TV OOST is op zoek naar een voet op de grond in de Denderregio. Het televisiehuis organiseert de redactie en uitzendingen momenteel vanuit de hoofdzetel in Antwerpen. Het gebrek aan lokale verankering leidt tot fysieke beperkingen en limieten. Nieuwsitems uit onze regio kunnen niet tijdig worden samengesteld, opgenomen en gemonteerd gezien de fysieke afstand tussen de hoofdzetel en het werkingsgebied van de zender. Om het uitzendgebied beter te kunnen coveren met redactionele content en nieuwsitems is TV OOST vragende partij om in Aalst een uitvalsbasis in te richten. Naast de hoofdzetel in Sint-Niklaas is de zender op zoek naar een betere regionale afdekking en verankering door middel van een hub in Aalst.
De raad van bestuur van TV OOST gaf hoofdredacteur Stavros Van Halewyck de opdracht de mogelijkheid naar de opstart van een hub in Aalst te onderzoeken. Gelet op de nieuwe digitale werking van cultuurcentrum De Werf en de leegstaande ruimte in de vroegere bibliotheekruimte is een mogelijke partnerwerking met een televisiehuis dat actief is onze regio het onderzoeken waard. De partnerwerking past niet alleen in de digitale ambities van het cultuurcentrum, maar minstens even belangrijk is die voor de uitstraling van de stad Aalst en de bovenlokale regio.
Een eerste samenwerkingsvorm zal eruit bestaan dat TV OOST in het cultuurcentrum een lokaal krijgt toegewezen om journalisten er redactiewerk te kunnen laten verrichten en om montages te finaliseren.
In het verdere nog te concretiseren samenwerkingstraject zal er worden gekeken hoe de ambities, projecten en doelstellingen van beide huizen met elkaar versterkt kunnen worden. Daarbij zal er worden ingezet op versterking van elkaars werking in functie van contentcreatie en publieksbereik. De samenwerking zal de werking van cultuurcentrum De Werf overstijgen gezien de mogelijkheden en opportuniteiten voor de gehele stad.
Voor het gebruik van het lokaal in cc De Werf werd er in nauw overleg met TV Oost een gebruikersovereenkomst onderhandeld en gefinaliseerd.
De diensten financiën, facilty, stadspromotie en juridische zaken werden betrokken bij de opmaak en eindredactie van de gebruikersovereenkomst en adviseren positief.
Vanuit Stadsmarketing & Communicatie wordt dit opstartinitiatief positief onthaald. De nabijheid van de zender zal ongetwijfeld de voeling met de regio alleen maar vergroten en hopelijk uitmonden in meer en betere coverage van Aalsterse aangelegenheden en evenementen.
principieel akkoord te gaan met de opstart van een samenwerkingsverband met TV OOST in functie van de nieuwe digitale poot van cultuurcentrum De Werf en zeker ook bij uitbreiding van de opportuniteiten die zich aanbieden in de ruime context van de stad.
akkoord te gaan met de bijgevoegde gebruikersovereenkomst voor het gebruik van een lokaal in cc De Werf als een eerste stap in de samenwerking met TV OOST.
Het decreet van 25-04-2014 (en latere wijzigingen) betreffende de omgevingsvergunning. In het bijzonder artikel 31 welke stelt: “§ 1. Als de aanvraag de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, roept het college van burgemeester en schepenen, in voorkomend geval op verzoek van de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15, de gemeenteraad samen om te beslissen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg.
De gemeenteraad spreekt zich uit over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein. Hierbij wordt rekening gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. De gemeenteraad kan daarbij voorwaarden opleggen en lasten verbinden, die de bevoegde overheid in de eventuele vergunning opneemt …”.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 27-11-2015 (en latere wijzigingen) tot uitvoering van het decreet van 25-04-2014 betreffende de omgevingsvergunning (hieronder ‘omgevingsvergunningsbesluit’). In het bijzonder artikel 47 welke stelt “Als een beslissing van de gemeenteraad vereist is over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg, neemt de gemeenteraad daarover een besluit. De gemeenteraad neemt daarbij kennis van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek.
Uiterlijk tien dagen na de gemeenteraadszitting stelt de gemeente de gemeenteraadsbeslissing ter beschikking hetzij van de bevoegde omgevingsvergunningscommissie als die advies moet verlenen, hetzij van het bevoegde bestuur als geen advies van een omgevingsvergunningscommissie vereist is”.
Het decreet van 03-05-2019 houdende de gemeentewegen. In het bijzonder artikel 12 welke stelt “… § 2. In afwijking van artikel 11 kan de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg met overeenkomstige toepassing van artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning opgenomen worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, voor zover die wijziging past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden. Die mogelijkheid geldt voor zover het aanvraagdossier een ontwerp van rooilijnplan bevat dat voldoet aan de bij en krachtens dit decreet gestelde eisen op het vlak van de vorm en inhoud van gemeentelijke rooilijnplannen of voor zover het een grafisch plan met aanduiding van de op te heffen rooilijn bevat.
Als de beoogde wijziging, verplaatsing of opheffing betrekking heeft op een gemeentelijk rooilijnplan dat niet in een ruimtelijk uitvoeringsplan is opgenomen, neemt de gemeenteraad eerst een beslissing over het al dan niet wijzigen of opheffen van het gemeentelijk rooilijnplan, alvorens te beslissen over de goedkeuring, vermeld in artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning …”.
Op 17-02-2021 werd door Cathérine Vincent, DEWACO -WERKERSWELZIJN-, een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend voor een sociaal woonproject omvattende [1] de sloop van bestaande woningen, [2] de nieuwbouw van 88 sociale wooneenheden, [3] een ondergrondse parkeergarage met 37 autostaanplaatsen, [4] de heraanleg van de publieke ruimte en [5] de bouw van een hoogspanningscabine gelegen te Schietbaan-Kloosterweg-Rerum Novarumstraat in 9300 Aalst (kadastraal 4de afdeling, sectie G, nrs. 141A4-A5-A7, 141B3-B4-B5-B7, 141C3-C4-C5-C7, 141D3-D4-D5-D6-D7, 141E3-E4-E6-E7, 141F3-F4-F6-F7, 141G3-G4-G6-G7, 141H4-H6, 141K3-K4-K6, 141L3-L4-L6, 141M3-M4-M6, 141N3-N4-N6, 141P3-P4-P6, 141R4-R6, 141S3-S4-S6, 141T3-T4-T6, 141V3-V4-V6, 141W3-W4-W6, 141X3-X4-X6, 141Y3-Y4, 141Z3-Z4 en openbaar domein).
Met betrekking tot het sociaal bouwproject “Den Tir” gelegen te Schietbaan-Kloosterweg-Rerum Novarumstraat is er een samenwerkingsovereenkomst tussen de stad Aalst en de SHM Dewaco Werkerswelzijn waarvan de voorwaarden op 21-02-2017 werden vastgesteld door de gemeenteraad.
In het dossier wordt een onderscheid gemaakt tussen het deel ten westen en het deel ten oosten de van de Rerum Novarumstraat en de middelste verbindingsweg Kloosterweg-Schietbaan (op de plannen eveneens aangeduid als Rerum Novarumstraat).
Het deel ten westen van de Rerum Novarumstraat en van de middelste verbindingsweg Kloosterweg-Schietbaan
Het openbaar domein blijft in het bewuste deel van het projectgebied grotendeels behouden. De enige ‘grote’ veranderingen zijn het verbreden van de Schietbaan en een aantal handelingen aan/nabij de onbevaarbare waterlopen binnen het projectgebied.
De verbreding van de Schietbaan, inclusief de realisatie van een groene middenberm, gebeurt naar analogie met het overige deel van de Schietbaan buiten het plangebied en kan als positief worden bestempeld. Dit aangezien hierdoor enerzijds het groene karakter van de Schietbaan versterkt wordt en anderzijds de toegang vanuit het westen tot het ‘Randstedelijk groengebied Zomergembeek’ versterkt wordt. Bijkomend leidt de verbreding ook tot de realisatie van kwalitatieve afgebakende openbare parkeerplaatsen.
