De notulen van de openbare vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn van 28 januari 2025 werden vanaf dinsdag 18 februari 202 ter inzage gelegd van de leden van de raad.
Er werden geen verdere opmerkingen geformuleerd.
Artikel 32 en 74 Decreet Lokaal Bestuur.
de notulen van de openbare vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn van dinsdag 28 januari 2025 goed te keuren.
Publieke landbouwgronden in Vlaanderen hebben een rijke en complexe geschiedenis. Gemeenten, OCMW’s, kerkfabrieken, provinciebesturen en hogere overheden bezitten samen aanzienlijke hoeveelheden grond. In Oost-Vlaanderen, bijvoorbeeld, bezitten publieke instellingen ongeveer 10% van de oppervlakte, wat neerkomt op bijna 28.000 hectare. Historisch gezien zijn veel van deze gronden geërfd door instellingen zoals OCMW’s en kerkfabrieken.
Toegang tot publieke landbouwgronden is één van de prioritaire actiepunten van het Aalsterse landbouwbeleidsplan. Actieve landbouwers toegang geven tot deze gronden is het uitgangspunt van deze toekenningscriteria.
Het huidig Aalsters bestuursakkoord stelt dat de oppervlakte landbouwgebruikspercelen niet mag verminderd worden. Door nieuwe pachtcontracten af te sluiten, kan de oppervlakte gebruikspercelen op korte en lange termijn behouden blijven.
In het Vlaams regeerakkoord 2024-2029 staat vermeld dat Vlaanderen de ambitie heeft om land- en tuinbouwgronden meer beschikbaar te maken voor jonge land- en tuinbouwers:
Volgens hoofdstuk 5 van het Vlaams pachtdecreet goedgekeurd op 13 oktober 2023 moeten de openbare besturen zelf instaan voor de toekenningscriteria van hun gronden. In navolging heeft de dienst economie en zorginnovatie criteria opgesteld om gronden die vrijkomen van pacht hebben toe te kennen aan een nieuwe actieve landbouwer.
Akkoord te gaan met de Aalsterse toekenningscriteria voor pacht zoals toegevoegd in bijlage, die gehanteerd zullen worden bij een nieuwe openbare verpachting.
Er werd bij de dienst Patrimonium geïnformeerd voor een eventuele aankoop van het OCMW-perceel te Nijverheidslaan, Gijzegem met een kadastrale oppervlakte van 171 m² (Aalst 6e afdeling, sectie B, nr 512A) door Jan De Nul ter toevoeging van hun aanpalende percelen. Er werd een schattingsverslag opgemaakt door landmeterskantoor FS Topo, die de venale waarde bepaalde op 1.197 euro.
- Patrimonium : Gunstig
- RO :
Het perceel te Gijzegem, 6e afdeling, sectie B, nr. 512A, is volgens het gewestplan gelegen in een ‘bufferzone’ (T): “De bufferzones dienen in hun staat bewaard te worden of als groene ruimte ingericht te worden, om te dienen als overgangsgebied tussen gebieden waarvan de bestemmingen niet met elkaar te verenigen zijn of die ten behoeve van de goede plaatselijke ordening van elkaar moeten gescheiden worden.” De betreffende zone vormt een ‘buffer’ tussen het industriegebied en het agrarisch gebied.
Rekening houdend met de betreffende zonering geven wij ‘gunstig’ advies voor de verkoop van het perceel.
- Gecoördineerd advies vanuit P&S / N&D / Eco :
Het advies is voorwaardelijk gunstig.
Er kan pas over gegaan worden tot een eventuele verkoop van dit perceel indien dit kadert binnen concrete en te formaliseren afspraken inzake de realisatie van de volledige bufferzone grenzend aan het te ontwikkelen bedrijfsperceel, waarvan ook een ander perceel in eigendom van het OCMW deel uitmaakt.
Decreet lokaal bestuur
Principieel akkoord te gaan met de verkoop van het OCMW-perceel te Nijverheidslaan, Gijzegem (Aalst 6e afdeling, sectie B, nr 512A) voor een verkoopprijs van 1.197 euro aan Jan De Nul nv.
Principieel akkoord te gaan met de aanstelling van Notch Notarissen voor de opmaak van de akte.
