Terug
Gepubliceerd op 14/12/2022

2022_GR_00611 - OMV_2022077036 - V2022-101/2 - Aanvraag omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden in 14 loten voor een gemengd stedelijk project, het ontbossen, het wijzigen van het reliëf en de aanleg van wegenis (fase 1), gelegen Albrechtlaan 78, 9300 Aalst (kadastraal 4de AFD, sectie F, nummers nrs 915G en 916L). Voorleggen aan gemeenteraad voor wat betreft de aanleg van wegen - Beslissing

gemeenteraad
di 25/10/2022 - 19:30 Belfort
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

David Coppens, voorzitter; Christoph D'Haese, burgemeester; Karim Van Overmeire, schepen; Matthias De Ridder, schepen; Jean Jacques De Gucht, schepen; Caroline De Meerleer, schepen; Katrien Beulens, schepen; Maarten Blommaert, schepen; Eddy Couckuyt, raadslid; Ann Van de Steen, raadslid; Johan Van Nieuwenhove, raadslid; Steve Herman, raadslid; Philippe Kiekens, raadslid; Michel Van Brempt, raadslid; Anja De Gols, raadslid; Sam Van de Putte, raadslid; Iwein De Koninck, raadslid; Martine De Maght, raadslid; Iwein Quintelier, raadslid; Bart Van den Neste, raadslid; Cathy Grysolle, raadslid; Silke Van Vaerenbergh, raadslid; Kristiaan Van Vaerenbergh, raadslid; Yasmine Deghels, raadslid; Vincent Delforge, raadslid; Karolien Devos, raadslid; Lander Wantens, raadslid; Théodomir Nsengimana, raadslid; Raf Sidorski, raadslid; Els Van Puyvelde, raadslid; Anja Blanckaert, raadslid; Guy Claus, raadslid; Ingmar Baeyens, raadslid; Deniz Özkan, raadslid; Huguette Van Medegael, raadslid; Pieter Cassiman, raadslid; Filip Van De Winkel, raadslid; Dirk Rimbaut, raadslid; Marc Dierickx, raadslid; Sarah De Bruecker, raadslid; Dirk Verleysen, raadslid; Jürgen Dhaene, korpschef lokale politie; Wim Leerman, algemeen directeur

Verontschuldigd

Sarah Smeyers, schepen; Fatma Yildiz, raadslid

Secretaris

Wim Leerman, algemeen directeur

Voorzitter

David Coppens, voorzitter

Stemming op het agendapunt

2022_GR_00611 - OMV_2022077036 - V2022-101/2 - Aanvraag omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden in 14 loten voor een gemengd stedelijk project, het ontbossen, het wijzigen van het reliëf en de aanleg van wegenis (fase 1), gelegen Albrechtlaan 78, 9300 Aalst (kadastraal 4de AFD, sectie F, nummers nrs 915G en 916L). Voorleggen aan gemeenteraad voor wat betreft de aanleg van wegen - Beslissing

