalen van 2019.
In de periode 2019-2022 is het inflatiepeil met 11,60 % gestegen.
Een aanpassing van de tarieven aan de levensduurte dringt zich op. De stad kan onmogelijk oneindig in de tijd de stijgende loonkost van het stadspersoneel en de jaarlijkse aanpassing van de prijzen aan de inflatie, door dienstverleners en leveranciers, blijven opvangen zonder de belastingtarieven op te trekken.
Volgende formule wordt toegepast om de tarieven aan te passen aan de levensduurte:
Tarief 2023 = | Tarief | X | GNI 2022 |
GBI 2019 |
GBI 2019 = gemiddelde basisindex 2019 (=index die gebruikt werd bij de laatste aanpassing in 2020).
GNI 2022 = gemiddelde nieuwe index van 2022 (gezien de index van december 2022 pas gekend is in januari 2023 wordt een gemiddelde berekend van de eerste 3 kwartalen van 2022).
De GBI 2019 (basis 2004) bedraagt: 133,15
De GNI 2022 (basis 2004) van de eerste 3 kwartalen bedraagt: 148,59
Het is aangewezen om bij de berekening van de indexering afrondingsregels toe te passen om tot werkbare tarieven te komen:
Tarief ingevoerd/gewijzigd | Op basis index | GNI2022 | Basisindex | Huidig tarief | Tarief geïndexeerd | Afgerond tarief 2023 |
2020 | 2019 | 148,59 | 133,15 | 60,00 EUR | 66,96 EUR | 67,00 EUR |
2020 | 2019 | 148,59 | 133,15 | 200,00 EUR | 223,20 EUR | 223,00 EUR |
2020 | 2019 | 148,59 | 133,15 | 320,00 EUR | 357,12 EUR | 357,00 EUR |
2020 | 2019 | 148,59 | 133,15 | 500,00 EUR | 557,99 EUR | 558,00 EUR |
2020 | 2019 | 148,59 | 133,15 | 800,00 EUR | 892,79 EUR | 893,00 EUR |
Artikelen 41, 162 en 170 van de Grondwet.
Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen.
Artikel 2 (definities) van het gemeenteraadsbesluit van 17 december 2019, aangepast in zitting van 18 februari 2020, houdende een belasting op het begraven 2020-2025, wordt vanaf 1 februari 2023 volledig vervangen door volgende tekst:
"2.1. Inwoner: natuurlijke persoon die ingeschreven is in het bevolkingsregister, het vreemdelingen- of wachtregister van de stad of die minstens 25 jaar of 1/3 van zijn/haar leven in een van die registers is ingeschreven geweest;
2.2. Kind: elke inwoner die de leeftijd van 18 jaar nog niet bereikt heeft;
2.3. Oorlogsslachtoffer: een persoon die tijdens een van de wereldoorlogen gestorven is ten gevolge van de oorlog;
2.4. Begraven zonder concessie: daarbij wordt een graf na minimum 10 jaar verwijderd;
2.5. Concessie: het verlenen van een genot en gebruiksrecht met een tijdelijke en nominatieve bestemming van grond, grafkelder, urnenkelder of columbariumnis op één van de begraafplaatsen van de stad. Een concessie wordt steeds verleend voor een periode van 25 jaar. Op elk moment kan de concessie hernieuwd worden voor een periode van 10, 20 of 30 jaar; maar kan nooit het decretale maximum van 50 jaar overschrijden (Decreet op de begraafplaatsen en de lijkbezorging art. 7§1);
2.6. Stoffelijk overschot: een dood lichaam of de asresten van een mens waarvan het overlijden is vastgesteld door de ambtenaar van de burgerlijke stand;
2.7. Gedenkdruppel: een anoniem herdenkingsornament dat kan worden opgehangen in een druppelboom of een gedenkboom;
2.8. Gedenkblad: een gepersonaliseerd herdenkingsornament dat kan worden opgehangen in een gedenkboom.".
Artikel 4 (tarieven) van het gemeenteraadsbesluit van 17 december 2019, aangepast in zitting van 18 februari 2020, houdende een belasting op het begraven 2020 - 2025, wordt vanaf 1 februari 2023 volledig vervangen door volgende tekst:
Artikel 4.1. | Concessie per persoon | |
| GRATIS | |
| 893,00 EUR | |
| 357,00 EUR | |
| 558,00 EUR | |
| 223,00 EUR | |
| 558,00 EUR | |
| 223,00 EUR | |
| 357,00 EUR | |
| 40,00 EUR | |
Artikel 4.2. | Gedenkdruppel | 67,00 EUR |
Artikel 4.3. | Opening grafkelder | 223,00 EUR |
Artikel 4.4. | Ontgraving (grond/kelder) | 558,00 EUR |
Artikel 4.5. | Ruiming (urnenkelder, columbarium) | 223,00 EUR |
Artikel 4.6. | Gedenkblad (10 jaar) | 100,00 EUR |
Artikel 4.7. | Niet-inwoner -belasting op begraven | 558,00 EUR |
artikel 5 (vrijstellingen) van het gemeenteraadsbesluit van 17 december 2019, aangepast in zitting van 18 februari 2020, houdende een belasting op het begraven 2020 - 2025, wordt vanaf 1 februari 2023 volledig vervangen door volgende tekst:
"Vrijstellingen
5.1. De tarieven, vermeld in artikel 4, die betrekking hebben op het openen van een graf, het opgraven van een stoffelijk overschot/asurne of het ruimen van een columbariumnis of van een urnenkelder, zijn niet van toepassing indien dit:
5.2. Het tarief vermeld in artikel 4, dat betrekking heeft op de kelderconcessie 25 jaar, is niet van toepassing in het kader van het politiereglement, meer bepaald het addendum "Hergebruik kelders met grafteken", artikel 7. De vrijstelling geldt wanneer de kosten voor instandhoudings- en/of renovatie/restauratiewerken door het funerair team hoger worden ingeschat dan de kosten voor een 25-jarige kelderconcessie.
Deze aanpassing zal, overeenkomstig de bepalingen van het invorderingsdecreet, op de stedelijke website gepubliceerd worden, samen met een gecoördineerde versie van het gemeenteraadsbesluit.