Het vast bureau verleende in zitting van 18 november 2024 goedkeuring voor de beëindiging van de concessie kappersdiensten in WZC De Hopperank mits het respecteren van een opzegtermijn van 6 maanden met ingang van 1 december 2024.
Er dient een nieuwe procedure voor het aanstellen van een nieuwe concessionaris te worden opgestart.
In het kader van de opdracht “Concessie van diensten voor kappersdiensten in WZC De Hopperank” werd een leidraad inclusief ontwerpovereenkomst met nr. 25/CON-12 opgesteld.
Er wordt voorgesteld de opdracht te plaatsen bij wijze van een procedure sui generis met voorafgaande bekendmaking.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 77 en 78, betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.
De leidraad met nr. 25/CON-12 inclusief ontwerpovereenkomst vast te stellen voor de opdracht “Concessie van diensten voor kappersdiensten in WZC De Hopperank”. De lastvoorwaarden vast te stellen zoals voorzien in de leidraad.
Bovengenoemde opdracht te plaatsen bij wijze van een procedure sui generis met voorafgaande bekendmaking.
Het vast bureau de bevoegdheid te geven om wijzigingen aan de overeenkomst goed te keuren indien blijkt dat er naar aanleiding van onderhandelingen wijzigingen noodzakelijk zijn.
Op 28 januari 2025 werden in de zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn 3 afgevaardigden aangeduid in de algemene vergadering van de welzijnsvereniging A.S.Z. av.:
Christoph D’Haese (N-VA): mandaat 1
Vincent Delforge (N-VA): mandaat 2
Joris Nissens (cd&v-Team): mandaat 3
Aangezien de afgevaardigden van deze algemene vergadering verplicht leden moeten zijn van de raad voor maatschappelijk welzijn, conform het decreet lokaal bestuur en de statuten van het A.S.Z., kan de heer Joris Nissens niet zetelen in deze algemene vergadering.
Bijgevolg dient de raad voor maatschappelijk welzijn opnieuw 1 afgevaardigde aan te duiden in de algemene vergadering van de welzijnsvereniging A.S.Z. av. Dit dient een raadslid te zijn.
Voor dit mandaat wordt voorgedragen:
lid vast bureau Théodomir Nsengimana (cd&v-Team) met als tegenkandidaten raadslid Jo De Swaef (VLAAMS BELANG) en raadslid Sam Van de Putte (Vooruit).
Gelet op Deel 3, titel 4, hoofdstukken 1, 2 en 3 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, betreffende de verenigingen voor maatschappelijk welzijn.
Gelet in het bijzonder op artikel 484, §1 van het Decreet voor het Lokaal Bestuur dat de aanduiding van de vertegenwoordigers van een ocmw in die verenigingen regelt, met name dat het raadsleden dienen te zijn, die in één enkele geheime stemronde verkozen worden.
Gelet op de statuten van het A.S.Z. av, dat voorziet in 3 vertegenwoordigers voor het OCMW Aalst in de algemene vergadering van A.S.Z. av.
akte te nemen van de mail van Katleen Van Der Biest met de melding dat de heer Joris Nissens niet kan zetelen in de algemene vergadering van de welzijnsvereniging A.S.Z. av (1.1.), aangezien hij geen raadslid is, conform de statuten van de welzijnsvereniging A.S.Z. av en het decreet lokaal bestuur.
om als vertegenwoordiger voor het OCMW Aalst in de algemene vergadering van de welzijnsvereniging A.S.Z. av (1.1.) aan te duiden: lid vast bureau Théodomir Nsengimana.
Gelet op het verslag van de vergadering d.d. 10 februari 2025 van de raad van bestuur van ASZ:
De raad van bestuur blijkt bij zijn samenstelling het principe van artikel 474, §3, 2e lid van het Decreet Lokaal Bestuur te schenden dat stelt dat de raad van bestuur van een welzijnsvereniging ten hoogste twee derden leden van hetzelfde geslacht mag hebben.