De geplande verlegging van één van de waterlopen blijft minimaal.
Het deel ten oosten van de Rerum Novarumstraat en van de middelste verbindingsweg Kloosterweg-Schietbaan
Voor het concrete deel van de projectgebied wordt in de aanvraag het ‘tabula rasa’-principe toegepast. Naast de sloop van de bestaande woningen zal het openbaar domein in zijn huidige vorm (nagenoeg) volledig verdwijnen.
Het in het bewuste deel van het projectgebied voorgestelde plein en park staat enerzijds in functie van de in het project voorziene woongebouwen en draagt anderzijds bij aan een verbetering van de toegang vanuit het westen tot het ‘Randstedelijk groengebied Zomergembeek’. Door de voorgestelde inrichting wordt het ‘Randstedelijk groengebied Zomergembeek’ (als het ware) uitgebreid in westelijke richting.
De voorziene doorsteken vanaf de Kloosterweg in noordelijke richting zijn positief in het kader van de bereikbaarheid van zowel het nieuwe plein en park als het ‘Randstedelijk groengebied Zomergembeek’.
In het voorgestelde openbaar domein wordt er een evenwichtige mix voorzien tussen verharde en niet-verharde zones. Het ontwerp besteed veel aandacht aan groen, waarbij onder meer kan worden verwezen naar de integratie van de bestaande waardevolle linde in het project.
De voorliggende aanvraag gaat gepaard met de opmaak van een nieuw rooilijnplan. Het project voorziet immers een wijziging aan de verdeling tussen het openbaar domein en het privaat domein. Het plan van grondafstand werd toegevoegd aan het dossier.
De stedenbouwkundige aanvraag werd voor advies voorgelegd aan zowel interne diensten ([1] dienst planning, stadsvernieuwing en wonen, [2] dienst Milieu & natuur, [3] dienst mobiliteit en openbare werken – team werven, [4] dienst mobiliteit en openbare werken – team mobiliteit en [5] Gecoro) als aan externe instanties ([1] Agentschap voor Natuur en Bos, [2] VMM - afdeling Operationeel Waterbeheer, [3] Aquafin, [4] Hulpverleningszone Zuid-Oost, [5] provincie Oost-Vlaanderen - waterbeleid, [6] Telenet, [7] Proximus, [8] Farys en [9] Fluvius). Deze brachten tot op heden allemaal een gunstig advies uit, eventueel mits een aantal voorwaarden en/of aanbevelingen. Sommige van deze voorwaarden en/of aanbevelingen hebben betrekking op de aanleg van het (toekomstig) openbaar domein.
De voorliggende aanvraag werd van 08-04-2021 tot en met 07-05-2021 aan een openbaar onderzoek onderworpen. Gedurende deze periode werden zeven bezwaarschriften ingediend.
De bezwaarschriften, die op één uitzondering na, op de laatste dag van het openbaar onderzoek werden ontvangen, gaan onder meer in op volgende aspecten:
Enkel de eerste drie aspecten handelen over aspecten gerelateerd aan de zaak der wegen en het rooilijnplan die onder de bevoegdheid vallen van de gemeenteraad. De rest van de bezwaarschriften handelen over stedenbouwkundige aspecten die worden behandeld in het kader van de adviesvraag van het college van burgemeester en schepenen aan de vergunningverlenende overheid, de deputatie van Oost-Vlaanderen.
Deze bezwaren kunnen als volgt worden beoordeeld:
Verder kan van een vergunningsaanvrager niet verwacht worden dat hij eenzijdig – laat staan op juridisch bindende wijze – de rooilijnen uittekent van een buurtweg, waarvoor nooit een gemeentelijke rooilijnplan is opgemaakt en dat burgerlijke rechten van derden in het gedrang zou brengen, te meer in acht genomen het gebrek aan detailgraad van de Atlas der Buurtwegen.
Van een vergunningsaanvragen kan eveneens niet verwacht worden dat hij voor derden juridisch bindende grenslijnen aanbrengt buiten de project- en werkzone die het voorwerp uitmaakt van de vergunningsaanvraag. Anders oordelen zou betekenen dat degene die als eerste onder het nieuwe Gemeentewegendecreet een vergunningsaanvraag indient die een wijziging van de buurtweg impliceert, verplicht is om de rooilijnen uit te tekenen op een juridisch bindende wijze over de gehele lengte van de buurtweg binnen het grondgebied van de gemeente
De niet-aanduiding van de juridische grens met buurtweg nr. 90 brengt daarentegen in casu aan niemand nadeel toe.
Onder meer op basis van het voorgaande kan worden geconcludeerd dat de aanvraag verenigbaar is met de doelstellingen en principes zoals vermeld in artikels 3 en 4 van het decreet houdende de gemeentewegen.
Op 17-05-2021 besliste het college van burgemeester en schepenen om akkoord te gaan met het ontwerp verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar waarin wordt voorgesteld om – mits voorwaarden en lasten (onder meer gebaseerd op de voorwaarden uit de boven vermelde adviezen) – een omgevingsvergunning te verlenen in het kader van de voorliggende aanvraag. Een omgevingsvergunning kan evenwel pas worden verleend nadat de gemeenteraad zijn goedkeuring, al dan niet met voorwaarden en/of lasten, heeft verleend aan de in de aanvraag voorgestelde weg- en rioleringsinfrastructuur binnen het (toekomstig) openbaar domein.
De goedkeuring te verlenen aan de weg- en rioleringsinfrastructuur binnen het (toekomstig) openbaar domein zoals opgenomen in de aanvraag voor een omgevingsvergunning (OMV_2021004605) ingediend door Cathérine Vincent, DEWACO -WERKERSWELZIJN voor een sociaal woonproject, inclusief heraanleg van de publieke ruimte, gelegen te 9300 Aalst, Schietbaan-Kloosterweg-Rerum Novarumstraat, 4de afd. sectie G, nr. 141 (met diverse exponenten) en openbaar domein.
Aan deze goedkeuring de volgende voorwaarden te koppelen:
Met betrekking tot de aanleg van het openbaar domein
Het dossier is in overleg met de stad uitgewerkt. De gedetailleerde uitwerking van de bij de aanvraag gevoegde meetstaat (‘raming van de kosten – openbaar domein – wegenis’) en het bestek (‘technische beschrijving infrastructuur’) voor de aanbesteding van de werken zal in samenspraak met de stad moeten gebeuren.
Huidige opmerkingen:
Aan deze goedkeuring de volgende lasten te koppelen:
In overleg met de Provincie Oost-Vlaanderen wordt voorgesteld om te focussen op de doelgroep starters en pre-starters.
Om de innovatiebegeleiding vorm te geven werkte ZorgLab Aalst een reglement (zie bijlage) uit, met omschrijving van de modaliteiten waarbij pre-starters en starters een projectvoorstel kunnen indienen. Voor deze ondersteuning wordt er gewerkt met een oproep, waarop starters en pre-starters kunnen intekenen. Hun projectvoorstel wordt voorgelegd aan een jury van experten op vlak van ondernemerschap en op vlak van zorgverlening. De jury bepaalt welke ondernemers toegang krijgen tot de innovatiebegeleiding.
Het werken met een jury geeft de ZorgLab Aalst de mogelijkheid om op basis van extern advies de dossiers te selecteren die
De innovatiebegeleiding wordt onder de vorm van credits toegekend. De ondernemers die een begeleidingstraject winnen, kunnen beroep doen op begeleiding ter waarde van 10 000 EUR (=150 credits).
Op 10 december 2020 is de samenwerkingsovereenkomst tussen Stad Aalst en de Provincie Oost-Vlaanderen in werking getreden. In de periode 2020-2022 wordt een jaarlijkse subsidie van 75 000 EUR toegekend door de Provincie aan Stad Aalst.