Op 1 december 2022 werd de veiligheidscel samen geroepen omwille van acute stabiliteitsproblemen aan het schip van de Sint-Jozefkerk, Esplanadeplein 4C te Aalst. Dit naar aanleiding van twee verslagen van de aannemer die de werken van restauratiefase 1 in opdracht van de kerkfabriek uitvoert.
Het eerste verslag bevat een inventaris van dronebeelden die van de buitenzijde van de daken zijn gemaakt om de conditie van de dakbedekking te bepalen. (zie bijlage 1)
Het tweede verslag beschrijft de conditie van de houten draagconstructie van het dak langs de binnenzijde, buiten de vastgelegde werkzone uit restauratiefase 1, meer bepaald de achterliggende daken achter de toren en de voorgevel.
(zie bijlage 2)
In de veiligheidscel werd een tweeledige problematiek besproken die uit de verslagen bleek:
- Enerzijds de problematiek van loszittende leien en brokstukken aan de daken, de toren en voorgevel van de kerk.
- Anderzijds de stabiliteitsproblemen aan de dakconstructie van het schip, veroorzaakt door de zwaar beschadigde balken die aangetast zijn door de grote klopkever en door waterinfiltraties via de lekke dakbedekking en kapotte dakgoten.
Bij het einde van de veiligheidscel werd gevraagd om tegen 21 uur, diezelfde dag, opnieuw een veiligheidscel samen te roepen, waarop een plan van aanpak zou worden voorgesteld om deze beide problematieken aan te pakken, samen met de voorstelling van de partijen die dit kunnen uitvoeren.
Bovenstaande onvoorziene omstandigheden maakten het onmogelijk om te wachten op de goedkeuring van de lastvoorwaarden en gunningswijze op de gemeenteraad van 20 december 2022 aangezien de werken reeds dienen te starten in de week van 12 december 2022 om verder gevaar te voorkomen. Rekening houdende met deze omstandigheden werd beroep gedaan op artikel 56, § 4 Decreet Lokaal Bestuur, waarbij in geval van dwingende en onvoorziene omstandigheden het college van burgemeester en schepenen op eigen intiatief de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van de overheidsopdracht kan vaststellen.
De heren Jean-Paul Bosteels en Pieterjan De Coninck, mandatarissen van de kerkfabriek Sint-Martinus, geven schriftelijk akkoord (mail d.d. 09.12.2022) voor het voeren van de procedure en het aanstellen van de aannemer door de stad Aalst.
Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 9 december 2022 de lastvoorwaarden, gunningswijze en gunning bij dwingende spoed goedgekeurd voor bovenvermelde opdracht.
Er wordt voorgesteld om de collegebeslissing van 9 december 2022 te bekrachtigen.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 56, § 4, waarbij in geval van dwingende en onvoorziene omstandigheden het college van burgemeester en schepenen op eigen intiatief de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van de overheidsopdracht kan vaststellen.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° b) (dwingende spoed als gevolg van gebeurtenissen die voor de aanbestedende overheid onvoorzienbaar waren) en artikel 43.
Het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het Koninklijk Besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
De collegebeslissing van 9 december 2022 betreffende de goedkeuring van de lastvoorwaarden, gunningswijze en gunning bij dwingende spoed voor de opdracht “Thema Ruimte - dienst Gebouwen en technieken. Beveiligen van het volledige exterieur van de Sint-Jozefskerk” te bekrachtigen.
Op 1 december 2022 werd de veiligheidscel samen geroepen omwille van acute stabiliteitsproblemen aan het schip van de Sint-Jozefkerk, Esplanadeplein 4C te Aalst. Dit naar aanleiding van twee verslagen van de aannemer die de werken van restauratiefase 1 in opdracht van de kerkfabriek uitvoert.
Het eerste verslag bevat een inventaris van dronebeelden die van de buitenzijde van de daken zijn gemaakt om de conditie van de dakbedekking te bepalen. (zie bijlage 1)
Het tweede verslag beschrijft de conditie van de houten draagconstructie van het dak langs de binnenzijde, buiten de vastgelegde werkzone uit restauratiefase 1, meer bepaald de achterliggende daken achter de toren en de voorgevel.
(zie bijlage 2)
In de veiligheidscel werd een tweeledige problematiek besproken die uit de verslagen bleek:
- Enerzijds de problematiek van loszittende leien en brokstukken aan de daken, de toren en voorgevel van de kerk.
- Anderzijds de stabiliteitsproblemen aan de dakconstructie van het schip, veroorzaakt door de zwaar beschadigde balken die aangetast zijn door de grote klopkever en door waterinfiltraties via de lekke dakbedekking en kapotte dakgoten. Tot dan was het onbekend dat er klopkever aanwezig was en de structuur onmiddellijk diende aangepakt te worden. De werken waren bijgevolg onvoorzienbaar.
Bij het einde van de veiligheidscel werd gevraagd om tegen 21u, diezelfde dag, opnieuw een veiligheidscel samen te roepen, waarop een plan van aanpak zou worden voorgesteld om deze beide problematieken aan te pakken, samen met de voorstelling van de partijen die dit kunnen uitvoeren.
Dit maakte dat de werken zeer snel uitgevoerd dienden te kunnen worden gelet op het gevaar, waardoor de termijnen van de openbare procedure voor deze opdracht niet gerespecteerd konden worden. Daarom werd gekozen om de gunning te plaatsen via de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Bovenstaande onvoorziene omstandigheden maakten het onmogelijk om te wachten op de goedkeuring van de lastvoorwaarden en gunningswijze op de gemeenteraad van 20 december 2022 aangezien de werken zo snel mogelijk dienden te starten om verder gevaar te voorkomen. Rekening houdende met deze omstandigheden werd beroep gedaan op artikel 56, § 4 Decreet Lokaal Bestuur, waarbij in geval van dwingende en onvoorziene omstandigheden het college van burgemeester en schepenen op eigen intiatief de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van de overheidsopdracht kan vaststellen.