Verder wordt in het verslag opgenomen dat bestuurder Christoph D’Haese, aangeduid bij beslissingen van de raad voor maatschappelijk welzijn d.d. 28 januari 2025 als vertegenwoordiger van het O.C.M.W. Aalst in ASZ als lid van de algemene vergadering en de raad van bestuur van ASZ, verklaart bereid te zijn afstand te doen van zijn mandaat in de raad van bestuur en voorstelt dat zijn mandaat wordt overgenomen door mevrouw Anja De Gols, eveneens vertegenwoordiger voor het O.C.M.W. Aalst in de algemene vergadering van ASZ.
Gelet op artikel 484, §1, 3e lid van het Decreet Lokaal Bestuur, dat stelt dat wanneer er een einde komt aan het mandaat van een lid van een bestuursorgaan van een welzijnsvereniging, de raadsleden in de raad voor maatschappelijk welzijn die op dezelfde lijst werden verkozen als het lid wiens mandaat is geëindigd gezamenlijk een vervanger kunnen aanduiden, indien deze vervanging gebeurt binnen twee maanden na het einde van het mandaat. Zo niet wordt een nieuw lid aangeduid door een stemming binnen de raad voor maatschappelijk welzijn.
Gelet op het ontslag van voorzitter vast bureau Christoph D’Haese uit de raad van bestuur van ASZ, meegedeeld aan het ASZ op 10 februari 2025 en waarvan kennis werd gegeven aan de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn, en dat ook is meegedeeld aan de raad voor maatschappelijk welzijn;
De voorzitter van de raad van maatschappelijk welzijn werd op 17 februari 2025 in kennis gesteld van de aanduiding door de verkozen raadsleden van de lijst N-VA van een vervanger voor het ontslagnemend lid van de raad van bestuur van ASZ Christoph D’Haese, te weten raadslid Anja De Gols. De raad voor maatschappelijk welzijn wordt hiervan op haar beurt in kennis gesteld.
Akte te nemen van het ontslag van de voorzitter vast bureau Christoph D’Haese als vertegenwoordiger van het OCMW Aalst in de raad van bestuur van ASZ.
Akte te nemen van de aanduiding door de verkozen raadsleden van de lijst N-VA van een vervanger voor het ontslagnemend lid van de raad van bestuur van ASZ Christoph D’Haese, te weten raadslid Anja De Gols en te erkennen dat de vervanging van de ontslagnemend vertegenwoordiger van het O.C.M.W. Aalst in de raad van bestuur van ASZ volgens de wettelijk voorziene procedure is gebeurd.
Dit besluit over te maken aan het ASZ av (1.0.) op het e-mailadres: katleen.van.der.biest@asz.be
Een deontologische code geeft lokale mandatarissen een kader waarbinnen ze hun mandaat moeten uitoefenen. De samenleving stelt, terecht, hoge eisen aan mandatarissen. Als lokaal geëngageerd politicus is men kwetsbaar. De deontologische code is in de eerste plaats dan ook niet gemaakt om te bestraffen, maar om een veilige omgeving te creëren waarbinnen de lokale mandatarissen moeten werken. De code is een algemene leidraad voor lokale mandatarissen om deontologisch zorgvuldig te kunnen handelen bij de uitoefening van het mandaat. Dit handelen steunt op de volgende waarden: dienstbaarheid, functionaliteit, onafhankelijkheid, openheid, vertrouwelijkheid en zorgvuldigheid.
De deontologische code en de samenstelling van de deontologische commissie kreeg goedkeuring op de raad voor maatschappelijk welzijn van 25 juni 2019. Conform het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn, voorgelegd op 25 februari 2025, werd artikel 40 aangepast waarin bepaald wordt dat leden presentiegeld ontvangen voor samenkomsten van de deontologische commissie. De aangepaste deontologische code maakt deel uit van dit besluit.
De samenstelling van de deontologische commissie is als volgt:
Het secretariaat van deze commissie wordt waargenomen door het secretariaat van de algemeen directeur.
Deze commissie waakt over de naleving van deze deontologische code van toepassing op politieke mandatarissen.
Artikel 39 van het decreet lokaal bestuur.
de deontologische code, zoals gevoegd in bijlage, en samenstelling van de deontologische commissie goed te keuren.