Binnen de uitvoering van de samenwerkingsovereenkomst werkt ZorgLab Aalst aan een ondersteuningsaanbod voor ondernemers in de zorg.
Het reglement 'Oproep voor zorgondernemers' van ZorgLab Aalst, zoals gevoegd als bijlage, goed te keuren.
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Silke Van Vaerenvergh.
Voor het schooljaar 2021-2022 moet er ‘centraal aangemeld’ worden bij de secundaire scholen. Dat systeem wordt niet wettelijk opgelegd vanuit Vlaanderen, maar werd ingevoerd door het lokaal overlegplatform (LOP) secundair onderwijs. Dit tegen het advies van de stad in, die niet te vinden was en is voor dergelijk systeem.
Een computer drukt een ticket af waarbij het tijdstip van aanmelden geen belang heeft. Ouders hebben dus minder controle over de schoolkeuze van hun kind. Ze geven één of meerdere scholen van voorkeur op, en de selectie gebeurt door de computer op basis van toeval, zelfs de woonplaats maakt niet uit. En laat deze werking nu net haaks staan op artikel 24 van de grondwet: vrijheid van onderwijs.
Het systeem van centraal aanmelden heeft als voordeel dat je niet meer in de rij moet staan als ouder, en dat de sociale mix beter georganiseerd wordt. Maar wat als je als ouder wél in de rij wil staan, en super gemotiveerd bent om voor een bepaalde school te gaan. Of dat jouw kind bepaalde specifieke noden heeft, waarvoor je een specifieke school kiest. Wat dan? Dan krijg je als ouder zelfs die kans niet meer. We creëren ‘eenheidsworst scholen’ op deze manier.
Heeft het LOP er al bij stilgestaan wat voor een psychische druk dit systeem legt, bij zowel ouders als kinderen? De afgelopen weken kwamen tal van schrijnende verhalen naar boven, kinderen en ouders die nu tot 1 juni moeten wachten, omdat ze zelfs geen enkele van hun opgegeven keuzes haalden. Demotiverend. En wat als het kind uiteindelijk niet in een school van zijn keuze terecht kan, wat zal dit doen met de verdere ontwikkeling van zo’n kind?
Vanuit het LOP klinkt het dat het algoritme dat gebruikt wordt in het nieuwe systeem, is wat de wetgeving ons voorschrijft (voorrangsregel broer/zus, schooltoelage, diploma van de mama, kind van personeel) en dus hetzelfde is als voor de invoering van het systeem. Maar mijns inziens wel met dat verschil dat de vrijheid van onderwijs enorm aan banden gelegd wordt.
We moeten een kat ook een kat noemen: er is een groeiend capaciteitsprobleem in Aalst. Het aantal leerlingen stijgt elk jaar. In het totaal zijn er 1559 aanmeldingen voor stroom 1A/1B. Ter vergelijking, in 2014 - 2015 waren dit 1300 leerlingen. Op 7 jaar ligt de stijging in de grootteorde van 20%: gemiddeld 40 leerlingen per jaar. De bezettingsgraad ligt op 95% tot 97%. Op zich kan je dan zeggen dat er ‘geen probleem’ is omdat elk kind wel een plaats vindt. Maar het is echter wel een ‘zeer groot probleem’ wanneer je kind geen plaats heeft op de school van zijn keuze.
Tot slot wil ik benadrukken dat de schoolkeuze volledig vrij moet kunnen zijn: vrij op basis van een bepaald schoolproject, op basis van een specifieke studierichting, op basis van bepaalde behoeftes van het kind, op basis van de locatie… . Ouders en kinderen hun vrijheid mag niet beperkt worden voor een hogere doelstelling als de sociale mix. Die twee zaken moeten worden losgekoppeld van elkaar. Idealiter: een centraal aanmeldingssysteem waar alleen de vrije schoolkeuze het criterium is, en dat de sociale mix op een andere manier gerealiseerd wordt.
Mijn vragen:
over de interpellatie van raadslid Silke Van Vaerenbergh aangaande 'Het centrale aanmeldsysteem. Onze kinderen mogen niet behandeld worden als loterijloten.'.
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Els Van Puyvelde.
In Aalst beslisten alle scholen om vanaf 2021 met een centraal aanmeldingssysteem te werken. Dit betekent dat ouders hun kind kunnen aanmelden in de school/scholen van hun keuze. In dit systeem wordt er voorrang gegeven aan indicatorleerlingen want er is een akkoord alsook een verplichting om een bepaalde percentage aan zo’n leerlingen in te schrijven met een ondergrens van 35 %.
Bij niet-indicatorleerlingen beslist de computer en vallen dus toch een aantal kinderen uit de boot. Dit is onwezenlijk en dat krijg je als ouder moeilijk uitgelegd aan je 12 j kind. We kunnen hier dan ook spreken van discriminatie en omgekeerd racisme want kinderen van gestudeerde en welgestelde ouders worden zo enorm benadeeld.
Nochtans er staat in de Belgische Grondwet: Je hebt als ouder het recht om je kind in een school naar eigen keuze in te schrijven. De Belgische Grondwet garandeert die vrije schoolkeuze van ouders en hun kind (artikel 24). Spijtig genoeg is dit vandaag niet het geval. 6 % van de kinderen die werden aangemeld met dit systeem, hebben totaal geen plaats in een school, gelijk welke school gekregen. Toch spreekt het LOP (Lokaal Overlegplatform voor gelijke kansen Aalst) met als voorzitter, Youssef Ben Abdeljelil van een groot succes!! ….6 % van de kinderen hebben echter GEEN school.
Beseffen de scholen dan niet wat een psychologische impact dit heeft op het kind dat gemotiveerd en gedreven is alsook op hun ouders? Dit werkt zeer demotiverend en dat kinderen dan schoolmoe worden, is niet te verwonderen. Voor een ouder is dit ook enorm frustrerend want je wilt toch het beste voor je kind en dat wordt door dit systeem afgenomen. Elke gemotiveerde ouder heeft er geen probleem mee om als het moet te kamperen aan de school van hun keuze om toch zeker te zijn dat hun kind er kan worden ingeschreven.
Wat ik daarbij ook niet begrijp, is waarom onze Aalsterse scholen in dit systeem zijn ingestapt? Wat is de drijfveer, tenslotte was dit systeem geen verplichting. Er is wel een decreet dat 35% van de leerlingen die ingeschreven worden in een school indicatorleerlingen moeten zijn, waarom hanteren onze Aalsterse scholen dan 42%? Dit systeem van onze kinderen inschrijven moet worden afgevoerd om deze onzekerheid en wanhoop te vermijden voor de volgende jaren.
Mijn vragen:
over de interpellatie van raadslid Els Van Puyvelde aangaande 'Centraal aanmeldingssysteem faalt!'.
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Andreas Verleysen.
Zal het stadsbestuur zich een actievere trekker van sociale woningen tonen?
Een ronde van Aalst leert dat heel wat geschikte gronden worden verkocht aan private ontwikkelaars (meerdere gronden in de wijk Rozendreef), zonder enige realisatie van de compenserende bouw van sociale woningen elders in Aalst.
Toch heeft de centrumstad een pak potentiële bouwgronden voor sociale woningen die niet of nog niet benut worden zonder enig tijdsperspectief op realisatie:
Aan de Klaproosstraat, wijk Horebekeveld, ligt er honderden meters bestratingen waaraan de bouw door de sociale bouwmaatschappij al vele jaren door de Stad geblokkeerd is. Voor zover ons geheugen ons niet in de steek laat: omdat er anders teveel verkeer langs Binnenstraat zou komen. Actueel worden aan de andere kant van de Botermelkstraat HONDERDEN WONINGEN door private verkavelaars voor tweeverdieners gebouwd: vaak meer dan één auto per gezin: plots is het mobiliteitsprobleem niet meer van tel? Of enkel voor sociale woningbouw?
