1. Delegatie aan de burgemeester voor beslissingsbevoegdheid voorafgaande diensten personeelsleden van het administratief en logistiek kader en het gespecialiseerd extern aangeworven middenkader
Voor de berekening van de geldelijke anciënniteit verworven op het tijdstip van de indiensttreding van personeelsleden van het administratief en logistiek kader en gespecialiseerd extern aangeworven middenkader kan de gemeenteraad, onder bepaalde voorwaarden, eveneens de diensten verricht in andere overheidsdiensten of in de privésector of als zelfstandige erkennen. Voor de erkenning van een bijzonder nuttige ervaring van meer dan negen jaar, dient het advies in van een commissie te worden ingewonnen.
2. Delegatie aan de burgemeester inzake de samenstelling van de eindeloopbaancommissie, de toekenning van een aangepaste betrekking en het toestaan van de non-activiteit voorafgaand aan het pensioen.
Naar aanleiding van de problematiek die binnen de politiediensten is ontstaan door het optrekken van de leeftijds- en loopbaanvoorwaarden om een vervroegd rustpensioen te kunnen genieten, werden er door de wetgever een aantal bijkomende eindeloopbaanmaatregelen aangereikt aan de personeelsleden van het operationeel kader. Het betreft onder meer een structurele statutaire mogelijkheid om een aangepaste betrekking te vragen (het zogeheten eindeloopbaanregime) en anderzijds het stelsel van non-activiteit voorafgaand aan de pensionering (de zogeheten NAVAP).
Het eindeloopbaanregime biedt een personeelslid de mogelijkheid om een aangepaste betrekking, namelijk een statutaire betrekking van het operationeel of van het administratief en logistiek kader die aangepast is aan het profiel en de mogelijkheden van het betrokken personeelslid, aan te vragen.
De gemeenteraad is bevoegd om de leden van de eindeloopbaancommissie die een advies geven op deze aanvragen, aan te wijzen en een beslissing te nemen om de aangepaste betrekking al dan niet toe te kennen.
De gemeenteraad is eveneens bevoegd voor de beslissing aangaande de aanvragen tot het bekomen van het stelsel van non-activiteit voorafgaand aan de pensionering (NAVAP). De door de wet opgelegde beslissingstermijn inzake NAVAP bedraagt 4 maanden.
De wetgever biedt de gemeenteraad uitdrukkelijk de mogelijkheid om deze beslissingsbevoegdheid aan de burgemeester te delegeren. Deze delegaties beogen een administratieve vereenvoudiging van de processen, waardoor de doorlooptijd van deze dossiers aanzienlijk worden ingekort en niet in het gedrang komen tijdens het zomerreces, wat uiteindelijk resulteert in een soepelere en efficiëntere werking van de politiezone.
Deze delegaties hebben in principe geen financiële gevolgen voor de stad.
Deze delegaties werden tijdens de vorige legislatuur op 26 februari 2019 door de gemeenteraad goedgekeurd.
Aangezien een nieuwe legislatuur is aangevangen met ingang van 3 december 2024, dient er voor deze delegaties een nieuwe goedkeuring van de gemeenteraad te worden bekomen.
De wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op 2 niveaus, in het bijzonder artikel 56, tweede en derde lid;
Het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de personeelsleden van de politiediensten, in het bijzonder het artikel XI.II.5, §3;
Het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van de personeelsleden van de politiediensten, in het bijzonder de artikelen VI.II.93 tot en met VI.II.103;
De ministeriële omzendbrief GPI85 van 22 februari 20216 betreffende het eindeloopbaanregime voor personeelsleden van het operationeel kader van de geïntegreerde politie, in het bijzonder de punten 3.2.2, 3.4 en 4.4;
Het besluit van de gemeenteraad van 26 februari 2019.
De beslissingsbevoegdheid omtrent de in aanmerking te nemen voorafgaande diensten - bijzonder nuttige ervaring - van personeelsleden van het administratief en logistiek kader en gespecialiseerd middenkader (extern aangeworven) in het kader van het koninklijk besluit van 26 maart 2014 tot wijziging van sommige bepalingen van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten betreffende de geldende anciënniteit aan de burgemeester te delegeren.
De burgemeester te machtigen om te leden van de eindeloopbaancommissie van Politie Aalst aan te wijzen.
De burgemeester te machtigen om aan een personeelslid van Politie Aalst dat voldoet aan de hiertoe gestelde wettelijke voorwaarden, al of niet een aangepaste betrekking in het raam van het eindeloopbaanregime toe te kennen.
De burgemeester te machtigen een personeelslid van Politie Aalst dat voldoet aan de hiertoe gestelde wettelijke voorwaarden al of niet de non-activiteit voorafgaand aan het pensioen (NAVAP) toe te staan.
Een voor eensluidend afschrift van dit besluit wordt in het kader van het algemeen administratief toezicht aan de gouverneur bezorgd.