De heren Jean-Paul Bosteels en Pieterjan De Coninck, mandatarissen van de kerkfabriek Sint-Martinus, geven schriftelijk akkoord (mail dd. 09.12.2022) voor het voeren van de procedure en het aanstellen van de aannemer door de stad Aalst.
Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 16 december 2022 de lastvoorwaarden, gunningswijze en gunning bij dwingende spoed goedgekeurd voor bovenvermelde opdracht.
Er wordt voorgesteld om de collegebeslissing van 16 december 2022 te bekrachtigen.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 56, § 4, waarbij in geval van dwingende en onvoorziene omstandigheden het college van burgemeester en schepenen op eigen intiatief de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van de overheidsopdracht kan vaststellen.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° b) (dwingende spoed als gevolg van gebeurtenissen die voor de aanbestedende overheid onvoorzienbaar waren) en artikel 43.
Het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het Koninklijk Besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
De collegebeslissing van 16 december 2022 betreffende de goedkeuring van de lastvoorwaarden, gunningswijze en gunning bij dwingende spoed voor de opdracht “Thema Ruimte - dienst Gebouwen en technieken. Schoringswerken van het volledige schip van de Sint-Jozefskerk aan de binnenzijde” te bekrachtigen.
Sinds 31 augustus 2022 is de vorige concessie afgelopen. Op heden is er geen uitbating van het Melkhuisje. Er is nood aan het aanduiden van een nieuwe concessie. Daarom wordt deze leidraad ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Inhoud leidraad
We mikken met de nieuwe concessie op een attractief RéCa-concept (restaurant/café) dat uniek is voor Aalst. We leggen weinig conceptuele inhoudelijke vereisten op om zoveel mogelijk ideeën een kans te geven. We verwachten wel dat de concessie mee bijdraagt tot de beleving van het Stadspark. Daarom moet de concessie zeker familievriendelijk en toegankelijk zijn. Het moet een uniek concept bieden en het aanbod moet van hoge kwaliteit zijn aan democratische prijzen.
Timing:
* Na goedkeuring door de gemeenteraad wordt de leidraad gelanceerd.
* Kandidaten krijgen de kans om plaatsbezoek te doen voorafgaand aan de opmaak van hun voorstel.
* Voorstellen moeten ingediend zijn tegen 18/04/2023
* Na administratieve nazicht bestaat de mogelijkheid tot mondelinge toelichting van de voorstellen aan de jury. Voorstellen van kandidaten kunnen nog gewijzigd worden op basis van dit gesprek, tevens kan er onderhandeld worden.
* Vervolgens wordt definitief ingediend en doet de jury beoordeling op basis van de gunningscriteria.
* We mikken erop de toewijzing te doen in juni 2023.
* Werken aan het gebouw kunnen starten vanaf de toewijzing.
* We streven er naar dat de nieuwe concessie operationeel zal zijn tegen april 2024.
Het is van belang om nu voldoende tijd te nemen om het beste dossier te verkrijgen voor het Melkhuisje. Er wordt bekeken om het ontbreken van een concessionaris tussentijds te overbruggen met ambulante handel.
Het pand:
* Kandidaten worden in het bestek maximaal geïnformeerd over belangrijke zaken. Dat gaat dan onder andere omtrent:
* De erfgoedbescherming: Het Stadspark is beschermd cultuurhistorisch landschap. We gaan ervan uit dat beperkte verbouwingen aan het exterieur mogelijk zijn, zolang de architectuur en het uitzicht van het gebouw bewaard blijven en de integratie in het park niet geschaad wordt. Concreet houdt dit in dat een vaste constructie mogelijk wordt op de terraszone om de zitzone voor klanten uit te breiden. Die uitbreiding is mogelijk voor de gehele breedte van het gebouw, aan de voor- en achterzijde en dit voor de helft van de diepte van de terraszone aan beide zijden. Voor wat betreft het interieur is er meer vrijheid, zolang dit geen impact heeft op het exterieur.
* De staat van het gebouw. Deze is niet conform hedendaagse normen inzake duurzaamheid en energie. Daarom zal de stad een bijdrage van € 250.000 doen voor minimale werken, die omschreven zijn in de leidraad. Er staat een uitgebreide conditiestaat van het gebouw in de leidraad om kandidaten goed te informeren.
* Er hoeven geen openbare toiletten meer te zijn aan het Melkhuisje. De toiletten van de concessie staan ten dienste van de uitbating. Elders in het park zijn publieke toiletten die andere bezoekers van het park kunnen gebruiken.
Er worden een aantal belangrijke keuzes gemaakt in vergelijking met vandaag:
* Openingsuren (onderhandelbaar):
* Privé-evenementen zijn mogelijk, buiten de minimale openingsuren tot een nader te bepalen uur in samenspraak met de stad en rekening houdende met het advies van het Agentschap Onroerend Erfgoed
Toewijzingscriteria en andere voorwaarden:
Gezien de stad veel vrijheid wil geven aan mogelijke ideeën, zijn de toewijzingscriteria ruim geformuleerd:
* Concept + business plan (40punten)
* Investeringsgraad (40 punten)
* Bedrag concessievergoeding (20 punten)
Op criteria concept/business plan en investeringsgraad moeten kandidaten minimaal 55% scoren om in aanmerking te kunnen komen.
Als vergoeding verwachten we minimaal €15 000 EUR excl. BTW per jaar, met een kortingspercentage in jaar 1 van 50% en 25% in jaar 2. Uiteraard staat het kandidaten vrij om een hogere vergoeding te bieden. Bij de toewijzingscriteria zullen ze daarvoor beloond worden.
De duur van de concessie is vijftien jaar en één keer verlengbaar met 9 jaar na een positieve evaluatie. De evaluatie tot verlenging van de overeenkomst vindt plaats na vijftien jaar. De globale duur van de concessie bedraagt, met positieve evaluatie, maximum 24 jaar.
In het kader van de opdracht “Concessie van het Melkhuisje in het park te Aalst” werd een leidraad en concessieovereenkomst met nr. 22/CON-154 opgesteld. Voor deze werkzaamheden wordt er een toelage voorzien vanuit de stad van € 250 000 EUR.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van van concessie van diensten.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten.