De sociale bouwmaatschappij Dewaco, heeft zijn groot project aan de Kloosterweg nog steeds niet afgewerkt: wie of wat houdt hen tegen om dit af te werken: dit project is nota bene een VERVANGNIEUWBOUW van de sociale stadswoningen op dezelfde plaats, zonder aansnijden van open ruimte.
De Stad is met AGSA eigenaar van een belangrijk perceel aan de Immerzeelwijk. Ook hier zijn private verkavelaars en bouwheren volop aan het realiseren: het afgewerkte project van groep Huyzentruyt nam reeds een flinke hap uit de maximaal te bouwen woningen in dit project gebied. Bij AGSA: oorverdovend stil? Gaat u zolang wachten tot er geen ruimte meer beschikbaar is voor de ‘tenminste 10%’ sociale woningen? Bovendien zijn ook daar recente ‘evoluties’ die het absolute aantal sociale wooneenheden zal doen verminderen…
De Stad is met AGSA een zeer grote grondbezitter aan Tragel: deze locatie is zo centraal gelegen en vlakbij de stations van openbaar vervoer, dat dit een gedroomde locatie is voor sociale huurders die zich geen -emissieloze- privéauto kunnen permitteren: ook hier enkel maar vage goede voornemens maar geen enkele bindende beslissing…
Mogelijks heeft de Stad met dit ruim aanbod van nog niet aangesneden gronden, ‘bestemd’ voor sociale huisvesting de sleutel in handen: waarom niet op deze locaties de bouwmaatschappijen een plaats geven om versneld projecten te realiseren?
We zouden nog even kunnen doorgaan… maar laat het duidelijk zijn dat het behalen van het ‘bindend Sociaal Objectief’ tegen 2025 met de huidige trage vooruitgang steeds onzekerder wordt. Bovendien landt Aalst ook dan nog op een beschamende 5 procent sociale huurwoningen.
Nochtans leven te veel Aalstenaars in ongezonde en vaak onveilige private huurwoningen.
Een inferno zoals vorige weken in de hoofdstad kan alleen voorkomen worden door met bekwame spoed de renovatie en nieuwbouw van sociale huisvesting te ondersteunen, door zelf onze beschikbare terreinen aan te spreken.
Vandaar onze vraag:
over de interpellatie van raadslid Andreas Verleysen aangaande 'Sociale huisvesting'.
Om e-deelsteps te plaatsen op het grondgebied van stad Aalst is een exploitatievergunning conform het stedelijk reglement m.b.t. de exploitatie van deelsteps zonder vaste stallingsinfrastructuur vereist.
Deze vergunning blijft maximum 4 jaar geldig. Een verlenging van de vergunning dient een exploitant zelf aan te vragen.
Voorwaarden
Een overzicht van de voorwaarden waaraan een aanbieder dient te voldoen om in aanmerking te komen wordt vermeld in het reglement.
Volgende specificaties zullen de basis vormen van het beleid rond de deelsteps:
- Het aantal steps wordt initieel vastgelegd op minimum 100 steps en maximum 300 steps.
- Maximum 1 partij kan een vergunning verkrijgen.
- De partij die dit aantal steps kan aanbieden op een duurzame manier, zal voorrang krijgen op partijen met een minder duurzame insteek.
- De steps moeten initieel operatief zijn binnen een welbepaalde zone, waar specifieke snelheidslimieten, ontoegankelijke zones en niet-parkeerzones zijn bepaald:
Het CBS heeft steeds de kans om deze zones te herzien en te herbepalen, zoals vermeld in het reglement.
Naar aanleiding van een toekomstig circulatieplan en parkeerbeleid is het beschikbaar stellen van steps als aanvulling op het mobiliteitspakket (deelwagens, deelfietsen en openbaar vervoer) van stad Aalst gewenst en aanbevolen.
Finaal akkoord te gaan met de invoering van dit reglement, zoals gevoegd als bijlage.
Alle kosten die niet onder onderwijsdoelen/eindtermen, de scherpe maximumfactuur en/of de maximumfactuur voor meerdaagse uitstappen vallen, maar die een basisschool toch wenst door te rekenen, dienen opgenomen te worden in de bijdrageregeling. Het gaat hier veelal om diensten die de school aanbiedt en waar leerlingen geen gebruik van hoeven te maken. De bijdrageregeling vanaf het schooljaar 2021-2022 dient klaar te zijn tegen mei 2021, zodat de nieuwe tarieven tijdig bekend gemaakt kunnen worden aan de ouders en de leerlingen. De bijdragen welke van de leerlingen en scholieren kunnen worden gevraagd dienen overlegd te worden met de schoolraad stedelijk basisonderwijs en Academie voor Beeldende Kunsten, voltijds kunstonderwijs.
Uit een simulatie, opgemaakt door de dienst Onderwijs, is gebleken dat de kostprijs van de gehuurde wateroppervlakte, bij een bezetting van 92% op een tarief van 1,58 EUR per zwembeurt per leerling zou komen. Voor de periode 1 september 2021 - 31 december 2021 wordt voorlopig het huidige tarief van 1,50 EUR behouden en vanaf 1 januari 2022 zal het tarief verhoogd worden naar 1,60 EUR.
Deze aanpassing werd besproken op een overleg met zowel de schoolraad stedelijk basisonderwijs Aalst (17 mei 2021) als de schoolraad Stedelijke Academie voor Beeldende Kunsten, voltijds kunstonderwijs (17 mei 2021).
Decreet basisonderwijs van 25 februari 1997.
Decreet d.d. 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad.
Besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 2010 houdende de codificatie betreffende het secundair onderwijs.
Ministeriële omzendbrief d.d. 25 juli 1991 betreffende het gezondheidstoezicht en sociale voordelen.
Ministeriële omzendbrief d.d. 13 juli 2004 betreffende de lokale participatieregeling in het basis- en secundair onderwijs.
Ministeriële omzendbrief van 22 juni 2007 betreffende de kostenbeheersing in het basisonderwijs.
Ministeriële omzendbrief d.d. 9 juni 2000 betreffende het zwemmen.
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 3 mei 2021 betreffende het voorstel tot invoeren van een retributie voor schoolzwemmen voor de leerlingen van het stedelijk onderwijs.
Vanaf 1 juli 2016 werd de toegang tot het zwembad voor schoolzwemmen door het SportAG vastgesteld op 1,50 EUR per leerling/zwembeurt. Bij de ingebruikname van het vernieuwde zwembad zal het SportAG geen individueel tarief voor schoolzwemmen meer toepassen maar aan de scholen een tarief voor de gehuurde wateroppervlakte factureren. De stad mag haar infrastructuur (i.c. zwembad) niet gratis ter beschikking stellen aan de scholen van het stedelijk onderwijs tenzij dit ook gratis is voor de andere scholen op het grondgebied. De stad dient voor de leerlingen en scholieren van het stedelijk onderwijs een retributie voor schoolzwemmen vast te stellen. Artikel 27 van het decreet basisonderwijs bepaalt dat er geen bijdragen kunnen gevraagd worden voor kosten die gemaakt worden om een eindterm te realiseren of een ontwikkelingsdoel na te streven. De verplichte kosteloosheid van het zwemmen is beperkt tot één schooljaar per leerling in het lager onderwijs. In het stedelijk lager onderwijs van Aalst werd ervoor gekozen om de leerlingen van het zesde leerjaar gratis te laten zwemmen tenzij zij reeds eerder een schooljaar gratis konden zwemmen.
Het gemeenteraadsbesluit van 26 mei 2020, houdende de retributie voor prestaties geleverd door het stedelijk onderwijs, wordt aangepast als volgt:
Aan artikel 3 wordt toegevoegd:
"3.5. Schoolzwemmen
| Vanaf 1/9/2021 | Vanaf 1/1/2022 |
Leerlingen stedelijk onderwijs | 1,50 EUR | 1,60 EUR |
Leerlingen 6e leerjaar stedelijk lager onderwijs (tenzij reeds eerder een schooljaar gratis zwemmen genoten) | gratis | gratis |
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Els Van Puyvelde.
