De stad Aalst organiseert elk jaar een Winterfoor. Deze foor vindt plaats op (1) de Grote Markt, (2) het Esplanadeplein, (3) de parking Keizershallen, (4) de Werf, (5) de Houtmarkt en (6) de Hopmarkt en loopt van vrijdag 21 februari t.e.m. zondag 9 maart 2025.
Om de (geluids)hinder te beperken worden de openingsuren van de Winterfoor vastgelegd. Tijdens de openingsuren van de Winterfoor blijven de bepalingen betreffende geluidshinder onverkort van toepassing, onverminderd de afwijking toegestaan door het college van burgemeester en schepenen. Het opbouwen, alsook het afbreken van attracties wordt op de foorpleinen enkel toegelaten tussen 7 en 22 uur.
De ‘carnavalsperiode’ dient voor de toepassing van onderhavige verordening te worden bepaald als volgt: vanaf zondag 2 maart om 8 uur tot en met woensdag 5 maart 2025 om 12 uur.
De ‘feestzone’ dient voor de toepassing van onderhavige verordening te worden bepaald als volgt:
(1) alle straten en pleinen binnen de Wallenring, de Wallenring en de Gentsestraat (stuk De Troyer) inbegrepen, (2) het Statieplein en alle daarop uitgevende straten en (3) alle foorpleinen, zoals bepaald in onderhavige verordening, die buiten de voorafgaande territoriale omschrijving vallen.
Op het grondgebied van de stad Aalst worden via de drankautomaten alcoholische dranken verkocht. Ook via privé-initiatieven wordt deze verkoop georganiseerd op de openbare weg of op plaatsen palend aan de openbare weg zonder dat hiervoor een vergunning werd afgeleverd. Op dergelijke verkoop is geen daadwerkelijk toezicht mogelijk. Het tijdelijk verbieden van de op voormelde wijze georganiseerde verkoop van alcoholische dranken op het grondgebied van de stad Aalst is het enige middel om te kunnen voldoen aan de bepalingen van artikel 135 §2 van de Nieuwe Gemeentewet. Het overwogen verbod dient nochtans tijdelijk te worden beperkt tot een periode gaande van zaterdag 1 maart om 23:59 uur tot en met woensdag 5 maart 2025 om 12 uur.
Gezien de grote volkstoeloop die Carnaval met zich meebrengt kan het gebruik van recipiënten gemaakt uit glas of andere breekbare materialen de openbare veiligheid ernstig in het gevaar brengen. Het is bijgevolg noodzakelijk aan alle uitbaters van horeca-inrichtingen, binnen de feestzone en tijdens de carnavalsperiode, de verplichting op te leggen maatregelen te treffen om te voorkomen dat recipiënten, gemaakt uit glas of andere breekbare materialen, vanuit hun etablissement worden meegenomen op de openbare weg. De overwogen verplichting is de minst ingrijpende maatregel om een veilig verloop van het carnavalsgebeuren te kunnen bewerkstelligen. De overwogen verplichting dient nochtans tijdelijk te worden beperkt tot de carnavalsperiode.
Omdat voor alle evenementen in Vlaanderen een verbod geldt op wegwerpbekers (Vlarema Art. 5.3.12.1.) en omdat glas niet is toegelaten op het openbaar domein, organiseert Stad Aalst een uniform systeem voor herbruikbare bekers. Horeca-inrichtingen kunnen herkenbare herbruikbare bekers bestellen om drank te schenken in hun zaak, aan een buitentoog of via raamverkoop. De stad verspreidt duidelijke informatie over de uniforme beker en het waarborgsysteem naar bezoekers toe en voorziet bemande inzamelstanden op de feestpleinen. Horeca-uitbaters die menen dat door hen geschonken dranken zullen worden meegenomen op het openbaar domein, worden gevraagd om gebruik te maken van de uniforme herbruikbare bekers. Indien andere herbruikbare bekers dan de specifiek aangeduide bekers zouden circuleren op het openbaar domein, kunnen deze namelijk oorzaak worden van overlast, verwarring en geldverlies bij het waarborgsysteem ten nadele van carnavalisten, andere horeca-uitbaters en inzamelpunten. Horeca-inrichtingen die er toch voor kiezen om andere bekers te gebruiken in hun zaak, moeten duidelijk zichtbaar afficheren dat deze bekers niet in andere horeca-inrichtingen of aan de inzamelpunten kunnen worden ingewisseld.