Een deontologische code geeft lokale mandatarissen een kader waarbinnen ze hun mandaat moeten uitoefenen. De samenleving stelt, terecht, hoge eisen aan mandatarissen. Als lokaal geëngageerd politicus is men kwetsbaar. De deontologische code is in de eerste plaats dan ook niet gemaakt om te bestraffen, maar om een veilige omgeving te creëren waarbinnen de lokale mandatarissen moeten werken. De code is een algemene leidraad voor lokale mandatarissen om deontologisch zorgvuldig te kunnen handelen bij de uitoefening van het mandaat. Dit handelen steunt op de volgende waarden: dienstbaarheid, functionaliteit, onafhankelijkheid, openheid, vertrouwelijkheid en zorgvuldigheid.
Deze deontologische code en de samenstelling van de deontologische commissie kreeg goedkeuring op de raad voor maatschappelijk welzijn van 25 juni 2019 en wordt opnieuw voorgelegd aan de raad voor maatschappelijk welzijn op 25 februari 2025. De samenstelling van de deontologische commissie is als volgt:
Het secretariaat van deze commissie wordt waargenomen door het secretariaat van de algemeen directeur.
Deze commissie waakt over de naleving van deze deontologische code van toepassing op politieke mandatarissen.
Indien de klacht(en) betrekking heeft/hebben op een politieke mandataris die lid is van deze commissie, zal deze uiteraard niet deelnemen aan de behandeling van dat dossier, en zal hij/zij zich laten vervangen door een vooraf door de raad aangeduide plaatsvervanger. Een lid van de deontologische commissie kan vervangen worden door iemand van dezelfde politieke fractie. Een lid dat deel uitmaakt van een éénmansfractie, kan zich laten vervangen door een mandataris van een andere fractie.
Voor de voorzitters en ondervoorzitters van de gemeenteraadsfracties, dienen er plaatsvervangers aangeduid te worden.
Artikel 39 van het decreet lokaal bestuur.
Het kaderbesluit van Vlaanderen.
volgende plaatsvervanger(s) aan te duiden voor de voorzitters en ondervoorzitters van de gemeenteraadsfracties om te zetelen in de deontologische commissie:
volgende plaatsvervanger(s) aan te duiden voor de voorzitters en ondervoorzitters van de gemeenteraadsfracties om te zetelen in de deontologische commissies:
volgende plaatsvervanger(s) aan te duiden voor de voorzitters en ondervoorzitters van de gemeenteraadsfracties om te zetelen in de deontologische commissie:
volgende plaatsvervanger(s) aan te duiden voor de voorzitters en ondervoorzitters van de gemeenteraadsfracties om te zetelen in de deontologische commissie:
Op 3 december 2024 werd de nieuwe raad voor maatschappelijk welzijn geïnstalleerd.
Artikel 38 van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat er een huishoudelijk reglement moet vastgesteld worden bij de aanvang van de zittingsperiode, waarin minstens volgende bepalingen worden opgenomen, rekening houdende met artikels 74 en 76:
1° de vergaderingen waarvoor presentiegeld wordt verleend, het bedrag van het presentiegeld en de nadere regels voor de eventuele terugbetaling van specifieke kosten die verband houden met de uitoefening van het mandaat van gemeenteraadslid of lid van het college van burgemeester en schepenen;
2° de wijze van verzending van de oproeping en de terbeschikkingstelling van het dossier aan de gemeenteraadsleden, alsook de wijze waarop de algemeen directeur of de door hem aangewezen personeelsleden, aan de raadsleden die erom verzoeken, technische inlichtingen verstrekken over die stukken;
3° de wijze waarop de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda van de vergaderingen van de gemeenteraad openbaar worden gemaakt;
4° de voorwaarden voor het inzagerecht en het recht van afschrift voor gemeenteraadsleden en de voorwaarden voor het bezoekrecht aan de instellingen en diensten die de gemeente opricht en beheert;
5° de voorwaarden waaronder de gemeenteraadsleden hun recht uitoefenen om aan de burgemeester en aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen;
6° de wijze van notulering en de wijze waarop de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering ter beschikking worden gesteld van de gemeenteraadsleden;
7° de nadere regels voor de samenstelling en de werking van de commissies en de fracties;
8° de wijze waarop en de persoon door wie de stukken van de gemeente, vermeld in artikel 279, worden ondertekend;
9° ...