Koninklijk Besluit van 25 juni 2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten. Hierna genoemd 'KB concessies'
Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies. Hierna genoemd 'Rechtsbeschermingswet'De leidraad met nr. 22/CON-154 voor de opdracht “Concessie van het Melkhuisje in het park te Aalst”, vast te stellen. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in de leidraad.
Bovengenoemde opdracht te gunnen bij wijze van concessie van diensten.
De goedkeuring van wijzigingen naar aanleiding van onderhandelingen en de goedkeuring van de overeenkomst te delegeren aan het college van burgemeester en schepenen, zodat de toewijzing en goedkeuring van de overeenkomst kunnen deel uitmaken van een en dezelfde beslissing.
Het overzicht van de terugbetaling van de kosten van de mandatarissen wordt uitgesplitst op enerzijds de aard van de kosten (opleiding, ICT, verplaatsing, andere onkost) en anderzijds op niveau van het orgaan (college van burgemeester en schepenen en vast bureau, gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn, bijzonder comité sociale dienst. Het rapporteringsjaar betreft het jaar 2022.
Conform artikel 58 §5 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad wordt een jaarlijks overzicht gemaakt van de terugbetaling van de kosten van de mandatarissen. Dat document is openbaar en wordt voorgelegd aan de gemeenteraad. (art. 35 van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris).
akte te nemen van het overzicht van de terugbetaling van de onkosten van de mandatarissen, voor het jaar 2022.
De stad Aalst is lid van de welzijnsvereniging Audio, dat voor zijn leden interne audits organiseert.
Op 16 december 2022 vond de algemene vergadering van Audio plaats. Het verslag hiervan wordt ter kennis gebracht aan de leden van de gemeenteraad.
het verslag van de algemene vergadering van 16 december 2022 van Audio.
Bij brief van 25 oktober 2022 werd een verzoekschrift ingediend m.b.t. 'aanvraag plaatsen van boekenruilkastjes in wijk Rozendreef en Horebekeveld' en 'vraag tot eenvoudiger procedure voor buurtbewoners voor kleine ingrepen in hun buurt'.
Het verzoekschrift wordt ingediend op basis van artikel 304 e.v. van het Decreet Lokaal Bestuur. Op basis van deze artikelen en op basis van de bepalingen in ons huishoudelijk reglement (artikel 59 t/m artikel 61) wordt door de voorzitter van de gemeenteraad eerst de ontvankelijkheid van het verzoekschrift onderzocht. Indien het gaat om een bevoegdheid van de gemeenteraad op basis van art. 41 van het Decreet Lokaal Bestuur wordt het verzoekschrift door de gemeenteraad doorverwezen naar het college van burgemeester en schepenen die de zaak verder moet onderzoeken en moet zorgen voor een voorstel van antwoord dat dan moet voorgelegd worden aan de gemeenteraad voor vaststelling.
Het verzoekschrift heeft betrekking op de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen, zoals bepaald in art 41 van het decreet lokaal bestuur. Derhalve verwijst de voorzitter van de gemeenteraad het verzoekschrift door naar het college van burgemeester en schepenen met het verzoek om de zaak verder te onderzoeken en over de inhoud ervan uitleg te verstrekken.
De gemeenteraad besliste op 29 november 2022 om de zaak door te verwijzen naar het college van burgemeester en schepenen.
Nadat het college van burgemeester en schepenen hierover via beslissing uitleg heeft verstrekt door middel van een ontwerp van antwoord, zal de voorzitter van de gemeenteraad dit antwoord agenderen op de eerstvolgende gemeenteraad, waarna het aan de verzoeker wordt overgemaakt.
Het antwoordvoorstel werd besproken op het cbs van 23 januari 2023.
De voorzitter van de gemeenteraad vraagt aan de raad om het antwoordvoorstel goed te keuren en bezorgt dit nadien aan de indiener van het verzoekschrift.
het antwoordvoorstel op het verzoekschrift ingediend door mevrouw Mieke Baetens, buurtwerker Vierdewereldgroep Mensen voor Mensen en mevrouw Joke Steenhoudt, coördinator Vierdewereldgroep Mensen voor Mensen, betreffende 'aanvraag plaatsen van boekenruilkastjes in wijk Rozendreef en Horebekeveld' en 'vraag tot eenvoudiger procedure voor buurtbewoners voor kleine ingrepen in hun buurt' goed te keuren.
De voorzitter van de gemeenteraad de opdracht te geven het antwoord, zoals gevoegd als bijlage, te bezorgen aan de indiener van het verzoekschrift.
De projectvereniging Hoperfgoed werd op 23.12.2010 bij oprichtingsakte opgericht door stad Aalst en gemeente Asse, volgens het toenmalig Decreet Intergemeentelijke Samenwerking, en dit tot eind 2014. De duurperiode van de projectvereniging werd daarna verlengd van 2015 tot eind 2019.
In 2019 werden de statuten in gemeenteraad Asse d.d. 17.06.2019 en gemeenteraad Aalst d.d. 17.09.2019 aangepast aan het huidige Decreet Lokaal Bestuur en werd de projectvereniging Hoperfgoed-'t Stakenhuis genoemd, waarbij de projectvereniging een tweede keer verlengd werd van 2019 tot eind 2022.
In gemeenteraad van 17.09.2019 duidde de gemeenteraad 1 vertegenwoordiger met stemrecht aan in de raad van bestuur van de projectvereniging, m.n. mevrouw Katrien Beulens, en 1 vertegenwoordiger zonder stemrecht in de raad van bestuur van de projectverenging, m.n. mevrouw Huguette Van Medegael.
In de gemeenteraad van 20 december 2022 werd duurtijd van de projectvereniging verlengd tot 31 december 2025, werden de gemeenten Affligem en Opwijk toegestaan aan te sluiten in de projectvereniging en werden de statuten aangepast.
Zo werden de statuten o.m. aangepast om soepeler te kunnen werken met 4 deelnemende gemeenten en dient daarbij, teneinde een efficiënte werking van de raad van bestuur te faciliteren, voorzien te worden in het aanstellen van een plaatsvervanger voor de effectieve vertegenwoordiger en van een plaatsvervanger voor de raadgevende vertegenwoordiger van de deelnemende gemeenten in de raad van bestuur, en dit in toepassing en in met inachtneming van artikelen 6 en 7 van de statuten en artikelen 405 en 436 Decreet Lokaal Bestuur.