De reglementering van nachtwinkels die vervat zit in het GAS-reglement, meer bepaald artikelen 49 en 52 worden tijdelijk enkel voor de carnavalsperiode buiten toepassing gesteld. De maatregelen zullen in deze tijdelijke politieverordening aangepast overgenomen worden in die zin dat de burgemeester tijdens de carnavalsperiode zeer kort op de feiten kan optreden tegen inbreuken. Carnaval brengt een zeer specifieke situatie met zich mee. Reeds jaren strijden de lokale politie en de burgemeester, hierin gesteund door het stadsbestuur, tegen alcoholmisbruik bij jongeren. De omstandigheden van Carnaval werken het risico tot alcoholmisbruik in de hand. Een nauwer toezicht en het strenger aanpakken van mistoestanden dringt zich hierbij op.
Reeds jaren werkt de “Whisky ploeg” van de lokale politie in Aalst samen met het team veiligheid van de stad zeer intensief op het bestrijden van mistoestanden met alcohol bij minderjarigen, ook preventief.
Elk jaar zet het team Integrale veiligheid van de stad Aalst een preventieve campagne op om jongeren te sensibiliseren rond het gebruik van alcohol en drugs. Ook voor Carnaval 2025 heeft de sensibiliseringscampagne als kernboodschap ‘De 10 geboden van Carnaval’, gericht naar alle carnavalisten en met speciale aandacht voor jongeren. Met het ludieke concept 'de 10 geboden van Carnaval' worden carnavalisten bewust gemaakt om, binnen het groepje waarmee zij Carnaval beleven, zorg te dragen voor elkaar en Carnaval op een positieve en veilige manier te vieren. Dat betekent o.m. dat ze tijdens Carnaval samen blijven, geen alcohol aan elkaar geven als er al te veel gedronken werd en vooral dat ze elkaar niet in de steek laten.
Daarenboven mengt de Whisky ploeg van de lokale politie zich ieder jaar in het feestgedruis van Carnaval om minderjarige jongeren rechtstreeks aan te spreken over alcoholgebruik. Wanneer jongeren in het bezit zijn van voor hun leeftijd verboden alcoholische dranken, worden deze dranken afgenomen en vernietigd en bovendien worden de ouders verwittigd van hetgeen vastgesteld werd. Deze aanpak heeft reeds jaar na jaar zijn vruchten afgeworpen. Wat echter steeds weer vastgesteld wordt, is het feit dat nachtwinkels tijdens Carnaval zeer veel alcoholische dranken verkopen niet alleen aan meerderjarigen. Preventieve acties van de lokale politie naar de nachtwinkels toe om hen ertoe aan te zetten controle te doen op identiteitskaarten bij verkoop van alcohol, heeft de problematiek nog niet volledig kunnen oplossen. Jongeren kunnen niet altijd verantwoord omgaan met alcohol en zijn in deze kwetsbaar. Als het aanschaffen ervan laagdrempelig wordt zonder controle, is het nodig in te grijpen. Jongeren moeten beschermd worden tegen de gevolgen van buitensporig drinken op jonge leeftijd. Aangezien de burgemeester instaat voor het handhaven van de materiële openbare orde, is het opportuun om gelet op de speciale omstandigheden van Carnaval een aantal mogelijkheden in te bouwen om zeer snel een situatie te kunnen indijken.