Elk van onze gemeenten had zijn eigen wijkagenten en ook een kantoor waar bewoners naartoe konden om geholpen te worden door deze agenten. Maar door de nieuwe maatregelen tijdens de coronacrisis zijn deze kantoren ‘tijdelijk’ opgedoekt. Althans, dat was de bedoeling tot na de coronacrisis. Deze wijkagenten zitten nu ook op het politiekantoor aan de Beekveldstraat en kunnen daar worden aangesproken.
Vele mensen, ouderen maar ook jonge mensen, hebben het daar een beetje moeilijk mee. Meestal was de stap om naar de politie te gaan voor een probleem niet zo groot als ze dit in eigen gemeente konden doen, in een klein kantoortje waar ze de vriendelijke wijkagent zelfs echt kennen en er toch een andere sfeer heerst.
Nu moeten ze voor het minste naar de stad komen om daar hun probleem uit de doeken te doen.
Nu hoor ik in de wandelgangen dat de wijkpolitie niet meer teruggaat naar de wijkkantoren en deze zullen worden ingezet voor andere doeleinden. Dan is er geen echte wijkwerking meer … Hebben de bewoners van onze gemeenten geen aanspreekpunt meer in hun gemeente?
Mijn vragen:
over de interpellatie van raadslid Els Van Puyvelde aangaande 'Bereikbaarheid van onze wijkagenten'.
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Johan Van Nieuwenhove.
Via de media werd bevestigd i.v.m. een algemene stijging van de consumptieprijzen.
Iedereen zal gedurende de C19 pandemie dit ook ondervonden hebben. De algemene levensduurte zet zich verder, op alle gebieden.
Indexatie van de lonen/wedden is maar een gedeeltelijke compensatie, immers, ook de fiscus geniet hiervan mee.
Het enorme jaarlijks Federale begrotingstekort zal de komende generaties moeten “opgevuld” raken door allerhande Federale directe- en indirecte (meer)belastingen. Opvallend is de minimale stijging van de belastingvrije som (met 70€ per jaar) per inkomen.
De Federale regering heeft ons hierdoor, nu al, “goed liggen”.
Tevens behoren vroegere Federale belastingverminderingen definitief tot het verleden.
Het bovenvermelde, vernoem ik, als bewijs van een verhoogde algemene belastingdruk voor onze bevolking, dus ook in Aalst.
Als deel van de Stadsfiscaliteit vormt de onroerende voorheffing samen met de algemene gemeentebelasting (AGB) de grootste rechtstreekse heffing.
Vroegere schepen van Financiën verlaagde, vele jaren terug, het % AGB van 8% naar 7,5%. Een verlaging die echter gecompenseerd werd door een verhoging van de onroerende voorheffing.
Rekening houdende met hogervermelde stijging van de levensduurte, de hogere fiscale druk voor de gezinnen, de afgeschafte Federale belastingverminderingen en de bijna constante van de belastingvrije som voor de beroepsinkomens
Volgende vraag:
over de interpellatie van raadslid Johan Van Nieuwenhove aangaande 'Naar % daling van AGB?'.
In het kader van de opdracht “Riolerings- en wegenwerken Gudstraat, Kattenbroekstraat, Koning Albertstraat, Biesebroekweg, Baaikensveldweg, Bloemenveldstraat, deel Rijgerstraat en deel Avouestraat te Herdersem en Moorsel. (VMM 101003).” werd een bestek met nr. 20/I-25 opgesteld.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 5 957 285,28 EUR exclusief btw of 6 277 714,34 EUR inclusief btw, waarvan 2.508 766,41 EUR subsidieerbaar door VMM.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.
Deze raming overschrijdt de limieten van de Europese bekendmaking.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36.
Het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het Koninklijk Besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
De werken omvatten de heraanleg van een gescheiden rioleringsstelsel met aanleg van nieuwe grachten en 3 bufferbekkens en herprofilering van oude grachten, samen met de heraanleg van de wegenis inclusief nieuwe fietspaden voor een veilige fietsverbinding tussen Herdersem en Moorsel: Gudstraat, Kattenbroekstraat, Koning Albertstraat, Biesebroekweg, Baaikensveldweg, Bloemenveldstraat, deel Rijgerstraat, deel Avouéstraat en deel Beugemstraat.
In dit project wordt ook één van de laatste lozingspunten in Aalst van afvalwater op de beek gesaneerd.
De werken omvatten onder meer:
Het betreft een opdracht met een vast en een voorwaardelijk deel. Voor de uitvoering van de bufferbekkens, aanleg van fietspaden en langsgrachten moeten grondinnames gerealiseerd worden en dient er een omgevingsvergunning verkregen te worden. Deze werken kunnen pas aanvatten als er aan de voorwaarden voldaan is. Dit betreft het voorwaardelijke gedeelte van de opdracht.
Het bijzonder bestek met nr. 20/I-25 en de raming voor de opdracht “Cluster Mobiliteit en openbaar domein. Riolerings- en wegenwerken Gudstraat, Kattenbroekstraat, Koning Albertstraat, Biesebroekweg, Baaikensveldweg, Bloemenveldstraat, deel Rijgerstraat en deel Avouestraat te Herdersem en Moorsel. (VMM 101003).”, opgesteld door de dienst Mobiliteit en openbare werken worden vastgesteld. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 5 957 285,28 EUR exclusief btw of 6 277 714,34 EUR inclusief btw, waarvan 2 508 766,41 EUR subsidieerbaar door VMM.
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de openbare procedure.
De uitgave voor deze opdracht zullen via budgetwijziging voorzien worden in het investeringsbudget van het meerjarenplan 2020-2025 onder MJP003162 – AC000169 – 0200-70/2240007, MJP003248 – AC000169 – 0200-70/2270007, MJP004278 – AC000169 – 0200-70/2251007 en MJP004279 – AC000169 – 0200-70/1500000.
In het kader van de opdracht “Cluster Facility. Restauratie van de pastorij te Nieuwerkerken-Aalst” werd een bestek met nr. 21/I-36 opgesteld. (bijlage)
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 928 394,78 EUR excl. btw of 1 123 357,68 EUR incl. btw (btw verlegd).
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36.
Het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het Koninklijk Besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
Het project omvat de uitvoering van de restauratiewerken die nodig zijn om de pastorij te Nieuwerkerken-Aalst te conserveren, restaureren, op te waarderen en een herbestemming te geven, zoals bepaald in de concessie overeenkomst dd. 26 juni 2018 met de vzw lnterno.
Gezien de hoge erfgoedwaarde van zowel het interieur als exterieur werd op 24 juni 2019 het architectenbureau Maarten Dobbelaere bvba aangesteld als extern ontwerper om het restauratiedossier op te maken en de werken op te volgen, alsook om de noodzakelijke dossiers op te stellen in functie van het ontvangen van erfgoedpremies van het Agentschap Onroerend Erfgoed.
Huidig dossier betreft de aanbesteding van de restauratie- en bouwwerken bouwwerken ter realisatie van het project.
Het bijzonder bestek met nr. 21/I-36 en de raming voor de opdracht “Cluster Facility. Restauratie van de pastorij te Nieuwerkerken-Aalst”, worden vastgesteld. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 928 394,78 EUR excl. btw of 1 123 357,68 EUR incl. btw (btw verlegd).
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de openbare procedure.
De uitgave voor deze opdracht zal via budgetwijziging voorzien worden in het investeringsbudget van het meerjarenplan 2020-2025 onder budgetlijn MJP003410.
In het kader van de opdracht “Cluster Mobiliteit openbaar domein. Dienstverleningsovereenkomst rioolbeheer Aalst voor een maximum periode van 10 jaar” werd een selectieleidraad en bestek met nr. 21/VI-42/21-31 opgesteld door de dienst Mobiliteit en openbare werken.
De totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 200 000 EUR incl. btw op jaarbasis.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de mededingingsprocedure met onderhandeling. De gevraagde diensten kunnen niet geheel omschreven worden. In het bestek zijn een aantal minimum specificaties gevraagd waar uiteenlopende oplossingen voor kunnen geboden worden. Er is dus nood om te kunnen onderhandelen om zo tot geschikte biedingen te komen. Deze procedure houdt in dat in een eerste fase de aanbestedende overheid geïnteresseerde partijen uitnodigt om een aanvraag tot deelneming voor deze opdracht in te dienen aan de hand van de selectieleidraad. Deze selectieleidraad strekt er enkel toe geschikte kandidaten te selecteren die in de volgende fase van de gunningsprocedure uitgenodigd zullen worden om een offerte in te dienen op grond van het bestek dat enkel zal worden overgemaakt aan de geselecteerde kandidaten.
Deze raming overschrijdt de limieten van de Europese bekendmaking.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 38, § 1, 1° c) (voorafgaande onderhandelingen noodzakelijk wegens specifieke omstandigheden) en artikel 57.
Het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het Koninklijk Besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
De gemeentelijke rioolbeheerder staat in voor het verzamelen van het afvalwater. De gemeentelijke riolering loopt tot aan een collector, die het afvalwater naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) transporteert. Bij verafgelegen woningen wordt het afvalwater afzonderlijk per woning gezuiverd in een individuele behandelingsinstallatie (IBA) onder de verantwoordelijkheid van de bewoner. De rioolbeheerder kan het beheer en de plaatsing van een IBA overnemen.
De gemeentelijke rioolbeheerder staat tevens in voor de regenwaterafvoer van woningen/bedrijven en van het openbaar domein.
De stad Aalst beheert het gemeentelijke rioolnet, hierbij bijgestaan door een externe dienstverlener. Deze ondersteuning omvat:
De nieuwe overheidsopdracht omhelst deze dienstverlening voor de periode van 5 jaar.
De opdracht kan 1 keer stilzwijgend verlengd worden voor een periode van 5 jaar, mits positieve evaluatie opgesteld door de leidend ambtenaar.
De selectieleidraad, het bestek en de raming voor de opdracht “Cluster Mobiliteit openbaar domein. Dienstverleningsovereenkomst rioolbeheer Aalst voor een maximum periode van 10 jaar”, opgesteld door de dienst Mobiliteit en openbare werken worden goedgekeurd. De raming bedraagt 200 000 EUR incl. btw op jaarbasis.
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de mededingingsprocedure met onderhandeling.
De uitgaven voor deze opdracht zullen voorzien worden in het investeringsbudget van het meerjarenplan 2020-2025 onder budgetlijn MJP000439-AC000194-0310-70/2270007.
In het kader van de opdracht “Cluster Mobiliteit en openbaar domein. Opmaak integraal waterplan Aalst (IWA) en digitale atlas waterlopen. ” werd een selectieleidraad en bestek met nr. 21/MJI-48/21-23 opgesteld.
Deze opdracht is opgedeeld in volgende percelen:
* Perceel 1 (Opmaak integraal waterplan Aalst), raming: 260 000 EUR excl. btw (dit betreft diensten riolering)
* Perceel 2 (Opmaak Atlas waterlopen Aalst), raming: 90 000 EUR excl. btw (dit betreft diensten riolering)
De totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 350000 EUR excl. btw (dit betreft diensten riolering).
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de mededingingsprocedure met onderhandeling.
In het bestek worden de minimumeisen van de opdracht omschreven. Er is echter nood om over de ingediende voorstellen te onderhandelen. Dit ondermeer om de creativiteit van inschrijvers, in het bijzonder innovatieve voorstellen, niet te beknotten. We willen vermijden dat er diensten worden aangeboden binnen een totaalpakket die geen meerwaarde opleveren. Een onderhandelingsprocedure laat toe om te werken richting een hoge kwaliteit van de geleverde diensten en de geleverde diensten bovendien zo goed mogelijk af te stemmen op de wensen van de stad.
Deze raming overschrijdt de limieten van de Europese bekendmaking.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 38, § 1, 1° c) (voorafgaande onderhandelingen noodzakelijk wegens specifieke omstandigheden).
Het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het Koninklijk Besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
De dienst openbare werken is al veel jaren aan de slag met een klimaatadaptief waterbeheer. Onze rioolinfrastructuur wordt langzaam maar zeker aangepast om te voldoen aan de toekomstige noden die onderhevig zijn aan klimaatverandering. De focus lag voor de publieke infrastructuur tot enkele jaren geleden vooral op het voorkomen van wateroverlast en minder rond de droogteproblematiek (grondwaterherstelbeleid). Ook op het 2de vlak is de stad sinds enkele jaren aan de slag (inzetten op infiltratie, buffering,...). Desondanks moet voor herstel van het grondwaterpeil een tandje (of meer) bijgestoken worden. Zo is er nood om in onze investeringen nog meer in te zetten op een actief grondwaterherstelbeleid door bijvoorbeeld het beperken van verharding of waar mogelijk waterdoorlatende verhardingen aan te leggen. Synergiën met vergroening liggen dan voor de hand. Op het privaat domein zijn we als stad ook reeds geruime tijd aan de slag met een grondwaterherstelbeleid (afkoppeling hemelwater, ontharding,…) maar de initiatieven aan de kant van de stad (bvb. subsidiëring afkoppeling hemelwater) volstaan niet. Toename van het initiatief aan de kant van de burger is nodig.
Gelet op de budgettaire beperkingen moeten we als stad de beperkte middelen zo efficiënt mogelijk kunnen inzetten waarvoor een financieel goed onderbouwde en gerichte aanpak voor onze investeringen (masterplan) aangewezen is.
De verhoudingen tussen publiek en privaat domein maken bovendien dat er pas sprake kan zijn van een herstel als er een duidelijke omslag gebeurt op het privaat domein (bronmaatregelen zoals afvoer vermijden door bvb ontharden, hemelwater gebruiken waar mogelijk, infiltreren,…). Het bekomen van een stadsbrede omslag (publiek en privaat domein) is een tanker die moet worden gekeerd richting een klimaatadaptieve route. Hiervoor moet het nodige brede draagvlak worden gezocht. Het uitwerken van een communicatiestrategie en daarvoor benodigde instrumenten zijn daarom onderdeel van de opdracht. De aanpak is voor het overgrote deel participatief met ruimte voor co-creatie.
De opdracht wordt opgedeeld in twee percelen:
• Perceel 1: De opmaak van een gebiedsdekkend integraal waterplan (IWA, (inbegrepen hemelwater- en droogteplan HWDP) met o.a. de opmaak van de kwetsbaarheids- en risicoanalyse (in kader klimaatadaptatieplan 2020-2030) in kader van het burgemeesterconvenant en het uitwerken van een communicatiestrategie en -instrumenten rond klimaatadaptief waterbeheer.
Het eerste perceel behelst de opmaak van een integraal waterplan voor de stad Aalst en een aantal aanverwante instrumenten. Het waterplan realiseert een stadsbrede, grondgebiedsdekkende visie en zoekt integrale oplossingen op korte en lange termijn voor de vraagstukken rond water in Aalst. Het dient inzicht te geven in een betere afstemming van de huidige en toekomstige waterhuishouding van Aalst op de onder- en bovengrondse ruimtelijke context. Het waterplan biedt bovendien een helder kader voor investeringen, ontwerp- en beheerkeuzes voor de komende decennia.
• Perceel 2: Opmaak digitale Atlas Aalsterse Waterlopen.