Aanwezig

David Coppens, Christoph D'Haese, Karim Van Overmeire, Matthias De Ridder, Jean Jacques De Gucht, Caroline De Meerleer, Katrien Beulens, Maarten Blommaert, Eddy Couckuyt, Ann Van de Steen, Johan Van Nieuwenhove, Steve Herman, Philippe Kiekens, Michel Van Brempt, Anja De Gols, Sam Van de Putte, Iwein De Koninck, Martine De Maght, Iwein Quintelier, Bart Van den Neste, Cathy Grysolle, Silke Van Vaerenbergh, Kristiaan Van Vaerenbergh, Yasmine Deghels, Vincent Delforge, Karolien Devos, Lander Wantens, Théodomir Nsengimana, Raf Sidorski, Els Van Puyvelde, Anja Blanckaert, Guy Claus, Ingmar Baeyens, Deniz Özkan, Huguette Van Medegael, Pieter Cassiman, Filip Van De Winkel, Dirk Rimbaut, Marc Dierickx, Sarah De Bruecker, Dirk Verleysen, Wim Leerman
Stemmen voor 36
Matthias De Ridder, Christoph D'Haese, Karim Van Overmeire, Jean Jacques De Gucht, Katrien Beulens, Els Van Puyvelde, Anja Blanckaert, Anja De Gols, Bart Van den Neste, Huguette Van Medegael, Iwein De Koninck, Johan Van Nieuwenhove, Pieter Cassiman, Michel Van Brempt, Martine De Maght, Maarten Blommaert, Lander Wantens, Kristiaan Van Vaerenbergh, Karolien Devos, Yasmine Deghels, Vincent Delforge, Silke Van Vaerenbergh, Théodomir Nsengimana, Raf Sidorski, Ingmar Baeyens, Iwein Quintelier, Guy Claus, Eddy Couckuyt, Filip Van De Winkel, Philippe Kiekens, Dirk Rimbaut, Caroline De Meerleer, Marc Dierickx, Sarah De Bruecker, Dirk Verleysen, David Coppens
Stemmen tegen 0
Onthoudingen 4
Cathy Grysolle, Ann Van de Steen, Deniz Özkan, Sam Van de Putte
Blanco stemmen 1
Steve Herman
Ongeldige stemmen 0
2022_GR_00611 - OMV_2022077036 - V2022-101/2 - Aanvraag omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden in 14 loten voor een gemengd stedelijk project, het ontbossen, het wijzigen van het reliëf en de aanleg van wegenis (fase 1), gelegen Albrechtlaan 78, 9300 Aalst (kadastraal 4de AFD, sectie F, nummers nrs 915G en 916L). Voorleggen aan gemeenteraad voor wat betreft de aanleg van wegen - Beslissing 2022_GR_00611 - OMV_2022077036 - V2022-101/2 - Aanvraag omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden in 14 loten voor een gemengd stedelijk project, het ontbossen, het wijzigen van het reliëf en de aanleg van wegenis (fase 1), gelegen Albrechtlaan 78, 9300 Aalst (kadastraal 4de AFD, sectie F, nummers nrs 915G en 916L). Voorleggen aan gemeenteraad voor wat betreft de aanleg van wegen - Beslissing

Motivering

Feiten en context

De voorliggende aanvraag voorziet in de aanleg van openbare ruimte waarvan de stad Aalst, na aanleg ervan, het beheer zal overnemen. 

De aanvraag beoogt het verkavelen van gronden in 14 loten voor een gemengd stedelijk project, het ontbossen, het wijzigen van het reliëf en de aanleg van wegenis (fase 1). Deze zone zal gefaseerd in ontwikkeling worden gebracht, waarbij in eerste instantie het noordelijk deel wordt aangesneden. De eerste fase omvat zowel de bouw van de volumes als de aanleg van het gedeelte zorgboulevard,  een groene vinger, drie doorsteken, een ondergrondse garage en de aanleg van een pad in het bos.

De site heeft een totale oppervlakte van ca 29.289 m². De bestaande bebouwing werd na goedkeuring van de sloopvergunning ontmanteld en de verharding werd uitgebroken. Dit in functie van de ontwikkeling van 30.000 m² BVO aan gemengd programma, steeds in functie van wonen en zorg. Het RUP legt een gefaseerde ontwikkeling op. Van de in totaal 30.000 m² gemengd programma mag in de eerst fase 7.800 m² worden ontwikkeld, waarvan minstens 2.900 m² aan niet-woonfuncties. 

De zorgboulevard en het park/bos zal na de aanleg ervan worden overgedragen aan het openbaar domein. Aangezien de site vanuit het noorden gefaseerd wordt ontwikkeld, zal het zuidelijke deel van het terrein na sloop tijdelijk onbebouwd blijven en aldus tijdelijk worden vergroend. 

De voorliggende aanvraag werd van 30-06-2022 tot en met 30-07-2022 aan een openbaar onderzoek onderworpen. Gedurende deze periode werden geen bezwaarschiften ingediend.  

Zoals bepaald in artikel 31 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning dient de in de aanvraag voorgestelde aanleg van wegen rekening te houden met de principes van artikels 3 en 4 van het decreet houdende de gemeentewegen:

Artikel 3. Dit decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen.