Het is aangewezen een verbod op te leggen om met MEGA-karren volgende locaties te betreden: het Statieplein, het Vredeplein, de Gentsestraat (stuk De Troyer), de Hopmarkt, het verkeersvrije gedeelte van de Grote Markt, inclusief de delen van de Kerkstraat, het Sint Martensplein, de Lange Zoutstraat, de Nieuwstraat, de Kattestraat en de Molenstraat die op de Grote Markt aansluiten en die afgesloten worden. Het is tevens verboden MEGA karren te construeren nadat men voormelde plaatsen betreden heeft en voorbij de corridors zijn gepasseerd.
Jaarlijks begeven sommige personen zich naar het carnavalsgebeuren, voorzien van stroomgeneratoren die werken op een verbrandingsmotor. Deze toestellen worden aangewend om zich te voorzien van elektrische stroom voor geluidsinstallaties en dergelijke meer. De verbrandingsmotoren van dergelijke stroomgeneratoren werken doorgaans op een gemakkelijk ontvlambare brandstof. Het bijvullen van het brandstofreservoir ervan tijdens een grote volkstoeloop kan de openbare veiligheid ernstig in het gedrang brengen.
Een verbod op het bij zich hebben van een stroomgenerator met verbrandingsmotor, brandstoffen en gemakkelijk brandbare materialen is de minst ingrijpende maatregel om een veilig verloop van het carnavalsgebeuren te kunnen bewerkstelligen. De overwogen verboden dienen nochtans tijdelijk te worden beperkt tot de carnavalsperiode en binnen de feestzone.
Van het voorgaande overwogen verbod dient gedeeltelijk te worden afgeweken voor de tijdsduur van de verschillende stoeten, teneinde het goede verloop van deze stoeten mogelijk te kunnen maken. De zorg voor de openbare veiligheid dringt nochtans op dat gezegde afwijking tot een strikt minimum wordt beperkt. In dit kader kan mogelijk worden gemaakt dat brandstoffen type P3 (dieselbrandstof) en gemakkelijk brandbare materialen worden gebruikt door de officieel ingeschreven vaste groepen tijdens de verschillende stoeten. Nochtans dient de praktijk van het bijvullen van brandstof principieel te worden verboden. De enige uitzondering op gezegd verbod kan worden gemaakt in het kader van de zondagsstoet, gekend de technische beperkingen van sommige stroomgeneratoren in termen van bedrijfsduur en de tijdsduur van de zondagsstoet. Tijdens de zondagsstoet kan het bijvullen van brandstof type P3 (dieselbrandstof) indien noodzakelijk enkel toegelaten worden bij kruispunt van Vlaanderenstraat/Gentsestraat. Het vervoer van de brandstof type P3 (dieselbrandstof) dient in elk geval te gebeuren in een metalen en goed afsluitbaar recipiënt (type ‘jerrycan’). Het de facto bijvullen van het brandstofreservoir dient te gebeuren met behulp van een trechter die aangepast is aan de vulopening en met de grootste voorzichtigheid.
Jaarlijks misbruiken sommige personen het carnavalsgebeuren, en in het bijzonder de stoet van de ‘Voil Jeanetten’ en de Popverbranding, om mensen te besmeuren en kleine brandhaarden te stichten. Dergelijke handelingen kunnen leiden tot ernstige verstoringen van de openbare orde, veiligheid en rust. Een verbod op het stellen van dergelijke handelingen en een verbod op het voorhanden hebben van stoffen en voorwerpen die gezegde handelingen vergemakkelijken, is de minst ingrijpende maatregel om een veilig en rustig verloop van het carnavalsgebeuren te kunnen bewerkstelligen. De overwogen verboden dienen nochtans tijdelijk te worden beperkt tot de carnavalsperiode.