Gaat over tot geheime stemming voor artikel 1 en artikel 2.
Team Juridische Zaken adviseert positief.
Dienst Economie en Zorginnovatie adviseert positief.
Artikel 41 Decreet Lokaal Bestuur: de gemeenteraad beslist over het oprichten van en het toetreden tot rechtspersonen en het beslissen tot oprichting van, deelname aan of vertegenwoordiging in agentschappen, instellingen, verenigingen en ondernemingen.
Artikelen 401 t.e.m. 412 van het Decreet Lokaal Bestuur inzake intergemeentelijke samenwerkingsverbanden met rechtspersoonlijkheid in de rechtsvorm van een projectvereniging, meer bepaald artikel 404 §1 en §2: De deelnemers benoemen de leden van de raad van bestuur rechtstreeks. Elke deelnemer heeft slechts één afgevaardigde in de raad van bestuur, naast de afgevaardigde met raadgevende stem, vermeld in §3. Voor de gemeenten kunnen uitsluitend gemeenteraadsleden, burgemeester of schepenen het ambt als lid van de raad van bestuur vervullen. Artikel 404 §3: Iedere gemeente wijst een afgevaardigde aan die deelneemt aan de vergaderingen van de raad van bestuur als lid met raadgevende stem. Die afgevaardigden zijn altijd raadsleden in de betrokken gemeenten, verkozen op een lijst waarvan geen enkele verkozene deel uitmaakt van het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 436 van het Decreet Lokaal Bestuur.
De statuten van projectvereniging Hopvereniging 't Stakenhuis zoals vastgesteld in gemeenteraad van 20 december 2022.
mevrouw Caroline De Meerleer aan te duiden als plaatsvervanger voor de effectieve vertegenwoordiger met stemrecht in de raad van bestuur van projectvereniging Hopvereniging 't Stakenhuis.
de heer Iwein De Koninck aan te duiden als plaatsvervanger voor de raadgevende vertegenwoordiger zonder stemrecht in de raad van bestuur van projectvereniging Hopvereniging 't Stakenhuis.
De N-VA-fractie wenst het ontslag mee te delen van de heer Ronny Roelandt en in zijn vervanging te voorzien. Het Feestcomité is een stedelijke adviesraad waarvan de leden door de gemeenteraad worden benoemd.
De N-VA-fractie verzoekt om mevrouw Sara De Meyer te benoemen als lid van de adviesraad Feestcomité en dit in vervanging van het ontslagnemend lid de heer Ronny Roelandt.
De gemeenteraad benoemt de leden van het Feestcomité.
Gelet op het besluit van 29 november 2022 houdende de vaststelling en aanpassing van de statuten van de adviesraad Feestcomité, meer bepaald artikel 5 van de statuten.
Gelet op de installatie van de adviesraad Feestcomité vastgelegd op de gemeenteraad d.d. 28 juni 2022.
Gelet op de mail van de N-VA-fractie d.d. 18 januari 2022 met de vraag tot vervanging.
akte te nemen van het ontslag van de heer Ronny Roelandt uit de adviesraad Feestcomité.
mevrouw Sara De Meyer te benoemen als lid in de adviesraad Feestcomité.
Reeds jaren werkt de “Whisky ploeg” van de lokale politie in Aalst samen met het team veiligheid van de stad zeer intensief op het bestrijden van mistoestanden met alcohol bij minderjarigen, ook preventief.
Elk jaar zet het team Integrale veiligheid van de stad Aalst een preventieve campagne op om jongeren te sensibiliseren rond het gebruik van alcohol en drugs. De sensibiliseringscampagne voor carnaval 2023 heeft als kernboodschap ‘De 10 geboden van carnaval’ en richt zich specifiek naar jongeren uit de 2de en 3de graad van het secundair onderwijs. Met het ludieke concept 'de 10 geboden van carnaval' worden Aalsterse jongeren bewust gemaakt om, binnen het groepje waarmee zij carnaval beleven zorg te dragen voor elkaar en carnaval op een positieve en veilige manier te vieren. Dat betekent o.m. dat ze tijdens carnaval samen blijven, geen alcohol aan elkaar geven als er al te veel gedronken werd en vooral dat ze elkaar niet in de steek laten. Daarenboven mengt de Whisky ploeg van de lokale politie zich ieder jaar in het feestgedruis van carnaval om minderjarige jongeren rechtstreeks aan te spreken over alcoholgebruik. Wanneer jongeren in het bezit zijn van voor hun leeftijd verboden alcoholische dranken worden deze dranken afgenomen en vernietigd en bovendien worden de ouders verwittigd van hetgeen vastgesteld werd. Deze aanpak heeft reeds jaar na jaar zijn vruchten afgeworpen. Wat echter steeds weer vastgesteld wordt, is het feit dat nachtwinkels tijdens carnaval zeer veel alcoholische dranken verkopen niet alleen aan meerderjarigen. Preventieve acties van de lokale politie naar de nachtwinkels toe om hen ertoe aan te zetten controle te doen op identiteitskaarten bij verkoop van alcohol, heeft de problematiek nog niet volledig kunnen oplossen. Jongeren kunnen niet altijd verantwoord omgaan met alcohol en zijn in deze kwetsbaar. Als het aanschaffen ervan laagdrempelig wordt zonder controle, is het nodig in te grijpen. Jongeren moeten beschermd worden tegen de gevolgen van buitensporig drinken op jonge leeftijd. Aangezien de burgemeester instaat voor het handhaven van de materiële openbare orde, is het opportuun om gelet op de speciale omstandigheden van carnaval een aantal mogelijkheden in te bouwen om zeer snel een situatie te kunnen indijken:
Van het voorgaande overwogen verbod dient gedeeltelijk te worden afgeweken voor de tijdsduur van de verschillende stoeten, teneinde het goede verloop van deze stoeten mogelijk te kunnen maken. De zorg voor de openbare veiligheid dringt nochtans op dat gezegde afwijking tot een strikt minimum wordt beperkt. In dit kader kan mogelijk worden gemaakt dat brandstoffen type P3 (dieselbrandstof) en gemakkelijk brandbare materialen worden gebruikt door de officieel ingeschreven groepen en alle andere ingeschreven carnavalisten tijdens de verschillende stoeten. Nochtans dient de praktijk van het bijvullen van brandstof principieel te worden verboden. De enige uitzondering op gezegd verbod kan worden gemaakt in het kader van de zondagsstoet, gekend de technische beperkingen van sommige stroomgeneratoren in termen van bedrijfsduur en de tijdsduur van de zondagsstoet. Tijdens de zondagsstoet kan het bijvullen van brandstof type P3 (dieselbrandstof) indien noodzakelijk enkel toegelaten worden bij kruispunt van Vredeplein -Keizersplein- Nieuwstraat- Vlaanderenstraat of in de Vlaanderenstraat .Het vervoer van de brandstof type P3 (dieselbrandstof) dient in elk geval te gebeuren in een metalen en goed afsluitbaar recipiënt (type ‘jerrycan’). Het de facto bijvullen van het brandstofreservoir dient te gebeuren met behulp van een trechter die aangepast is aan de vulopening en met de grootste voorzichtigheid.