Om de doelstelling, vermeld in het eerste lid, te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op:

1° de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau;

2° de herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak.

Artikel 4. Bij beslissingen over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet wordt minimaal rekening gehouden met de volgende principes:

1° wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;

2° een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;

3° de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;

4° wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;

5° bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen”. 

Op 03-10-2022 besliste het college van burgemeester en schepenen om akkoord te gaan met het ontwerp verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar waarin wordt voorgesteld om – mits voorwaarden en lasten (hoofdzakelijk gebaseerd op de voorwaarden uit de boven vermelde adviezen) – een omgevingsvergunning te verlenen in het kader van de voorliggende aanvraag. Een omgevingsvergunning kan evenwel pas worden verleend nadat de gemeenteraad zijn goedkeuring, al dan niet met voorwaarden en/of lasten, heeft verleend aan de in de aanvraag voorgestelde aanleg van wegen.

Juridische grondslag

Het decreet van 25-04-2014 (en latere wijzigingen) betreffende de omgevingsvergunning. In het bijzonder artikel 31 welke stelt: “§ 1. Als de aanvraag de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, roept het college van burgemeester en schepenen, in voorkomend geval op verzoek van de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15, de gemeenteraad samen om te beslissen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg.

De gemeenteraad spreekt zich uit over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein. Hierbij wordt rekening gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. De gemeenteraad kan daarbij voorwaarden opleggen en lasten verbinden, die de bevoegde overheid in de eventuele vergunning opneemt …”.

Het besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25-04-2014 betreffende de omgevingsvergunning (hieronder ‘omgevingsvergunningsbesluit’). In het bijzonder artikel 47 welke stelt “Als de vergunningsaanvraag wegenwerken omvat waarvoor de gemeenteraad beslissingsbevoegdheid heeft, neemt de gemeenteraad daarover een besluit. De gemeenteraad neemt daarbij kennis van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek.

Uiterlijk tien dagen na de gemeenteraadszitting stelt de gemeente de gemeenteraadsbeslissing ter beschikking hetzij van de bevoegde omgevingsvergunningscommissie als die advies moet verlenen, hetzij van het bevoegde bestuur als geen advies van een omgevingsvergunningscommissie vereist is”.

Het decreet van 03-05-2019 houdende de gemeentewegen. In het bijzonder artikel 12 welke stelt “… § 2. In afwijking van artikel 11 kan de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg met overeenkomstige toepassing van artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning opgenomen worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, voor zover die wijziging past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden. Die mogelijkheid geldt voor zover het aanvraagdossier een ontwerp van rooilijnplan bevat dat voldoet aan de bij en krachtens dit decreet gestelde eisen op het vlak van de vorm en inhoud van gemeentelijke rooilijnplannen of voor zover het een grafisch plan met aanduiding van de op te heffen rooilijn bevat.

Als de beoogde wijziging, verplaatsing of opheffing betrekking heeft op een gemeentelijk rooilijnplan dat niet in een ruimtelijk uitvoeringsplan is opgenomen, neemt de gemeenteraad eerst een beslissing over het al dan niet wijzigen of opheffen van het gemeentelijk rooilijnplan, alvorens te beslissen over de goedkeuring, vermeld in artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning …”.

Regelgeving bevoegdheid

Artikel 40-41 van het decreet lokaal bestuur
De gemeenteraad is bevoegd op basis van artikel 40-41 van het decreet lokaal bestuur

Besluit

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

De goedkeuring te verlenen aan de in de aanvraag voorgestelde aanleg van wegen die zullen worden ingelijfd bij het openbaar domein zoals opgenomen in de aanvraag voor een omgevingsvergunning (2022077036) ingediend door Skyline Projects, de heer Bart Paeleman, voor het verkavelen van gronden in 14 loten voor een gemengd stedelijk project, het ontbossen, het wijzigen van het reliëf en de aanleg van wegenis (fase 1), gelegen Albrechtlaan 78, 9300 Aalst (kadastraal 4de AFD, sectie F, nummers nrs 915G en 916L).