Jaarlijks begeven sommige personen zich tijdens het carnavalsgebeuren op de openbare weg en in of op openbare plaatsen, voorzien van voorwerpen die personen kunnen kwetsen. Het voorhanden hebben of gebruik van dergelijke voorwerpen kan leiden tot ernstige verstoringen van de openbare orde, veiligheid en rust. Een verbod op het voorhanden hebben van dergelijke voorwerpen is de minst ingrijpende maatregel om een veilig verloop van het carnavalsgebeuren te kunnen bewerkstelligen. Het overwogen verbod dient nochtans tijdelijk te worden beperkt tot de carnavalsperiode.
Het carnavalsgebeuren wordt jaarlijks afgesloten door de Popverbranding op de Grote Markt. Deze gelegenheid lokt steeds zeer veel toeschouwers naar de Grote Markt. Ter verzekering van de openbare veiligheid dient de mobiliteit van de toeschouwers die zich voor de Popverbranding op de Grote Markt bevinden, zoveel als mogelijk te worden gewaarborgd. Het is te dien einde noodzakelijk de aanwezigheid op de Grote Markt van alle constructies, al dan niet op wielen, ongeacht hun vorm of grootte, te verbieden. Het overwogen verbod is de minst ingrijpende maatregel om een veilig verloop van de Popverbranding te kunnen bewerkstelligen. Naar aanleiding van de Popverbranding wordt jaarlijks een veiligheidsperimeter afgesloten rond de Grote Markt, om de openbare veiligheid tijdens de Popverbranding beter te kunnen bewerkstelligen. Gezegde veiligheidsperimeter wordt afgesloten vanaf dinsdag 4 maart 2025 en dit voor zolang de openbare veiligheid zulks vereist. Het overwogen verbod dient bijgevolg tijdelijk te worden beperkt tot de periode waarbinnen de gezegde veiligheidsperimeter wordt gehandhaafd en territoriaal tot de oppervlakte van gezegde veiligheidsperimeter.
De politiediensten onttrekken, in uitvoering van artikel 30 van de wet op het Politieambt, alle voorwerpen en dieren die een gevaar betekenen voor het leven en de lichamelijke integriteit van personen en de veiligheid van goederen, aan de eigenaar, bezitter of houder, voor zolang dit met het oog op de handhaving van de openbare veiligheid of de openbare rust vereist is.
De bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet, in het bijzonder artikel 135 § 2, dat de gemeenten de verplichting oplegt te voorzien in een goede politie ten behoeve van haar inwoners, meer bepaald te zorgen voor een veilig en vlot verkeer op de openbare weg, voor het handhaven van de orde op plaatsen waar veel mensen samenkomen en voor het tegengaan van inbreuken op de openbare rust. Het artikel voorziet tevens dat gemeenten de nodige maatregelen kunnen nemen, inclusief politieverordeningen, voor het tegengaan van alle vormen van openbare overlast.
De bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet, in het bijzonder artikel 119 en 119bis § 1, die bepalen dat de gemeenteraad straffen kan bepalen voor overtredingen van zijn reglementen of verordeningen. Deze straffen mogen de politiestraffen niet te boven gaan.
De bepalingen van art. 134 e.v. van de Nieuwe Gemeentewet.
De bepalingen van het Decreet Lokaal Bestuur, in het bijzonder de artikelen 287 en 288, die de bekendmaking en de inwerkingtreding van de reglementen en verordeningen van de gemeenteraad regelen.
De bepalingen van het Strafwetboek, in het bijzonder artikel 561, 1°, dat nachtgerucht strafbaar stelt.
De bepalingen van de wet op het Politieambt, in het bijzonder artikel 30, dat de maatregel van bestuurlijke inbeslagname van voorwerpen en dieren die een gevaar betekenen voor het leven en de lichamelijke integriteit van personen en de veiligheid van goederen, regelt.
De bepalingen van Vlarem.