Het 2de perceel bestaat uit de opmaak van de digitale atlas van de Waterlopen in Aalst in functie van het beheer (hydraulisch, ecologisch, vergunningen) met als doel het klasseren van de waterlopen in de categorieën voorzien in het waterwetboek (publieke grachten, waterlopen 3de categorie). Een goed waterlopenbeheer is essentieel in een klimaatadaptief beleid (blauwgroene dooradering, waterpeilbeheer, verzekeren van de nodige buffering ter voorkoming van wateroverlast,…).
Het bijzonder bestek met nr. 21/MJI-48/21-23 en de raming voor de opdracht “Cluster Mobiliteit en openbaar domein. Opmaak integraal waterplan Aalst (IWA) en digitale atlas waterlopen. ”, opgesteld door de dienst Mobiliteit en openbare werken worden vastgesteld. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 252 892,55 EUR exclusief btw of 305 999,99 EUR inclusief 21% btw voor beide percelen.
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de mededingingsprocedure met onderhandeling.
De uitgave voor deze opdracht zal bij budgetwijziging voorzien worden in het investeringsbudget van het meerjarenplan 2020-2025 onder AC000189 MJP000089 – 0310/70214007.
prognose:
Uitgaven perceel 1:
2021: 30.000 EUR
2022: 150.000 EUR
2023: 80.000 EUR
Uitgaven perceel 2
2021: 30 000 EUR
2022: 60 000 EUR
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Steve Herman.
Naast de middenstand in het algemeen, werden en worden uiteraard ook de Aalsterse concessiehouders economisch getroffen door de verplichte corona-sluitingen.
Sommige concessiehouders beschikken over geen terras zoals bijv. de uitbater van het Utopia-café en kunnen dus bijgevolg nog steeds niet openen.
Vragen:
Bij mail van 20 mei 2021 vraagt raadslid Steve Herman om zijn interpellatie in verband met steunmaatregelen voor concessiehouders in te trekken.
van de intrekking van de interpellatie van raadslid Steve Herman aangaande 'Steunmaatregelen voor Aalsterse concessiehouders'.
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Steve Herman.
Vanaf 9 juni mogen opnieuw binnenactiviteiten plaatsvinden. Bioscopen, restaurants, theaters enz. mogen mits bepaalde maatregelen zoals luchtkwaliteit en ventilatie gelukkig opnieuw de deuren opengooien.
Niets houdt ons dus tegen om commissies en gemeenteraad vanaf 9 juni opnieuw fysiek te laten doorgaan, wat de vergaderingen mijn inziens aangenamer en interessanter maakt.
Vragen:
over de interpellatie van raadslid Steve Herman aangaande 'Organiseren van fysieke gemeenteraad'.
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Sam Van de Putte.
Sinds 1 maart 2021 is iedereen vanaf de leeftijd van 12 jaar verplicht om niet alleen een mondmasker bij zich te hebben maar het ook te dragen binnen de bebouwde kom van onze stad. De politieverordening is momenteel van kracht tot en met 30 juni 2021.
Gezien het aantal besmettingen en overlijdens gelukkig dalen, er meer en meer mensen gevaccineerd worden waarbij al heel wat ouderen en kwetsbare inwoners beschermd werden en er heel wat versoepelingen in gang treden, vragen we om de politieverordening die het dragen van een mondmasker binnen de bebouwde kom tot eind juni vervroegd in te trekken. Wanneer een verplichting geen grond meer heeft, dan is er ook geen reden om ze nog langer aan te houden dan nodig.
Aalst is een van de weinige steden en gemeenten in Vlaanderen waar nog een algemene mondmaskerplicht geldt. Nu er in buitenlucht steeds meer toegelaten wordt is het ook aangewezen om wie doorheen de stad wandelt, en er amper iemand tegenkomt, te verlossen van de verplichting om een mondmasker te dragen.
Het gezond verstand zegt dat wanneer je geen anderhalve meter afstand kan houden van anderen, je een mondmasker moet dragen. De regel is dus nuttig op markten, in winkelstraten en aan winkels in deelgemeenten, in openbare gebouwen, in schoolomgevingen en in de buurt van het bus- en treinstation. Hier kan je, zoals andere steden en gemeenten, zelfs nog met tijdslots werken maar ook die optie wordt in onze stad zelfs niet overwogen.
We vragen nog steeds een aanpassing van de politieverordening. Bijvoorbeeld, een aanpassing waardoor het verplicht dragen van een mondmasker wegvalt binnen de bebouwde kom en vervangen wordt tot het verplicht dragen van een mondmasker binnen en op de Wallenring van Aalst, het liefst zelfs binnen bepaalde tijdslots. Ook die zijn perfect controleerbaar door de ordediensten. Op andere plaatsen moeten inwoners dan ten allen tijde verplicht een mondmasker op zak hebben voor als het plots druk zou worden op normaal rustige plaatsen. Zo ben je nog steeds voorbereid op onverwachte situaties waarin de veilige afstand niet gegarandeerd kan worden.
De huidige algemene verplichting maakt het vooral gemakkelijker voor wie op de handhaving moet toezien maar de inwoners van Aalst hebben niet langer het gevoel dat ze iets nuttigs aan het doen zijn. De parameter moet zijn: waar veel mensen samenkomen, draag je een masker. Wanneer je ’s ochtends of ’s avonds, of zelfs overdag ergens alleen rondloopt is dit echter compleet nutteloos en blijft het gewoonweg overkill.
Vragen
over de interpellatie van raadslid Sam Van de Putte aangaande 'Versoepel de mondmaskerplicht'.
De raad van bestuur van het autonoom gemeentebedrijf SportAG gaf op 29 maart 2021 goedkeuring aan het exploitatieplan zwembad. Dit exploitatieplan gaf aanleiding tot een wijziging van de zwembadtarieven. In het kader van de huidige beheersovereenkomst tussen stad en SportAG dient deze aanpassing van de zwembadtarieven voorgelegd te worden aan de gemeenteraad ter goedkeuring.
de aanpassing van de zwembadtarieven van het SportAG, zoals gevoegd als bijlage, goed te keuren.
Artikel 445 van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 houdende de intergemeentelijke samenwerking bepaalt dat de deelnemende gemeenten hun vertegenwoordigers voor een algemene vergadering van een opdrachthoudende vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad en dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordigers dient te worden herhaald voor elke algemene vergadering;
In zitting van 27 februari 2019 werd de vertegenwoordiger aangesteld door de gemeenteraad, namelijk de heer Maarten Blommaert met als plaatsvervanger mevrouw Yasmine Deghels.
Bij aangetekend schrijven van 10 mei 2021, wordt de stad uitgenodigd op de algemene vergadering van de dienstverlenende vereniging SOLVA, op 22 juni 2021 in het Hof van Nassau, Balegemstraat 2 te 9620 Zottegem om 19u.
In het geval dat de veiligheidsmaatregelen i.k.v. het COVID-19 virus nog steeds van kracht zijn, zal SOLVA opteren voor een digitale Algemene Vergadering. Instructies tot deelname aan deze digitale vergadering mag u via e-mail verwachten.
De gemeenteraad moet de agenda goedkeuren met volgende agendapunten en het mandaat van zijn vertegenwoordigers bepalen.
om na onderzoek van de ter beschikking gestelde documenten, de agenda van de algemene vergadering van 22 juni 2021 met volgende agendapunten goed te keuren :
haar vertegenwoordiger, aangesteld door de gemeenteraad d.d. 27 februari 2019, de heer Maarten Blommaert met als plaatsvervanger mevrouw Yasmine Deghels het mandaat te geven in te stemmen met deze agendapunten.
Team Bestuursondersteuning adviseert positief voor deze agendapunten.
Artikel 386 van het decreet lokaal bestuur.
Het OCMW Aalst is coöperant-lid van EthiasCo cvba.
EthiasCo cvba was voor de omzetting naar coöperatieve vennootschap de onderlinge verzekeringsvereniging Ethias Gemeen Recht.
EthiasCo riep middels een schrijven dd. 29 april 2021 op tot het online stemmen voor de algemene vergadering op 30 juni 2021.