Het carnavalsgebeuren wordt jaarlijks afgesloten door de popverbranding op de Grote Markt. Deze gelegenheid lokt steeds zeer veel toeschouwers naar de Grote Markt. Ter verzekering van de openbare veiligheid dient de mobiliteit van de toeschouwers die zich voor de popverbranding op de Grote Markt bevinden, zoveel als mogelijk te worden gewaarborgd. Het is te dien einde noodzakelijk de aanwezigheid op de Grote Markt van alle constructies, al dan niet op wielen, ongeacht hun vorm of grootte, te verbieden. Het overwogen verbod is de minst ingrijpende maatregel om een veilig verloop van de popverbranding te kunnen bewerkstelligen. Naar aanleiding van de popverbranding wordt jaarlijks een veiligheidsperimeter afgesloten rond de Grote Markt, om de openbare veiligheid tijdens de popverbranding beter te kunnen bewerkstelligen. Gezegde veiligheidsperimeter wordt afgesloten vanaf dinsdag 21 februari 2023 en dit voor zolang de openbare veiligheid zulks vereist. Het overwogen verbod dient bijgevolg tijdelijk te worden beperkt tot de periode waarbinnen de gezegde veiligheidsperimeter wordt gehandhaafd en territoriaal tot de oppervlakte van gezegde veiligheidsperimeter.
De politiediensten onttrekken, in uitvoering van artikel 30 van de wet op het Politieambt, alle voorwerpen en dieren die een gevaar betekenen voor het leven en de lichamelijke integriteit van personen en de veiligheid van goederen, aan de eigenaar, bezitter of houder, voor zolang dit met het oog op de handhaving van de openbare veiligheid of de openbare rust vereist is.
De voorzitter van de gemeenteraad vraagt bij amendement volgende aanpassingen te doen in het beslissend gedeelte van dit besluit:
'Alle data in de verschillende artikels van het kalenderjaar 2020 dienen aangepast met inachtname van de perioden voor en na de carnavals driedaagse naar het kalenderjaar 2023.
Betreft concreet artikels:
1: van zondag 19 februari 2023 om 8 uur tot en met woensdag 22 februari 2023 om 12 uur.
9: woensdag 1 februari 2023 tot en met woensdag 1 maart 2023
17: de data dienen aangepast van 22 februari 2020 naar 18 februari 2023. Daarnaast ook wijziging datum 26 februari 2020 naar 22 februari 2023.
28: Prins Carnaval 2023
Het amendement ingediend door de voorzitter van de gemeenteraad met het voorstel om 'Alle data in de verschillende artikels van het kalenderjaar 2020 aan te passen met inachtname van de perioden voor en na de carnavals driedaagse naar het kalenderjaar 2023', en zoals opgenomen in het overwegend gedeelte van dit besluit, te aanvaarden.
Het begrip ‘carnavalsperiode’ wordt, voor de toepassing van onderhavige verordening, als volgt vastgesteld: van zondag 19 februari 2023 om 8 uur tot en met woensdag 22 februari 2023 om 12 uur.
Het begrip ‘MEGA-kar’ wordt, voor de toepassing van onderhavige verordening, omschreven als volgt: een MEGA-kar is een constructie met afmetingen groter dan 1,5 meter in de breedte of de lengte of 1 meter in de hoogte waarmee feestvierders tijdens carnaval rondtrekken.
Het begrip ‘winterfoor’ wordt, voor de toepassing van onderhavige verordening, naar tijd als volgt vastgesteld: van vrijdag 10 februari 2023 tot en met zondag 26 februari 2023.
- op vrijdag 10 februari 2023: opening van de foor: van 18 uur tot maximum 0.30 uur (verplicht open tot 21 uur);
- op weekenddagen (zaterdag en zondag): van 14 uur tot maximum 0.30 uur (verplicht tot 22 uur);
- op vrijdagen (andere dan vrijdag 10 februari 2023): van 16 uur tot 0.30 uur;
- op werkdagen: van 16 uur tot maximum 22 uur (verplicht tot 21 uur);
- tijdens de carnavalsperiode: van 14 uur tot maximum 6 uur (verplicht tot 22 uur);
- op donderdag 16 februari 2023: “Dag van het Kind”: van 13 uur tot maximum 22 uur (verplicht tot 21 uur),
overeenkomstig de modaliteiten bepaald in het lastenkohier voor de winterfoor.
Tijdens de openingsuren voor de winterfoor geldt, wat betreft de geluidshinder, het bepaalde in de artikelen 21 tot en met 30 van de GAS-codex van de stad Aalst en de bepalingen van Vlarem, behoudens de afwijking toegestaan door het college van burgemeester en schepenen.
Het opbouwen, alsook het afbreken, van attracties op de foorpleinen wordt enkel toegelaten tussen 7 uur en 22 uur.
Voor wat betreft het openen van de kermisattracties geldt een verbod vanaf windkracht 6Bft en windstoten van 90 km/h of meer.