De richtlijnen van december 1967 voor de reglementering van de bescherming tegen brand en paniekrisico's in kermisinrichtingen en andere instellingen van tijdelijke aard zoals jaarbeurzen en tentoonstellingen (Ministerie van Binnenlandse Zaken).
De bepalingen van artikel 25 tot 34 van de GAS-codex van de stad Aalst m.b.t. lawaai.
Het lastenkohier “Winterfoor Aalst 2022-2026”.
Volgende bepalingen van de GAS-codex m.b.t. nachtwinkels worden tijdelijk voor de carnavalsperiode (periode hierna omschreven) buiten toepassing gesteld: artikel 49 m.b.t. de openingsuren van de nachtwinkels en artikel 52 m.b.t. het schenken en consumeren van alcoholische dranken in nachtwinkels en de verkoop van (alcoholische) dranken in glazen recipiënten.
De beslissing van het college van burgemeester en schepenen d.d. 07/02/2025 om naar aanleiding van de Winterfoor en Carnaval 2025 de tijdelijke politieverordening voor te leggen aan de gemeenteraad.
De vergadering van de verenigde commissies d.d. 17/02/2025.
Het begrip ‘Winterfoor’ wordt, voor de toepassing van onderhavige verordening, naar tijd als volgt vastgesteld: van vrijdag 21 februari t.e.m. zondag 9 maart 2025.
De foorpleinen, waarop de Winterfoor plaatsvindt, worden als volgt bepaald:
De openingsuren voor de Winterfoor worden als volgt vastgesteld:
overeenkomstig de modaliteiten bepaald in het lastenkohier voor de Winterfoor.
Tijdens de openingsuren voor de Winterfoor geldt, wat betreft de geluidshinder, het bepaalde in de artikelen 25 tot en met 34 van de GAS-codex van de stad Aalst en de bepalingen van Vlarem, behoudens de afwijking toegestaan door het college van burgemeester en schepenen.
Het opbouwen, alsook het afbreken, van attracties op de foorpleinen wordt enkel toegelaten tussen 7 en 22 uur.
Het stationeren van woonwagens op de parking Keizershallen (foorplein) is toegestaan van woensdag 12 februari tot en met donderdag 13 maart 2025. Het stationeren van woonwagens op de parking Eendrachtstraat (+ aanpalende parkeerstrook) en deel parking Schellaert is toegestaan vanaf vrijdag 14 februari 2025 tot en met donderdag 13 maart 2025 om 16 uur.
De toelating van de stad moet steeds zichtbaar achter het raam van de woonwagen geplaatst worden. Enkel woonwagens die een toelating kunnen voorleggen krijgen toegang tot de foorpleinen/stalplaats woonwagens. Woonwagens die over geen toelating beschikken kunnen geverbaliseerd en getakeld worden.
In functie van laad- en losverkeer is het tijdelijk stationeren van voertuigen op de foorpleinen toegestaan tussen 10 en 12 uur.
De foorstielen die eetwaren te koop aanbieden zullen worden gecontroleerd door de dienst van de Gezondheidsinspectie.
De stielen die eetwaren als hoofdproduct verkopen mogen enkel in combinatie met eten drank verkopen met uitzondering van sterke dranken. Deze nevenactiviteit mag nooit apart worden uitgeoefend en mag zeker niet de hoofdactiviteit worden. Aan minderjarigen -16 jaar mag in geen geval alcoholische dranken verkocht worden, ook niet in combinatie met eten.
De stielen met abonnement voor uitbating van een horeca-inrichting mogen enkel dranken binnen hun stiel verkopen, dus zonder bediening buiten de uitbating.
Bij niet-naleving van voormelde bepalingen kan de stiel gesloten worden op bevel van de burgemeester. Eventuele kosten hiervoor worden gedragen door de foornijveraars zelf.