10° de wijze van het ter kennis brengen van de beslissingen, vermeld in artikel 50, vijfde lid;
11° de keuze om digitaal of hybride te vergaderen en de wijze waarop;
12° de uitzonderlijke omstandigheden waaronder de gemeenteraad digitaal kan vergaderen, als het huishoudelijk reglement de mogelijkheid van digitaal vergaderen opneemt;
13° de uitzonderlijke omstandigheden waaronder de gemeenteraad hybride kan vergaderen, als het huishoudelijk reglement de mogelijkheid van hybride vergaderen opneemt.
De raad voor maatschappelijk welzijn kan het huishoudelijk reglement op elk moment wijzigen.
Bij toekomstige wijzigingen in het Decreet Lokaal Bestuur die effect hebben op de inhoud van de artikels van rechtswege zullen aangepast worden in het huishoudelijk reglement, de raad voor maatschappelijk welzijn zal hiervan in kennis gesteld worden.
Het ontwerp reglement werd besproken met de fractievoorzitters en - ondervoorzitters op werkgroepen van de afdeling van fractievoorzitters en - ondervoorzitters op 13 januari 2025.
De installatie van de vernieuwde raad voor maatschappelijke welzijn op 3 december 2024;
Artikel 38 van het Decreet Lokaal Bestuur die bepaalt dat er een huishoudelijk reglement moet vastgesteld worden bij de aanvang van de zittingsperiode.
Artikel 74 en 76 van het Decreet Lokaal Bestuur.
het huishoudelijk reglement, zoals gevoegd in bijlage, vast te stellen.
Dit reglement bepaalt de verantwoordelijkheden, procedures, en rechten met betrekking tot het gebruik van lockers in de woonzorgcentra OCMW Aalst, inclusief in situaties zoals langdurige afwezigheid, beëindiging van een contract.
In de praktijk lopen we regelmatig tegen onze limieten aan van in gebruik genomen lockers. Afspraken hieromtrent dringen zich op.
Dit reglement werd behandeld op het vast bureau van 17/01/2025 en op het Hoger Overlegcomité van 23/01/2025. Het HOC gaf verder akkoord over dit reglement en begreep de noodzaak ervan. Na goedkeuring van dit reglement zal er een communicatie plaatsvinden naar alle betrokken medewerkers en dit aan hen voorgelegd worden.
We stelden ook een adviesvraag naar onze Data Protection Officer (DPO). Het antwoord (d.d. 15/10/2024) was om de regels transparant vast te leggen in een reglement en de medewerkers duidelijk te informeren hieromtrent.
Zie feiten en context.
Decreet lokaal bestuur
in te stemmen met het “Reglement voor het gebruik van een locker door werknemers in het woonzorgcentrum” zoals gevoegd als bijlage bij dit besluit.
De woonzorgcentra De Faluintjes, De Hopperank, Sint-Job, Mijlbeke en de assistentiewoningen De Kaalberg en Kareeloven pasten het principe van jaarlijks indexeren toe, conform de raadsbeslissing d.d. 2 mei 2017.
Deze principebeslissing vervalt door de nieuwe regelgeving dewelke een indexering voorziet gekoppeld aan het overschrijden van spilindex van de afgevlakte gezondheidsindex. Het planbureau voorziet dan wanneer dit aan de orde is.
In het nieuwe systeem krijgt men, als WZC, CVK, GAW en CDV, de kans om telkens als de spilindex wordt overschreden, de dagprijzen aan te passen. De spilindex 130,67 is nu eind januari 2025 overschreden. Dit betekent dat we de mogelijkheid krijgen om de dagprijzen te indexeren.
Hiertoe wordt een indexatieformulier in het e-loket ter beschikking gesteld vanaf 1 februari 2025. We hebben dan gedurende 30 dagen de tijd (tot en met 2 maart 2025) om de indexatie in te dienen. Nadien is dit niet meer mogelijk. De berekening van de index gebeurt automatisch in het e-loket op basis van de afgevlakte gezondheidsindex.
De indexatie kan worden toegepast ten vroegste vanaf 1 maart 2025 (mits dit in het e-loket is ingediend) en ten laatste vanaf 1 juni 2025.