De uitbaters en eigenaars van kermisattracties en tijdelijke constructies moeten gedurende de ganse tijd van de winterfoor, van vrijdag 10 februari 2023 tot en met zondag 26 februari 2023, de nodige maatregelen te nemen voor het beveiligen, verzwaren en vast spannen van installaties, constructies, tenten, zielen, beweegbare delen en dergelijke meer.
De uitbaters en eigenaars van kermisattracties en tijdelijke constructies moeten voldoen aan volgende richtlijnen :
- volgen van richtlijnen van de constructeur opgenomen in het bouwboek of handboek wat betreft de installatie, het gebruik en de maximale windbelasting in rust en tijdens bedrijf;
- opvolgen van richtlijnen en maatregelen zoals opgenomen in het bouwboek van tenten;
- opvolgen van richtlijnen en maatregelen zoals opgenomen in de nodige documenten voor uitbating van kermistoestellen (Koninklijk besluit van 18 juni 2003 betreffende uitbating van kermistoestellen en verduidelijking);
- de weersvoorspellingen opvolgen en de voorspelde windsnelheden en windstoten aftoetsen aan de maximale windbelasting opgenomen in de richtlijnen van de constructeur of de opgestelde preventiemaatregelen op basis van de risicoanalyse.
De verkoop van alcoholische dranken via drankautomaten en/of privé initiatieven waarbij deze verkoop georganiseerd wordt op de openbare weg of op een plaats palend aan de openbare weg (in voorportalen en aan uitgangen en gangen palend aan de openbare weg, toegankelijk voor het publiek en niet specifiek bestemd voor verkoopactiviteiten) waarvoor geen vergunning werd afgeleverd, is op het ganse grondgebied van de stad Aalst verboden. Het verbod geldt vanaf zaterdag 18 februari 2023 om 0 uur tot en met woensdag 22 februari 2023 om 12 uur.
Het achterlaten van glas, breekbare materialen of andere recipiënten op de openbare weg is, voor de carnavalsperiode, verboden.
Het bij zich hebben van producten en voorwerpen die de veiligheid van personen in het gedrang kunnen brengen of personen kunnen verwonden en van producten of voorwerpen die kunnen gebruikt worden om personen te besmeuren of bevuilen, is verboden.
Het college van burgemeester en schepenen bepaalt het traject van de zondagsstoet, de maandagsstoet en de stoet van de ‘Voil Jeanetten’.
Deelname aan de zondagsstoet is voorbehouden voor de officieel ingeschreven groepen en de losse groepen die zich inschrijven bij de stad. Voor elke andere groep is het verboden deel te nemen aan de zondagsstoet.
De politiediensten zullen, in uitvoering van artikel 30 van de wet op het Politieambt, alle voorwerpen en dieren die een gevaar betekenen voor het leven en de lichamelijke integriteit van personen en de veiligheid van goederen, aan de eigenaar, bezitter of houder onttrekken voor zolang dit met het oog op de handhaving van de openbare veiligheid of de openbare rust is vereist.
De overtredingen van de bepalingen van onderhavige verordening worden gestraft met politiestraffen, met uitzondering van artikel 7, hetgeen bestraft wordt volgens de bepalingen van de GAS-codex van de stad Aalst, en met uitzondering van art. 19 waarbij de burgemeester bij inbreuk op één of meerdere paragrafen van dit artikel tijdens de carnavalsperiode kan overgaan tot sluiting van de nachtwinkel voor de resterende periode van carnaval.
Deze verordening treedt in werking op datum van bekendmaking.
Op 1 juni 2021 werd een nieuwe afdeling Alternatieven voor Detentie binnen de Dienst voor Vreemdelingenzaken (DVZ) opgericht. Deze afdeling heeft als voornaamste opdracht personen in onwettig verblijf door ICAM-coaches te laten begeleiden naar een duurzaam toekomstperspectief. Er zal sterk worden ingezet op een aanklampende en effectieve coaching vanaf de afgifte van een bevel om het grondgebied te verlaten (BGV) via Individual Case Management (ICAM).
Het beleid richtte zich tot nu toe vooral op een fractie van de mensen zonder papieren die aangehouden en opgesloten worden, terwijl het grootste deel geen enkele opvolging kreeg. De nieuwe aanpak breidt de focus uit naar alle mensen in onwettig verblijf: personen die talrijke verblijfsprocedures hebben opgestart zonder enig succes, personen die hun verblijfsrecht verloren zijn, maar ook personen die nooit een verblijfsprocedure beoogd hebben (Bron).
De ICAM-coaches worden fysiek ingezet in grote steden om de coaching van de cliënten zo laagdrempelig en nabij mogelijk te maken. Om deze reden verzoekt de Algemene Directie dienst Vreemdelingenzaken de stad Aalst, om een werkruimte beschikbaar te stellen binnen de gebouwen van de stad Aalst. Deze ruimte zal gebruikt worden voor activiteiten in het kader van een intensieve begeleiding van personen in onwettig verblijf, met het oog op het vinden van een duurzaam toekomstperspectief.
De samenwerking tussen de stad Aalst en Dienst Vreemdelingen Zaken van de FOD binnenlandse zaken draagt bij aan een intensieve opvolging en begeleiding van personen in onwettig verblijf in Aalst. Gemiddeld genomen ontvangen 30 personen per jaar een bijlage 13 - Bevel om het grondgebied te verlaten in Aalst.
De ICAM coach zullen vanaf februari 2023 gedurende 4 werkdagen per week beschikbaar zijn voor afspraken in het A.C, lokaal 0.7. De afspraken worden in overleg met team burgerzaken ingepland.
Op termijn zal een vernieuwde Sefor-procedure vervangen worden door de ICAM-procedure. Hierbij zal een nieuwe omzendbrief de bestaande omzendbrief van 10 juni 2011 vervangen, en dus de bestaande Sefor-procedure vervangen. Deze nieuwe omzendbrief zal de wettelijke basis vormen.
om de overeenkomst betreffende de ingebruikname van een werkruimte gelegen binnen de stad Aalst door de Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken van de FOD Binnenlandse Zaken, zoals gevoegd als bijlage, goed te keuren.