De foornijveraars zijn ertoe verplicht alle toepasselijke wettelijke beschikkingen m.b.t. de opslag en het gebruik van brandbare en ontplofbare producten stipt na te leven. Foorstielen die brandbare, ontplofbare stoffen in voorraad hebben, mogen bij hun stiel maximum zes gasflessen in voorraad hebben. Bij het gebruik en de opslag van deze producten dienen alle voorzorgen inzake veiligheid, verontreiniging en brand verzekerd te zijn. Het is ten strengste verboden deze stoffen op te bergen, indien zij niet strikt noodzakelijk zijn voor de exploitatie van de stiel.
Lege gasflessen dienen onmiddellijk van de site te worden verwijderd.
De ontspanner, slangen van de gasflessen en gasinstallatie moeten in orde zijn en geldig gekeurd.
Elke foorstiel dient minimaal over volgende brandbestrijdingsmiddelen te beschikken:
De opbouw van de foorstielen moeten gebeuren volgens de regels van de kunst:
Elektriciteitskabels dienen beschermd te worden door kabelgoten vanaf de opstelling van de elektriciteitskasten tot de afbraak van diezelfde kasten.
Mobiele stroomgroepen moeten voorzien zijn van een geldige keuring na opstelling door een EDTC.
Attracties en woonwagens moeten voorzien zijn van een erkenningslabel met vermelding van naam en eventueel goedkeuringsstempel.
Bij de opstelling van foorstielen en woonwagens dienen de goedgekeurde plannen van de evenementenlocaties (met o.a. de brandwegen) correct gevolgd te worden.
De eigenaars van woonwagens en foorstielen dienen het gebruik van gasflessen en daarmee verbonden relevante informatie aan te leveren aan de stad Aalst, zodat dit in het inplantingsplan kan opgenomen worden.
Voor wat betreft het openen van de kermisattracties geldt een verbod vanaf windkracht 6Bft en windstoten van 90 km/h of meer.
De uitbaters en eigenaars van kermisattracties en tijdelijke constructies moeten gedurende de ganse tijd van de Winterfoor, van vrijdag 21 februari t.e.m. zondag 9 maart 2025, de nodige maatregelen te nemen voor het beveiligen, verzwaren en vast spannen van installaties, constructies, tenten, zielen, beweegbare delen en dergelijke meer.
De uitbaters en eigenaars van kermisattracties en tijdelijke constructies moeten voldoen aan volgende richtlijnen:
Het begrip ‘carnavalsperiode’ wordt, voor de toepassing van onderhavige verordening, als volgt vastgesteld: van zondag 2 maart om 8 uur tot en met woensdag 5 maart 2025 om 12 uur.
Het begrip ‘feestzone’ wordt, voor de toepassing van onderhavige verordening, vastgesteld als zijnde de zone, gevormd door:
De verkoop van alcoholische dranken via drankautomaten en/of privé initiatieven waarbij deze verkoop georganiseerd wordt op de openbare weg of op een plaats palend aan de openbare weg (in voorportalen en aan uitgangen en gangen palend aan de openbare weg, toegankelijk voor het publiek en niet specifiek bestemd voor verkoopactiviteiten) waarvoor geen vergunning werd afgeleverd, is op het ganse grondgebied van de stad Aalst verboden. Het verbod geldt vanaf zaterdag 1 maart om 23:59 uur tot en met woensdag 5 maart 2025 om 12 uur.
Het meebrengen en achterlaten van glas, breekbare materialen of andere recipiënten op de openbare weg is, voor de carnavalsperiode, verboden.
Er geldt ook een verbod op het gebruik van glazen recipiënten op het openbaar domein.
Binnen de horeca-inrichting geldt het glasverbod niet. Omdat voor alle evenementen in Vlaanderen een verbod geldt op wegwerpbekers (Vlarema Art. 5.3.12.1), verdient het de voorkeur om voor de ganse horeca-inrichting en voor de duurtijd van deze vordering gebruik te maken van herbruikbare bekers wanneer de horeca-uitbater meent dat de glazen recipiënten op het openbaar domein dreigen terecht te komen.