De bewoners dienen net zoals vroeger geïnformeerd te worden over de indexatie, voorafgaand aan de invoering, echter vervalt de deadline van 30 dagen. Vroeger dienden de bewoners 30 dagen op voorhand geïnformeerd te worden. Deze wijziging van werkwijze zal ook gecommuniceerd worden via de gebruikersraad en aanpassing aan de interne afsprakennota's.
Er moet niet gewacht worden op bevestiging van het departement, zij hebben 6 maanden de tijd om non-conformiteiten vast te stellen.
Dagprijzen woonzorgcentra
Sint-Job / De Faluintjes | Huidige bruto dagprijs | Na index
|
Nieuwe bewoner
| 83,18 | 84,84 |
Muteerder* oude Sint-Job (kamer zonder en met toilet) | 75,59 | 77,10 |
Muteerder paviljoen
| 79,48 | 81,07 |
*een muteerder is een bewoner die vanuit de oude Sint-Job mee verhuisd is naar de nieuwbouw
De Hopperank | Huidige bruto dagprijs | Na index
|
Prijs per bewoner
| 77,74 | 79,29 |
Koppelprijs (uitdovend)
| 95,59 | 97,50 |
Mijlbeke | Huidige bruto dagprijs | Na index
|
Prijs per bewoner
| 70,91 | 72,33 |
Assistentiewoningen | Huidige dagprijs | Na index
|
De Kaalberg (per flat)
| 26,54 | 27,07 |
Kareeloven (per flat)
| 23,33 | 23,80 |
De fractie VLAAMS BELANG vraagt bij amendement om de korting van 5,00 EUR op de dagprijs, toegekend aan bewoners van woonzorgcentra wegens een duurzame band met Groot-Aalst, te indexeren volgens dezelfde modaliteiten als de algemene indexering van de dagprijzen.
Het voeren van een gezond financieel beleid. De werking van een woonzorgcentrum wordt eveneens duurder doordat leveranciers ook prijzen indexeren of de aankoopprijzen stijgen (vb. wasserij, voeding, klein medisch materiaal enz...). Zo is het budget van keukens en catering bijvoorbeeld al gestegen van 495.000€ (2022) naar 600.000€ (2025) louter op basis van indexen.
Besluit van de Vlaamse regering 21 juni 2024 tot wijziging van het Ministerieel Besluit van 12 augustus 2005 houdende bijzondere bepalingen inzake prijzen voor de sector van de instellingen voor bejaardenopvang, wat betreft prijsindexeringen.
Het amendement vanuit de fractie VLAAMS BELANG met de vraag om de korting van 5,00 EUR op de dagprijs, toegekend aan bewoners van woonzorgcentra wegens een duurzame band met Groot-Aalst, te indexeren volgens dezelfde modaliteiten als de algemene indexering van de dagprijzen, te verwerpen.
om het principe van dagprijsindexering van de woonzorgcentra en assistentiewoningen OCMW Aalst toe te passen telkens bij overschrijding van de spilindex van de afgevlakte gezondheidsindex.
om de dagprijsindexering van de woonzorgcentra en assistentiewoningen OCMW Aalst toe te passen m.i.v. 01/04/2025, op basis van de overschrijding van de spilindex (130,67) van de afgevlakte gezondheidsindex.
Dagprijzen woonzorgcentra
Sint-Job / De Faluintjes | Huidige bruto dagprijs | Na index
|
Nieuwe bewoner
| 83,18 | 84,84 |
Muteerder oude Sint-Job (kamer zonder en met toilet) | 75,59 | 77,10 |
Muteerder paviljoen
| 79,48 | 81,07 |
De Hopperank | Huidige bruto dagprijs | Na index
|
Prijs per bewoner
| 77,74 | 79,29 |
Koppelprijs (uitdovend)
| 95,59 | 97,50 |
Mijlbeke | Huidige bruto dagprijs | Na index
|
Prijs per bewoner
| 70,91 | 72,33 |
Assistentiewoningen | Huidige dagprijs | Na index
|
De Kaalberg (per flat)
| 26,54 | 27,07 |
Kareeloven (per flat)
| 23,33 | 23,80 |
tot kennisgeving van de toepassing van de dagprijsindexeringen van de woonzorgcentra en assistentiewoningen OCMW Aalst aan het vast bureau telkens bij overschrijding van de spilindex van de afgevlakte gezondheidsindex.