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Ann Van de Steen.
In de week van 10 februari wordt naar jaarlijkse gewoonte de focus gelegd tegen het pesten. De verwoestende gevolgen van pesterijen op school, in het verenigingsleven of op het werk kennen we ondertussen allemaal. Pijnlijke getuigenissen worden te pas en te onpas in de media gepubliceerd, berichtgevingen van jonge mensen die ten gevolge van pesten onlangs zichzelf van het leven beroofden ontnam ons allen de adem.
Pesten gebeurt nog steeds dagdagelijks. Op de werkvloer, in de scholen tot in de veilige thuisomgeving via online kanalen. Het slachtoffer ziet vaak geen uitweg meer, krijgt geen recuperatietijd om zichzelf te wapenen voor de volgende dag. De persoonlijkheid, de waardigheid, de fysieke en/of psychische integriteit van een persoon wordt aangetast, wordt bijna letterlijk neergeknuppeld.
Het slachtoffer staat er al te vaak helemaal alleen voor. Omringd door collega’s, medestudenten, familie of vrienden die soms zelfs geen weet hebben van wat speelt in het leven van de persoon in kwestie.
Net daarom is het van levensbelang dat pesten doordacht wordt aangepakt, dat het slachtoffer van de pesterijen een uitgestoken hand vindt. Dat er een bewustmakingscampagne wordt opgezet zodat mensen in de nauwe cirkel rond de betrokkene de signalen beter herkennen. Dat het nog steeds bestaande taboe rond het onderwerp uit de negatieve spiraal wordt getrokken. Dat er openlijk over gesproken kan worden.
Daarom vragen wij:
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
over de interpellatie van raadslid Ann Van de Steen aangaande 'Aalst tegen pesten'.
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Ann Van de Steen.
Met de Carnavalsdagen in zicht zijn we blij dat de rede het gehaald heeft en dat de Aalstenaars hun mooie volksfeest tot in de vroege uurtjes veilig en verlicht zullen kunnen beleven.
De aangekondigde besparingen van om en bij 300 000 EUR, die eerder berekend werden, stroken volgens de huidige energietarieven niet meer met de werkelijkheid. Het mag nog steeds veel geld zijn en goed voor de milieudoelen, toch stellen we ons de vraag of de uitspraak “de veiligheid komt niet in het gedrang” voldoende is om de Aalstenaar te overtuigen van deze maatregel.
Hoeveel bedraagt het verschil vandaag tussen de lichten doven om 23 uur, een uur waarop nog menig burger de straat op moet en 1 uur ‘s morgens? Is het verschil aanvaardbaar om het veiligheidsgevoel van onze inwoners te bekopen?
Dus komt de vraag naar boven:
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
over de interpellatie van raadslid Ann Van de Steen aangaande 'Zie ik de lichtjes aan de Dender...'.
Op basis van artikel 21 van de beheersovereenkomst stelt het autonoom gemeentebedrijf SportAG een jaarverslag op. De raad van bestuur van het autonoom gemeentebedrijf SportAG stelde op 29 december 2022 het jaarverslag 2021 vast en vraagt aan de leden van de gemeenteraad het jaarverslag 2021 goed te keuren.
het jaarverslag 2021 van het autonoom gemeentebedrijf SportAG, vastgesteld door de Raad van Bestuur van SportAG op 29 december 2022 , en zoals gevoegd als bijlage, goed te keuren.
Op basis van 243 §2 en §3 van het Decreet Lokaal Bestuur dient de Raad van Bestuur van het autonoom gemeentebedrijf SportAG de jaarrekening ter advisering voor te leggen aan de gemeenteraad.
De Raad van Bestuur van het autonoom gemeentebedrijf SportAG stelde op 29 december 2022 de jaarrekening 2021 vast en vraagt aan de leden van de gemeenteraad positief advies over de jaarrekening 2021.
de jaarrekening 2021 van het autonoom gemeentebedrijf SportAG, vastgesteld door de Raad van Bestuur van het SportAG op 29 december 2022, en zoals gevoegd in bijlage, positief te adviseren.
Conform Artikel 242 van het decreet lokaal bestuur stelde de raad van bestuur van het autonoom gemeentebedrijf SportAG een eerste aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 vast, en dit op de raad van bestuur van 29/12/2022. Deze aanpassing van het meerjarenplan van SportAG wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad. Tevens worden de kredieten van het boekjaar 2023 vastgelegd.
Artikel 249, 251, 253, 254, 255, 259 en 596 van het decreet lokaal bestuur.
de aanpassing van het meerjarenplan 2020 - 2025 en de vastlegging van de kredieten voor 2023 van SportAG, zoals in bijlage aan dit besluit toegevoegd, goed te keuren.
OMSCHRIJVING / VERKLARENDE NOTA
Gelet op de uiteenzetting van de deradicaliseringsambtenaar en de bijkomende verklaringen van zowel burgemeester D’Haese als schepen Van Overmeire in het besloten gedeelte op de commissie Veiligheid van 22 november ll. is een sluiting van de voornoemde ‘moskee’annex ‘school’, zowel omwille van structurele veiligheidsoverwegingen als omwille van maatschappelijke veiligheidsoverwegingen ( = deontologische, morele en menselijke overwegingen à EVRM) aangewezen.
MOTIVATIE
De uiteenzetting van de deradicaliseringsambtenaar van de stad alsook de toelichting door zowel burgemeester D’Haese als schepen Van Overmeire (dewelke ik graag in de gemeenteraad herhaal).
VOORSTEL VAN BESLISSING
De gemeenteraad van Aalst beslist om aan de burgemeester te vragen om tot een onmiddellijke sluiting van het “Islamitisch Cultureel Centrum” geloofsgemeenschap El Muslimeen aan de Frits de Wolfkaai over te gaan.
KOSTPRIJS BUDGET
Geen budgettaire implicaties
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: toegevoegde punten van raadsleden
Artikel 28 §1. 2° van het decreet lokaal bestuur
het verzoek van raadslid Steve Herman om zijn voorstel in te trekken. Het punt is bijgevolg zonder voorwerp.