Alle uitbaters van horeca-inrichtingen worden verplicht maatregelen te treffen om te voorkomen dat recipiënten, gemaakt uit glas of andere breekbare materialen, vanuit hun etablissement worden meegenomen op de openbare weg. Deze verplichting geldt voor alle uitbaters van horeca-inrichtingen, binnen de feestzone en tijdens de carnavalsperiode.
Uitbaters van horeca-inrichtingen binnen de feestzone die tijdens de carnavalsperiode drank schenken in andere herbruikbare bekers dan de specifiek aangeduide bekers van het uniforme systeem gecoördineerd door Stad Aalst, worden verplicht om duidelijk zichtbaar te afficheren dat hun herbruikbare bekers niet in andere horeca-inrichtingen of aan de inzamelpunten kunnen worden ingewisseld.
Alle uitbaters van horeca-inrichtingen worden verplicht maatregelen te treffen bij raamverkoop en het plaatsen van buitentogen.
§1 Toestemming en voorwaarden:
§2 Algemene bepalingen:
§3 Sancties:
Bij niet-naleving van deze bepalingen behoudt de stad zich het recht voor om de vergunning voor de buitentoog en/of raamverkoop in te trekken of buitentogen te laten verwijderen, eventueel op kosten van de overtreder.
§1 De bepalingen vervat in artikelen 49 tot 52 van de GAS-codex worden tijdelijk voor de carnavalsperiode buiten toepassing gelaten, gelet op de motivering zoals opgenomen in het overwegend gedeelte van deze tijdelijke politieverordening. Na de carnavalsperiode krijgen deze artikelen automatisch terug hun volledige geldingskracht.
§2 De nachtwinkels mogen enkel open zijn tussen 18 en 2 uur.
§3 De uitbaters van de nachtwinkels krijgen het verbod om in hun handelszaak alcoholische dranken te schenken en consumptie van alcoholische dranken toe te staan. Het overgieten van alcoholische dranken uit glazen recipiënten in andere recipiënten wordt beschouwd als schenken en valt eveneens onder dit verbod.
§4 Tijdens de carnavalsperiode is de verkoop of het aanbieden van dranken in glazen recipiënten verboden voor de nachtwinkels gelegen op het grondgebied van Aalst. De nachtwinkel moet dit verbod op een voor het publiek goed zichtbare plaats binnen het verkooppunt aanbrengen, met daarop de volgende boodschap: “Tijdens de duur van Carnaval worden geen dranken verkocht en/of aangeboden in glazen recipiënten.”
§5 Elke uitbater van een nachtwinkel moet het aanbod van dranken in glazen recipiënten gedurende de duur van het verbod afschermen voor het publiek.
§6 De nachtwinkels zijn uiteraard ook tijdens de carnavalsperiode verplicht de vigerende wetgeving omtrent het schenken van alcohol na te leven.
Het college van burgemeester en schepenen bepaalt het traject van de zondagsstoet, de maandagsstoet en de stoet van de ‘Voil Jeanetten’.
Deelname aan de zondagsstoet is voorbehouden voor de officieel ingeschreven groepen en de losse groepen die zich inschrijven bij de stad. Voor elke andere groep is het verboden deel te nemen aan de zondagsstoet.
MEGA-karren worden tijdens de carnavalsperiode niet toegestaan op volgende locaties: het Statieplein, het Vredeplein, de Gentsestraat (stuk De Troyer), de Hopmarkt, het verkeersvrije gedeelte van de Grote Markt, inclusief de delen van de Kerkstraat, het Sint Martensplein, de Lange Zoutstraat, de Nieuwstraat, de Kattestraat en de Molenstraat die op de Grote Markt aansluiten en die afgesloten worden. Het is tevens verboden om MEGA karren te construeren op de voormelde plaatsen en nadat men de corridors gepasseerd is.
