Gehoord de toelichting en vragen van raadslid Iwein De Koninck.
Op 9 december 2022 keurde de Vlaamse Regering haar besluit goed tot ondersteuning van de eerstelijnszorgaanbieders en de interdisciplinaire samenwerking in de praktijkvoering en tot uitbreiding van de opdrachten van de huisartsenkringen.
Huisartsen kunnen een lening en tegemoetkomingen aanvragen om hen te ondersteunen bij de opstart of uitbouw van hun praktijk en wanneer de huisartsenpraktijk inzet op interdisciplinaire praktijkvoering. Dit besluit bepaalt de voorwaarden voor die lening en tegemoetkomingen. Deze leningen en tegemoetkomingen kwamen in de plaats van de vroegere “Impulseo”-financiering (wat federaal geregeld was in een KB).
Het is dus duidelijk dat vóór de regionalisering van deze materie zowel de federale regering, en dus nu overgenomen door de Vlaamse regering een beleid voeren dat artsen ondersteunt in de opstart van huisartsenpraktijken die inzetten op een interdisciplinaire praktijkvoering.
Vlaamse Regering gaf in haar programma voor de reorganisatie van de eerstelijnszorg in Vlaanderen heel specifiek aan ook aandacht te hebben voor het stimuleren van meer interdisciplinaire samenwerking en de creatie van meer zorgcapaciteit op plaatsen waar nog een duidelijk tekort was.
In weerwil van deze federale en nu vooral dus Vlaamse aanpak, ondersteund door de huidige Vlaamse regering van cd&v, Open Vld en N-VA, hoorden wij in deze raad vorige maand dat dergelijke ondersteuningen op lokaal Aalsters niveau niet tot de taken behoren en zelfs zouden zorgen voor oneerlijke concurrentie.
Een vreemde houding vond ik toen al. En gezien het feit dat de aanwezigheid en de tevredenheid over voldoende huisartsen in de eigen omgeving ook een item was in de stadsmonitor is het wel duidelijk dat vanuit de ondersteunende instanties voor lokale overheden aangestuurd wordt op een beleid hieromtrent. Federaal, Vlaams, de studiedienst van de Vlaamse overheid, VVSG en Kenniscentrum Vlaamse steden, allen zijn overtuigd dat overheden op dit vlak stilaan weldegelijk een rol te spelen hebben. Het beleid van de stad Aalst hoorde en hoort het nu nog steeds in Keulen donderen.
We zitten uiteraard in de laatste fase van deze legislatuur en de vraag om nu toch nog af te komen met een beleid dat hierop inspeelt is niet meer aan de orde.
Daarom wel nog volgende vraag:
Huishoudelijk reglement gemeenteraad: decretaal vraagrecht - interpellaties
over de interpellatie van raadslid Iwein De Koninck aangaande 'Ondersteuning multidisciplinaire groepspraktijken'.