Artikel 2

Aan deze goedkeuring de volgende voorwaarden te koppelen: 

Voorwaarden met betrekking tot de wegaanleg

  • De werken aan het (toekomstig) openbaar domein dienen door en op kosten van de aanvrager/verkavelaar uitgevoerd te worden conform de bij de aanvraag gevoegde plannen en bestek. Dit evenwel behoudens wijzigingen voortvloeiend uit de hieronder vermelde voorwaarden.
  • De aanvrager staat in voor het permanent toezicht op alle werken door een ervaren toezichter die vertrouwd is met wegenwerken en de gangbare bestekken en daarin beschreven proeven. De stedelijke dienst Mobiliteit en openbare werken dient vanaf de aanvang van de bewuste werken uitgenodigd te worden om de nodige richtlijnen te geven en om toezicht te houden op de uitvoering van de werken.
  • Alle in de aanvraag geplande werken aan het (toekomstig) openbaar domein dienen te beantwoorden aan de bepalingen van het standaardbestek 250 voor wegenbouw (meest recente versie).
  • De bepalingen in de adviezen van Telenet (29-06-2022),  Fluvius (10-08-2022) , Proximus (25-07-2022   en Farys/Creat (08-08-2022) dienen stipt te worden nageleefd.
  • De wegen- en infrastructuurwerken, de groenaanleg, de nutsleidingen (elektriciteit, gas, drinkwater, kabel, telefonie, …) en de openbare verlichting binnen het toekomstig openbaar domein dienen door en op kosten van de verkavelaar/ontwikkelaar uitgevoerd te worden. 
  • De gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater (BVR van 05-07-2013, publicatie BS 08-10-2013), de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake de afvoer van hemelwater en afvalwater (GR van 04-09-2001, goedkeuring door de BD van 14-02-2002 en publicatie in het BS van
      16-04-2002) en het gemeentelijk reglement op de rioolaansluitingen dienen nageleefd te worden.
  • Het advies van de dienst Mobiliteit en openbare werken m.b.t. de aanleg van het openbaar domein en de waterhuishouding van 12-07-2022 dient stipt te worden gevolgd.
  • Alle maatregelen dienen getroffen te worden om de goede waterhuishouding van het gebied te waarborgen en de aangelanden te vrijwaren van enige schade of overlast. 

Andere voorwaarden

  • De gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater (BVR van 05-07-2013, publicatie BS 08-10-2013), de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake de afvoer van hemelwater en afvalwater (GR van 04-09-2001, goedkeuring door de BD van 14-02-2002 en publicatie in het BS van
     16-04-2002) en het gemeentelijk reglement op de rioolaansluitingen dienen nageleefd te worden.
  • De bepalingen in het advies van de dienst Integraal Waterbeleid van 16-08-2022 dienen stipt nageleefd te worden:
  • Voorwaarden inzake verharde grondoppervlakken die afwateren naar een randzone:
    • Enkel in het geval voldaan is aan de volgende voorwaarden, moeten de verharde grondoppervlakken niet in rekening worden gebracht bij de dimensionering van de voorziening:
    1. de oppervlakken stromen af naar een gras- of groenstrook met een oppervlakte die minstens 25 % van de verharde oppervlakte bedraagt, uitgewerkt met een maaiveldverlaging van 30 cm (wadi);
    2. er worden geen boordstenen en geen afvoerkolken aangelegd.
  • Voorwaarden inzake verharde grondoppervlakken in waterdoorlatende materialen:
    • Enkel in het geval voldaan is aan de volgende voorwaarden, moeten de voorziene verharde grondoppervlakken niet in rekening worden gebracht bij de dimensionering van de voorziening:
    1. de waterdoorlatende materialen worden geplaatst op een waterdoorlatende funderingslaag ;
    2. er worden geen afvoerkolken aangelegd ;
    3. de verharding wordt niet in helling aangelegd (minder dan 0,5 %) en er worden opstaande randen voorzien die het water op de waterdoorlatende verharding houden tenzij de waterdoorlatende verharding kan afwateren naar een gras- of groenstrook met een oppervlakte die minstens 15 % van de verharde oppervlakte bedraagt.
  • Voorwaarden inzake milderen van het effect van verhardingen:
    • De infiltratievoorziening wordt gedimensioneerd voor 2 740 m² verhardingen met een infiltratie-oppervlakte van minstens 400 m²/ha en een buffervolume van minstens 330 m³/ha.  Voor dit project betekent dit een oppervlakte van minstens 110 m² en een volume van minstens 91 m³. Deze capaciteit dient te allen tijde behouden en gegarandeerd te blijven. Hiervoor dient de voorziening minstens om de twee jaar, of indien de omstandigheden dat vereisen frequenter, te worden onderhouden.
  • Voorwaarden wegens ligging langsheen een waterloop:

Langs de waterloop bevindt zich een 5 meterzone voor erfdienstbaarheden. Deze strook begint landinwaarts vanaf de uiterste boord van de waterloop waar het talud eindigt. De inrichting van deze strook moet compatibel zijn met het (jaarlijkse) machinaal onderhoud van de waterloop met een rups- of bandenkraan. Dit houdt het volgende in: 

  1. gebouwen in de 5 meterzone zijn verboden, alsook andere in de bodem verankerde constructies (tuinhuisjes, schommels, …) ;
  2. de 5 meterzone mag niet worden opgehoogd ;
  3. het maaisel en de niet-verontreinigde ruimingspecie kan binnen de 5 meterzone gedeponeerd worden. De waterloopbeheerder heeft geen enkele verplichting deze specie verder te behandelen ;
  4. opritten en verharde paden langsheen de waterloop in de 5 meterzone kunnen toegelaten worden indien in dezelfde 5m-strook een graszone aanwezig is van minstens 3 m te rekenen vanaf de kruin van de waterloop landinwaarts voor het deponeren van maaisel en niet-verontreinigde ruimingspecie. De verharding moet ook zo worden aangelegd dat deze overrijdbaar is met een rups- of bandenkraan van minstens 30 ton. Eventuele schade aan de verharding die een gevolg is van normaal onderhoud, kan niet ten laste gelegd worden van de waterloopbeheerder;
  5. personeelsleden van de waterloopbeheerder of personen die in zijn opdracht werken uitvoeren, hebben er een recht van doorgang en mogen er materialen en werktuigen plaatsen om werken aan de waterloop uit te voeren ;
  6. er worden bij voorkeur geen omheiningen geplaatst. Indien dit om veiligheidsredenen toc
  7. h nodig wordt geacht, moet deze omheining geplaatst worden op een afstand tussen 0,75 m en 1 m vanaf de kruin van de oever en mag ze niet hoger zijn dan 1,5 m;
  8. dwarsafsluitingen mogen de toegang tot de strook niet belemmeren en moeten daarom gemakkelijk wegneembaar en terugplaatsbaar zijn of voorzien zijn van een poort ;
  9. bomen of struikgewas langs de waterloop moeten minstens op 0,75 m en maximum op 1 m van de taludinsteek worden geplaatst. Hoogstambomen langs de waterloop moeten op een tussenafstand van minstens 12 m worden geplant. In het algemeen mogen de beplantingen het machinaal onderhoud niet bemoeilijken.
  • De bepalingen in het advies van de Hulpverleningszone Zuid-Oost, Brandpreventie van 30-06-2022 dienen stipt te worden nageleefd (zie advies).
  • Het advies van het agentschap Wegen en Verkeer van 15-07-2022 dient stipt nageleefd te worden:
    • Zone achteruitbouw bedraagt 8m; hierin worden geen constructies of terreinophogingen (groter dan 0,5m) toegestaan.
    • Enkel brandweertoegangen tot de gewestweg zijn toegestaan. Deze dienen uitgerust te worden door permanent aanwezige buigpalen.
    • Bij de uitvoering van de vergunning dient de aanvrager rekening te houden met de in het advies omschreven aandachtspunten.
  • Het advies van het agentschap Natuur en bos van 05-08-2022 dient stipt te worden nageleefd:
    • De vergunning wordt verleend op grond van artikel 90bis, §5, derde lid, van het Bosdecreet en onder de voorwaarden zoals opgenomen in het hierbij gevoegde compensatieformulier met kenmerk: 22-210935. 
    • De te ontbossen oppervlakte bedraagt 603 m². Deze oppervlakte valt niet meer onder het toepassingsgebied van het Bosdecreet. 
    • De resterende bosoppervlakte 6326 m² moet ALS BOS behouden blijven. Bijkomende kappingen in deze zone kunnen maar uitgevoerd worden mits machtiging door het Agentschap voor Natuur en Bos. Het is evenmin toegelaten in deze zone constructies op te richten of ingrijpende wijzigingen van de bodem, de strooisel-, kruid- of boomlaag uit te voeren die niet in de vergunning staan. 