Het begrip ‘MEGA-kar’ wordt, voor de toepassing van onderhavige verordening, omschreven als volgt: een MEGA-kar is een constructie met afmetingen groter dan 1,5 meter in de breedte of de lengte of 1 meter in de hoogte waarmee feestvierders tijdens Carnaval rondtrekken.
Het bij zich hebben van generatoren met verbrandingsmotor, licht ontvlambare vloeistoffen, brandstoffen en gemakkelijk brandbare materialen is, tijdens de carnavalsperiode en binnen de feestzone, voor iedereen verboden, m.u.v. vaste carnavalsgroepen tijdens de duur van de stoeten en voor de vergunde uitgangswagens.
De personen die – ingevolge artikel 25 – tijdens de stoeten in het bezit mogen zijn van brandstoffen type P3 (dieselbrandstof) en gemakkelijk brandbare materialen nemen te allen tijde de zorgvuldigheidsplicht in acht. Onverminderd het volgende lid, zijn zij in het bijzonder verplicht alle nuttige maatregelen te treffen om ervoor te zorgen dat het bijvullen van de brandstof type P3 (dieselbrandstof) niet tijdens de stoeten dient te gebeuren.
Tijdens de zondagsstoet wordt het bijvullen van brandstof type P3 (dieselbrandstof) voor de stroomgeneratoren enkel toegelaten ter hoogte van kruispunt Vlaanderenstraat/Gentsestraat en dit alleen indien de technische mogelijkheden van de stroomgenerator en de tijdsduur van de stoet zulks noodzakelijk maken.
Het vervoer van de brandstof type P3 (dieselbrandstof) dient te gebeuren in een metalen recipiënt (type ‘jerrycan’), welk goed afsluitbaar dient te zijn. Elke ingeschreven vaste Carnavalsgroep is verplicht een brandblusapparaat mee te nemen.
Het opvullen van het brandstofreservoir dient te gebeuren met behulp van een hulpstuk, welk aangepast dient te zijn aan de vulopening. Bij het opvullen van het brandstofreservoir dient de grootste voorzichtigheid aan de dag te worden gelegd.
Het bij zich hebben van producten en voorwerpen die de veiligheid van personen in het gedrang kunnen brengen of personen kunnen verwonden en van producten of voorwerpen die kunnen gebruikt worden om personen te besmeuren of bevuilen, is verboden.
Op dinsdag 4 maart 2025, bij het vormen van de cirkels rond de carnavalspop en bij de Popverbranding, krijgen enkel volgende personen een toelating om in de cirkels te komen:
Alle constructies, al dan niet op wielen, ongeacht hun vorm of grootte, zijn verboden binnen de veiligheidsperimeter die de politiediensten zullen afbakenen op dinsdag 4 maart 2025 het ogenblik dat de Voil Jeanetten stoet de Grote Markt verlaat, dit in functie van de Popverbranding op de Grote Markt en dit voor zolang de veiligheidsperimeter wordt gehandhaafd.
De politiediensten zullen, in uitvoering van artikel 30 van de wet op het Politieambt, alle voorwerpen en dieren die een gevaar betekenen voor het leven en de lichamelijke integriteit van personen en de veiligheid van goederen, aan de eigenaar, bezitter of houder onttrekken voor zolang dit met het oog op de handhaving van de openbare veiligheid of de openbare rust is vereist.
De overtredingen van de bepalingen van onderhavige verordening worden gestraft met politiestraffen, met uitzondering van artikel 4, hetgeen bestraft wordt volgens de bepalingen van de GAS-codex van de stad Aalst, en met uitzondering van artikel 18 waarbij de burgemeester bij inbreuk op één of meerdere paragrafen van dit artikel tijdens de carnavalsperiode kan overgaan tot sluiting van de nachtwinkel voor de resterende periode van Carnaval.
Deze verordening treedt in werking op datum van bekendmaking.