Bij raadsbeslissing dd. 27 februari 2019 werd Eddy Couckuyt aangeduid als vertegenwoordiger van de stad Aalst bij EthiasCo cvba.
De agenda van de algemene vergadering van EthiasCo cvba via stemmen op afstand tussen 15 juni 2021 en 30 juni 2021 goed te keuren met volgende agendapunten:
1. Verslag van de raad van bestuur over het boekjaar 2020
2. Goedkeuring van de jaarrekeningen afgesloten op 31 december 2020 en bestemming van het resultaat
3. Kwijting aan de bestuurders voor hun mandaat
4.Kwijting aan de commissaris voor zijn opdracht
5. Statutaire benoemingen
opdracht te geven aan de vertegenwoordiger, de heer Eddy Couckuyt, om te stemmen op de algemene vergadering van EthiasCo cvba, in de zin van artikel 1.
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Ann Van de Steen.
De komende maanden zullen er 25 nieuwe OverKop-huizen opstarten in Vlaanderen en Brussel, waaronder één in Aalst. Vanuit de oppositie hebben we in het verleden reeds geïnterpelleerd met de vraag om bijkomende initiatieven te voorzien voor de jongeren in onze stad.
Vooruit vraagt een centrale inplanting van dit OverKop-huis om een vlotte bereikbaarheid te garanderen. Gezien het Vlaams museum er niet komt, is de Pupillensite een ideale plek om zo’n thuisbasis voor de jeugd te creëren.
Het stadsbestuur zal de opdracht geven tot het opmaken van een nieuw RUP voor het gebied rond de Pupillensite. Hier zou het idee van een ‘Huis van de Jeugd’ zeker mee in verwerkt kunnen worden. Er is ook nood aan repetitieruimte, een jeugdhuis, ontmoetingsplaats,... kortom plekken waar jongeren in hun vrije tijd terechtkunnen om zich verder te ontwikkelen.
Aalst is bovendien ook een bloeiende studentenstad met meer dan 20K leerlingen, maar blijkt te kampen met een capaciteitsprobleem over de verschillende onderwijsnetten heen. Het lijkt ons dan ook het moment om voorafgaande gesprekken op te starten met de verschillende scholengroepen en de Vlaamse Overheid om te zien of Aalst extra capaciteit kan krijgen. Indien dit positief wordt bevonden kan dit dan meegenomen worden in de opmaak van het nieuwe RUP.
We vragen dan ook om bij de opmaak van het nieuwe RUP rekening te houden met te tekorten in Aalst voor de jongeren. Uit het afgelopen jaar hebben we de pijnlijke cijfers kunnen waarnemen m.b.t. de jongeren. Laat dit niet zomaar aan jullie voorbijgaan en bekijk dit als een opportuniteit om onze toekomst de hand te reiken.
Daarom vragen wij:
over de interpellatie van raadslid Ann Van de Steen aangaande 'Een nieuw plan voor de Pupillen'.
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Lander Wantens.
De trein is altijd een beetje reizen. Als je vandaag in Aalst je reis aanvat of beëindigt krijg je niet onmiddellijk de meest charmante indruk. Een stationsbuurt is de ambassadeur bij uitstek voor mensen die onze stad bezoeken. U weet echter net als ons, vraag aan 100 Vlamingen een mening over het station in Aalst en u zal daar weinig positieve meningen over horen. Dit blijft terugkeren op de gemeenteraad en in de media maar we merken weinig verandering. Daarom zullen wij nu als constructieve oppositiepartij zelf enkele voorstellen formuleren. Gaat Aalst net als Mechelen pleiten voor rookvrije stationsperrons? In een restaurant, in scholen of op de trein wordt gelukkig niet meer gerookt. Ook langs sportterreinen mag sinds kort niet meer gerookt worden in Aalst. Zo willen we een belangrijk signaal geven naar de Aalstenaar, een voorbeeld zijn voor andere steden. We willen onze kinderen het recht geven om rookvrij op te groeien. En streven naar een gezondere samenleving.
Enkele gemeenteraden terug hadden we hier een boeiend debat over het uitbundig consumeren van pilsbier op het stationsplein. Vandaag, ondanks de heropening van de terrassen, blijven groepen mensen van frisse blikjes genieten op het plein en de trappen die toegang geven aan het perron. Dit zorgt voor een onaangename sfeer op het randje van bedreigend voor gezinnen en pendelaars die hier langs moeten om naar de perrons te gaan. De discussie over het al dan niet verbieden van alcohol drinken op dit deel van het openbaar domein hebben we reeds gevoerd. We vragen echter alsnog om dan op zijn minst de bijhorende overlast aan te pakken, en samen met de gemeenschapswachten, straathoekwerkers, politie en de NMBS op zoek te gaan naar een oplossing. Om alzo een aangename doorgang van het plein naar de perrons te garanderen.
Sedert de opening van de nieuwe fietsenstalling stellen wij vast dat deze niet gekend is en niet gebruikt wordt. Hetzelfde geld ook voor de volledig vernieuwde onderdoorgang deze wordt minimaal gebruikt en is zeer donker. Ondanks lazen we dat een snoep en frisdrankautomaat werd gevandaliseerd. Een duur nieuw stadsontwikkelingsprojet bedoeld om ons station op te waarderen ligt er bij als een getto. Dit kan eenvoudig verbeterd worden door betere signalisatie van de oude naar de nieuwe fietsenstalling en zo het verhogen van de passage door de nieuwe onderdoorgang. Waarom niet gevraagd om de treinen van de NMBS te laten halt houden aan de nieuwe onderdoorgang om zo extra passage te creëren. Ook een tijdelijke afgeschermde doorsteek naar het jaagpad zien wij als een oplossing
Hierbij hebben wij volgende vragen:
over de interpellatie van raadslid Lander Wantens aangaande 'Een gezonde stationsomgeving'.
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Deniz Özkan.
Een gevolg van corona is dat het gebruik van de QR-code meer en meer ingeburgerd geraakt. Zo maken tal van horecazaken hun menukaarten leesbaar via QR-codes en worden ook steeds meer financiële transacties via QR-codes verricht.
Het gebruik ervan is simpel: je ziet een QR-code, pakt je smartphone, scant de code en leest de info. Het gebruik van QR-codes biedt ook het voordeel dat er minder infofolders en publicaties moeten geprint worden en dat de informatie gemakkelijker up-to-date kan gehouden worden. Je kan QR-codes aanbrengen op stickers, maar ook op tegels wat mooier oogt op/aan historische monumenten.
Meer dan ooit beleven we alles op een andere manier. We ontdekken onze stad, onze wijk, ons dorp op een andere manier. We trekken er op uit en ontdekken nieuwe plekken in onze directe omgeving. Eens te meer zou een QR-code een bron van extra informatie kunnen betekenen. Bij monumenten in landen als Italië, Spanje of Nederland is het gebruik ervan al verder gevorderd.
Stel, we plaatsen een bord met QR-code aan het station, de bezoeker scant de code en krijgt onmiddellijk alle info die wij willen meedelen bv. waar is ons carnavalsmuseum gelegen, wanneer is het geopend? Ook bv. voor 'historische' plaatsen: de Belforttoren, de Sint-Martinuskerk, het Priester Daensplein, de Borse van Amsterdam kan eens schat aan informatie vrijgegeven worden.
We moeten vooruit denken. De uitrol van de QR-code kan breed gebeuren. We kunnen starten met onze monumenten en historische (of belangrijke) gebouwen om vervolgens ook onze belangrijkste straatnamen een QR-code te bezorgen om zo het ontdekken van eigen stad en streek verder mogelijk te maken. Van mensen naar wie een straat genoemd is, bestaat er meestal wel een online infopagina. Die pagina moet met de QR-code gemakkelijk bereikbaar zijn.
Vragen:
over de interpellatie van raadslid Deniz Özkan aangaande 'Maak gebruik van QR-codes op monumenten, gebouwen en straatnaamborden'.