    • De ontbossing kan enkel worden uitgevoerd conform het plan toegevoegd als bijlage, waarop ook de als bos te behouden zones zijn aangeduid. 
    • De bosbehoudsbijdrage van € 4462.20 dient binnen de 4 maanden, vanaf de datum waarop gebruik mag gemaakt worden van deze vergunning, gestort te worden. Het overschrijvingsformulier voor het vereffenen van de bosbehoudsbijdrage zal rechtstreeks door ons Agentschap worden overgemaakt aan de aanvrager van zodra de vergunning van kracht wordt. 
    • De op het verkavelingsplan aangeduide openbare/niet-openbare beboste groene ruimtes over een oppervlakte van 6326 m² worden integraal opgenomen in de verkavelingsvoorschriften. Deze beboste groene ruimtes moeten ALS BOS behouden blijven. Bijkomende kappingen in deze zone kunnen maar uitgevoerd worden mits machtiging door het Agentschap voor Natuur en Bos. Het is evenmin toegelaten in deze zone constructies op te richten of ingrijpende wijzigingen van de bodem, de strooisel-, kruid- of boomlaag uit te voeren. Bijkomende ontbossing in de op het verkavelingsplan aangeduide groene ruimtes is slechts mogelijk na het wijzigen van de verkavelingsvergunning.  
  • Het advies van de dienst Omgevingsbeleid van 09-09-2022 dient stipt te worden gevolgd:
  • Het RUP Mijlbeek werkt integraal door zoals hierboven beschreven. Enkel voor de reeds vergunde hoogspanningscabine aan de pastoor Lauwereysstraat wordt afgeweken.
  • De groene voegen zijn als publieke groenzones te voorzien.
  • In de parkzone dienen voldoende rustplekken voorzien te worden.
  • Het dak van de ondergrondse parking buiten de gebouwen dient minstens 1,00m onder het toekomstige maaiveld te liggen. 
  • De noodoverlaat die voorzien is in fase 2 in de parkzone dient zich te situeren langs de Albrechtlaan als ondiepe open infiltratiezone buiten de beboste zone.
  • In de zorgboulevard mogen alleen vrij uitgroeiende bomen  van 1ste  grootte aangeplant worden. Fraxinus ornus dient vervangen te worden door Ulmus .De wijze van aanplant en beheer van de onderbegroeiing van Salix caprea dient nog verder verduidelijkt te worden zodat we kunnen inschatten of de aanplant duurzaam en onderhoudsvriendelijk is. 
  • Het groenplan dient volledig afgestemd te worden op het plan van de brandweer. Er mag zeker niet afgeweken worden van het voorziene aantal hoogstammige vrij uitgroeiende bomen in de zorgboulevard.
  • Alle paden in de parkzone dienen aangelegd te worden met een niet geweven geotextiel in polypropyleen. Het pad langs de Albrechtlaan is 2,5m breed. De andere paden zijn 1,80m tenzij het niet haalbaar is door de aanwezige bomen. Een plaatselijke versmalling naar minstens 1,50 m is enkel mogelijk in overleg met de stad. 
  • Geen enkele van de behouden bomen in het bosgedeelte mogen beschadigd worden.
  • In de parkzone dient  aan de rand van het bos een dichte buffer aangeplant te worden met hazelaar en wilg.
  • Geen nutsleidingen in de groenzones.
  • Per boom dient minimum  20 m³ bomensubstraat voorzien te worden. 
  • De raming en de meetstaat dienen aangepast te worden aan de opgelegde voorwaarden.
  • De stad dient in samenspraak met de aanvrager na te gaan welke bomen er al dan niet dienen te worden gerooid. De aanvrager neemt hiertoe het initiatief om de kapmachtingen aan te vragen. 
  • Het straatmeubilair dient gekozen te worden in samenspraak met de stad. 
  • Team Mobiliteit wil betrokken worden bij de concrete uitwerking van de mobiliteitsaspecten.

Volgende punten worden extra meegegeven op basis van het bijgevoegde advies van Inter:

  • De vlakke plattinnes dienen zeker goed vlak ingevoegd te worden met cement.
  • De trap voorzien in de parkzone aan de kant van het Mezennestje en BuLo/BuSo dient te voldoen aan de voorwaarden van art. 20: de trap dient gelijkvormig te zijn waarbij de bovenste aantrede niet langer dan de ander voorzien wordt. Aan beide zijden van de trap dient een trapleuning voorzien te worden die doorloopt aan eventuele tussenbordessen. Deze leuning dien vóór het begin en aan het einde van de trap minstens 40cm horizontaal verder te lopen. Als de leuning in het ijle stopt, moet ze worden afgerond naar de grond.
  • Op de zorgboulevard dient een gidslijn voorzien te worden om de verbrede zones van de zorgboulevard te overbruggen. Dit is verder te bekijken met Inter.
  • De vuilnisbakken dienen verder van de zitbanken geplaatst te worden. 
  • Naast de zitbanken moet een rolstoelgebruiker op gelijke hoogte van de bank kunnen plaatsnemen. Er wordt gevraagd om in de parkzone minstens zitbank en picknickbanken te voorzien.
  • Er dient een opstaande boord van 10 à 15 cm voorzien te worden op de rand van de zorgboulevard om de wadi’s af te schermen, dit in een contrasterende kleur t.o.v. de kleur van het pad. Dit is verder te bekijken met Inter.
  • Inzake de afgifte van een verkoopbaarheidsattest (art. 4.2.16. §2 van de VCRO) dienen de volgende voorwaarden nageleefd te worden:
    • De werken dienen conform het advies van de dienst Openbare Werken en Mobiliteit van de stad Aalst te zijn uitgevoerd.
    • Er dient voldaan aan de voorwaarden en/of verplichtingen gesteld in de boven vermelde adviezen van Telenet, Fluvius, Proximus en Farys/Creat.
    • De in het onderdeel ‘Lasten met betrekking tot de wegaanleg’ vermelde bankwaarborg ten voordele van de stad dient effectief te worden gesteld.  

 

Aan deze goedkeuring de volgende lasten te koppelen:

Bescheiden last

  • De bescheiden last is van toepassing op een groepswoningbouwproject waarbij ten minste tien woongelegenheden ontwikkeld worden, of op een project voor de bouw of de herbouw van appartementsgebouwen waarbij ten minste vijftig appartementen gecreëerd worden. Deze last zal worden vastgelegd in de op de verkaveling volgende omgevingsvergunningen.

Lasten met betrekking tot de wegaanleg

  • De verkavelaar/ontwikkelaar dient een bankwaarborg ten voordele van de stad te stellen ten bedrage van 949 686,14 Euro (zijnde het geraamde bedrag van de geplande wegenis en riolering en groenaanleg). Dit voor het geval de in de aanvraag voorziene wegaanleg niet naar behoren wordt uitgevoerd. 
  • Pas ná controle van de uitvoering van de werken en de effectieve overdracht van de aan de stad over te dragen zone (beheer) zal deze bankwaarborg worden vrijgegeven.
  • Voor het deel van de inrit naar de ondergrondse parking dat zich onder het toekomstig openbaar domein op lot 5 bevindt, dient er voorafgaandelijk aan de start der werken een overeenkomst te worden opgemaakt met de stad Aalst.